VoetbalJournaal Bollenstreek, najaar 2023

R RO ROB OBE YBE YSE YSP SPO POR OTR SRT TSW SWE WAE AER AR . C R . OC . COM OM M 29 Videoanalist Martan Schlemper: ‘Je leert spelers veel sneller kennen’ De hoofdmacht van Hillegom heeft sinds dit seizoen een videoanalist. Martan Schlemper, 26 jaar pas, kwam afgelopen zomer met hoofdtrainer Thijs Sluiter mee richting eersteklasser Hillegom. “Tijdens mijn opleiding UEFA B heb ik veel met beeldmateriaal gewerkt. Ik heb het eigenlijk geleerd van de videoanalisten van PEC Zwolle, voor de opleiding moest ik een opdracht maken. Sindsdien heb ik het mezelf eigen gemaakt.” En daar plukt eersteklasser Hillegom nu de vruchten van. De spelers van het eerste elftal wilden graag meer met beelden werken, legt Schlemper uit. “Het is heel leuk, om meerdere aspecten. Het is echt een spiegel voor spelers. Als je geen camerabeelden hebt en een speler heeft een bepaald beeld bij een moment of wedstrijd, wordt het een welles-niets spelletje. Zijn woord tegen jouw woord. Met beelden zijn er geen twijfels over een bepaalde situatie in het veld.” Schlemper (rechts op foto) houdt de voortgang van het individu en het elftal nauwlettend in de gaten. “Je traint op spelprincipes, patronen. Dat wil je terugzien in wedstrijdbeelden. Je vergelijkt wedstrijden met elkaar. Waarom krijg je in de ene wedstrijd meer kansen dan in een andere wedstrijd en welke kant gaat het op?” PROGRAMMA De spelers van het visitekaartje van Hillegom hebben baat bij de beelden die elke wedstrijd worden gemaakt. “Je ziet de ontwikkeling”, vertelt Schlemper. “Zonder videobeelden zie je dat niet, dan zit het in je hoofd. Ik werk met een programma waarmee we beelden kunnen analyseren, stilzetten, tekenen en highlighten. Ik kan precies zien hoe vaak een speler gepasst heeft bijvoorbeeld. In dat programma kan je clipjes maken, die monteer je aan elkaar, en je maakt er een verhaal of rode draad van.” VERSCHIL THUIS EN UIT Die verhalen worden, verklapt Schlemper, vaak positief ingestoken. “Je laat de beelden zien die goed zijn, maar je geeft ook wel aan wat beter kan. Of een speler vertelt dat zelf. Dan analyseert hij wat hij ziet. Waar we ook veel mee bezig zijn, is het verschil tussen thuis- en uitwedstrijden. Vorig seizoen, toen Thijs en ik er nog niet waren, was Hillegom thuis ongeslagen maar uit won de ploeg nooit. Hoe kan dat? Eigenlijk was de conclusie dat het vooral in de hoofden van spelers speelden en weinig met tactiek te maken had. Het gaat dit seizoen wat beter.” TRAINERSVAK Schlemper haalt veel voldoening uit zijn werk als videoanalist. “Ik heb zelf psychologie gestudeerd en kreeg dit werk snel onder de knie. Ik denk wel dat het leuk is om een stap te maken als ik die kans krijg, maar eigenlijk liggen mijn ambities in het trainersvak. Ik ben naast videoanalist ook assistent-trainer van Hillegom. In de toekomst wil ik het als hoofdtrainer proberen, maar ik ben nog jong. Ik heb geen haast. En als videoanalist kan je ook stappen maken. Dat is ook een mooie manier om ergens te komen.” Schlemper vindt het mooi dat hij de spelers van Hillegom door het gebruik van videobeelden sneller leert kennen. “Dat is echt zo. Als je beelden terugkijkt van een wedstrijd, zie je altijd dingen die je tijdens de wedstrijd niet gezien hebt. Dat is heel waardevol, want als trainer neem je 60 procent van een wedstrijd in je op, 40 procent niet. Dat is best veel. Op beelden zie je bijvoorbeeld ook hoe speler zich gedraagt op het veld.” Dat Hillegom als eersteklasser gebruik maakt van camerabeelden is niet uniek. “Vijf jaar geleden nog wel denk ik, maar tegenwoordig werken de meeste clubs op dit niveau met een camerasysteem. Alleen heeft niet iedereen zo’n opleiding gehad als ik. Het verschil zit hem in het programma waarmee ik werk, waar ik mee monteer. Dat