VoetbalJournaal Zwijndrecht, najaar 2024

13 SHOP NOW Geerlings droomt van de derde divisie Vier wedstrijden voor de winterstop, werd Wesley Geerlings vorig seizoen bij Pelikaan van de O23 doorgeschoven naar het tweede. En na een succesvol half jaar, staat de trainer ook nu voor de groep. Barstend van de ambities. “Ooit hoop ik in de derde of vierde divisie actief te zijn.” Na zes jaar in de jeugdopleiding van FC Dordrecht en een jaartje bij ASWH, keerde Jordy Leijten vier seizoenen geleden weer terug op het oude nest. Terug bij Pelikaan, waar het ooit allemaal voor hem begon. “Ik had niet die echte ambitie om profvoetballer te worden.” ‘Soms moet je koesteren wat je hebt’ En dus was zijn periode bij FC Dordrecht, er eentje van vallen en opstaan, vertelt Leijten (22). “De trainer die het toen het meeste in mij zag zitten, vertrok. Dat was een beetje mijn laatste hoop.” Want gemakkelijk, was het in de profwereld voor de inwoner van Zwijndrecht niet. “Die wereld moet echt bij je passen, dat moet in je zitten. En voetbal draait voor mij om plezier. Er komt meer bij kijken dan 90 minuten voetballen.” Helemaal als je dan ook nog eens zwaar geblesseerd raakt. “In mijn laatste jaar bij ‘Dordt’, kreeg ik last van een schouder die vaak uit de kom ging. Door beschadigd kraakbeen, ben ik uiteindelijk zelfs nog geopereerd. Dat heeft zes of zeven maanden geduurd.” Gelukkig is de jongeling daar inmiddels volledig van hersteld. “Hij doet het weer!” HOOP GEHAD Bij de club waar Leijten als klein jongetje ooit begon. “Tot de D1, daarna ben ik naar FC Dordrecht gegaan.” Via een jaar bij ASWH in de Onder 19, keerde hij terug op bekend terrein. “Ik miste toch mijn vrienden hier, maar ook dat echte trainingsgevoel.” Al was de omschakeling van het profvoetbal, naar de amateurs, nog niet eens zo groot. “Qua niveau was dat in het begin best wel een beetje gelijk.” Maar al snel, wilde Leijten naar ‘huis’. Terug naar Pelikaan. “Om op een leuk niveau mijn eerste meters in het seniorenvoetbal te kunnen maken.” Destijds tweede klasse, inmiddels als derdeklasser. “Alles werd op de laatste speeldag beslist, dat is volgens mij best wel uniek.” Een verlenging in de nacompetitie, leverde uiteindelijk degradatie op. “De competitie zat heel dicht bij elkaar, dus we hebben tot het einde van het seizoen hoop gehad.” Volgens Leijten, had er dan ook wel meer ingezeten. “We waren een goed voetballende ploeg, maar hebben wedstrijden niet altijd over de streep kunnen trekken. Misschien als we fitter waren geweest én bijvoorbeeld onze topscorer niet zo lang hadden moeten missen, dat het wel was gelukt.” Want zeker in de beslissende fase, moest Pelikaan het met flink wat wisselingen in het elftal doen. “Soms zelfs met jongens uit het tweede, die net bij het seniorenvoetbal kwamen kijken. Als je dan onder de hoogste druk moet spelen...” STABILITEIT Het leverde de club uiteindelijk degradatie op en dus voetbalt Leijten nu in de derde klasse. Al merkt hij eigenlijk weinig verschil. “Doordat heel veel teams zijn gedegradeerd, is het niveau redelijk gelijk gebleven.” Behalve dan de plekken waar hij komt. “Je speelt ineens tegen tegenstanders, die normaal in andere competities zaten.” Nieuwe tegenstanders of niet, over de start is Leijten tot nu toe tevreden. “We begonnen niet zo goed, maar de laatste weken draaien we lekker.” En dat moet ook wel. “We hebben uitgesproken dat we zo snel mogelijk terug naar die tweede klasse willen. Volgens mij is dat ook mogelijk met deze ploeg.” Als ze maar zorgen dat ze niet te veel doelpunten tegenkrijgen. “Stabiliteit is bij ons heel belangrijk. Scorend vermogen hebben we genoeg.” Iets waar Leijten het zelf als speler, allesbehalve van moet hebben. “Ik ben meer van de duelkracht en duels spelen. Bal afpakken en bij de juiste kleur inleveren. Niet echt een mooi weer voetballer dus.” Maar wel één waar trainers over het algemeen van houden. “Multifunctioneel. Als rechtsback, zes of centraal.” Bij de club die Leijten inmiddels op zijn duimpje kent. “Dit is nu mijn twaalfde seizoen bij Pelikaan. Ik ken iedereen, van de staf tot het barpersoneel.” En zijn teamgenoten. “Met sommige jongens voetbal ik al sinds de F’jes. Daar heb je een heel andere band mee.” Ook tijdens de derde helft. “Dat maakt het amateurvoetbal voor mij zo leuk. Even gezellig samen een biertje doen.” Heeft hij nu dan helemaal geen ambities meer? “Natuurlijk denk ik daar nog wel eens over na... Maar ik ben heel lang het plezier kwijt geweest, dus ik ben blij dat ik dat nu weer heb. Daarom ga ik hier niet meer zo snel weg. Soms moet je koesteren wat je hebt!” Foto: Fred Leijten www.euroaluminium.nl 0301827.pdf 1 12-11-2024 09:47:10 Want voetbal, is voor de 34-jarige Geerlings zijn allergrootste passie. “Ik ben zowat met een bal geboren.” Ooit voor zijn stage van school jeugdtrainer geworden bij Vriendenschaar, werd dat vuurtje alleen nog maar verder aangewakkerd, vertelt hij. “Trainer zijn leek me altijd al heel leuk. Een gezamenlijk doel hebben en daar samen naar streven. Dat is voor mij het mooiste wat er is.” Naast het helpen van spelers in hun ontwikkeling. “Als voetballer, maar ook als mens. Emoties en teleurstellingen probeer je om te zetten in positieve energie, om samen resultaten te kunnen behalen. Dat is het mooie van dit vak.” MOOIE OPSTAP Voor het tweede seizoen dus bij Pelikaan. “Vorig jaar begon ik bij de O23, maar vier wedstrijden voor de winterstop werd ik doorgeschoven naar het tweede.” Een mooi half jaar volgde. “Ze stonden stijf onderaan, uiteindelijk zijn we vijfde geworden. Gewoon door duidelijke doelen te stellen en dicht bij elkaar te blijven.” Met de club die hij tot voor kort nog niet zo goed kende. “Oorspronkelijk kom ik zelf uit Culemborg. Daar heb ik altijd bij Vriendenschaar en Focus’07 gevoetbald.” Al deed Geerlings dat op het veld, niet zo heel lang. “Ik ben vrij vroeg gestopt met veldvoetbal en speel nu alleen nog in de zaal.” Tijd genoeg dus om zijn eigen rijschool op te richten, tot Pelikaan om de hoek kwam kijken. “Ik zou eigenlijk twee jaar niks doen en focussen op mijn bedrijf, maar het kriebelt toch altijd.” Dus toen iemand zijn naam in Pelikaan had laten vallen, zag Geerlings dat toch wel zitten. “Ze geven jonge trainers echt de kans, dus dit was een mooie opstap.” En dat bleek. “Doorschuiven naar het tweede, was voor mij natuurlijk een opsteker!” Zaak om daar dit seizoen, een goed vervolg aan te geven. “Onze doelstelling is om mee te doen voor het kampioenschap.” Met een mix van jong en oud, wordt er veel van Geerlings gevraagd. Gelukkig, barst hij van de ervaring. Zelfs op zijn leeftijd. “Ik ben jeugdtrainer geweest bij onder meer Spijkenisse, Elinkwijk, De Meern en Barendrecht. En voor mijn UEFA B heb ik, een jaar of tien geleden alweer, stagegelopen bij Sparta Rotterdam.” Maar ook in het seniorenvoetbal, maakte hij al eens zijn opwachting. “Na één jaar bij het tweede van Saestum, werd ik in het coronajaar hoofdtrainer bij het eerste van Nederhorst. Helaas werd dat seizoen toen onderbroken.” LEERPROCES Met de ambitie om ook UEFA A te gaan doen, legt Geerlings de lat hoog voor zichzelf. “Ik ben heel erg perfectionistisch en gedetailleerd op dingen. Vooral op het tactische aspect en bepaalde spelprincipes.” Al steekt hij ook veel tijd in het opbouwen van een band. Foto: Fred Leijten “Met spelers én staf. Dat vind ik heel belangrijk.” Sociaal, maar moeite om de touwtjes uit handen te geven, vertelt Geerlings. “Dat heb ik hier wel geleerd! Met een goede staf om je heen, is het makkelijker om te delegeren. Voor mezelf was dat een mooi leerproces.” Hoe gaat hij te werk op het veld? “Hoge intensiteit en iedere vorm met winnen of verliezen. Zelfs bij positiespelletjes of pass- en trapvormen.” Alles met bal, of soms zelfs meerdere ballen. “Dan moet je sneller handelen. En ik heb een hekel aan rijtjes.” Naast het conditionele aspect, benadrukt Geerlings ook het teamgevoel. “Je moet jezelf, ook als trainer, kwetsbaar op durven stellen. In deze wereld van hardheid, probeer je toch een groep te smeden die voor elkaar strijdt en door het vuur gaat.” In de toekomst als het aan hem ligt, wederom bij een eerste elftal. “Dat zou ik wel graag willen én daar ben ik voor mijn gevoel nu ook wel aan toe.” Dus als die kans volgend jaar komt? “Dan zou ik het doen!” Dromend van de derde of vierde divisie, zet de inwoner van Tienhoven aan de Lek, eerst in op de tweede klasse. “Maar ooit hoop ik daar actief te zijn. Die stappen zou ik graag maken!”

RkJQdWJsaXNoZXIy ODM1NjU=