zie je op ons niveau minder. Voor ons is dat een voordeeltje.” FC Rijnvogels is afgelopen zomer gestart met een zaalvoetbalteam voor dames. Een initiatief van Anique van der Klaauw (30), die op het veld jarenlang in het eerste vrouwenteam speelde van de Katwijkse club. Ze was aanvoerder, maakte meerdere kampioenschappen mee en kreeg in 2022 zelfs een afscheidsduel van de vereniging. “Toen ik stopte met veldvoetbal heb ik een jaar in de zaal gespeeld bij Lugdunum, maar het is eigenlijk veel leuker om dat te doen bij je eigen vereniging. De club die je kent en waar je bent opgegroeid.” Anique van der Klaauw: ‘Een hoog niveau lonkt, maar willen we dat?’ Van der Klaauw liep op een dag de voorzitter van FC Rijnvogels, Marcel van Duijn, tegen het lijf in een sportwinkel. “Toen kwam het eigenlijk ter sprake. Hij vond het ook een goed idee en beloofde het in de groep te gooien. De conclusie was dat we het konden regelen. Het was ook echt nog wat geregel, maar uiteindelijk is het gelukt.” LEUKE GROEP Een groep enthousiaste dames was snel gevonden, vertelt Van der Klaauw. “Al zijn er ook veel meiden die niet op het veld en in de zaal willen spelen. Zelf stopte ik anderhalf jaar geleden met veldvoetbal. Ik wilde meer tijd hebben voor andere dingen. Ik vond de zaal altijd al leuk, we trainden regelmatig binnen als het buiten te hard regende. Ik ken door 20 jaar FC Rijnvogels natuurlijk veel voetbalsters, dus je vraagt wat rond, en we hebben nu een leuke groep voor in de zaal. Niet te veel, maar ook niet te weinig. Je wilt niet te veel wissels hebben, maar zeker ook niet te weinig als er blessures zijn.” NIEUWE LEDEN In Sporthal Rijnsoever speelt FC Rijnvogels competitie op woensdagavond. “Het is echt een leuke mix van oud-spelers van FC Rijnvogels, waaronder ik, en een aantal dames van buitenaf. Zonder verleden bij FC Rijnvogels. Voor de club ook leuk, weer nieuwe leden”, aldus Van der Klaauw. FC Rijnvogels startte in de zaal in de eerste klasse. “We kennen elkaar goed en weten elkaar goed te vinden. Dat zie je wel terug in de uitslagen. We winnen soms met grote overmacht, 10-0, 14-0 of 23-1.” Met als gevolg dat FC Rijnvogels snelt promoveert naar hoofdklasse. “En dat is al het één na hoogste niveau in Nederland. Er zijn niet veel dames zaalvoetbalteams die op niveau spelen. En wij spelen gewoon lekker, kunnen leuke acties maken. De tegenstand is, op een enkele wedstrijd na, niet heel groot.” EREDIVISIE LONKT De eredivisie in de zaal lonkt dus voor FC Rijnvogels. “Ik weet alleen niet of we dat willen. Dan moet je op vrijdagavond met de bus naar Groningen bijvoorbeeld. Train je twee of drie keer in de week, dat doen vriendinnen van mij ook bij andere clubs. Aan de ene kant is het heel leuk, en sta ik er wel voor open, maar minder verplichtingen hebben bevalt ook wel. We moeten als groep kijken wat we willen als het zover komt.” De doelstelling van FC Rijnvogels is wel om de zaalafdeling uit te breiden met meer teams. “We krijgen ook e-mails van meiden die geïnteresseerd zijn. Ook van buitenaf. Dat is positief. We moeten kijken wat mogelijk is, want er moet ook ruimte zijn in de sporthal. Daarnaast vraagt het extra werk van de club zelf, maar de ambitie om door te groeien is er zeker.” Als veldspeelster was Van der Klaauw bij FC Rijnvogels een rots in de branding in de defensie. “Dat was echt mijn plek. In de zaal rouleer je meer, het vraagt ook wat meer techniek en behendigheid. Ik sta nog steeds graag achterin, maar in de zaal is het wel makkelijker om een doelpuntje mee te pikken. We hebben speelsters met veel technische bagage. We winnen vaak met grote cijfers, maar het valt me op dat onze tegenstanders wel enthousiast blijven. Ze parkeren wel de bus, maar ze blijven enthousiast.” Foto: Boudewijn van der Neut

RkJQdWJsaXNoZXIy ODM1NjU=