VoetbalJournaal Zwijndrecht, voorjaar 2024

R RO ROB OBE YBE YSE YSP SPO POR OTR SRT TSW SWE WAE AER AR . C R . OC . COM OM M 21 ‘Daardoor doet het extra pijn bij mij’ Ondanks dat de degradatie van tweedeklasser Pelikaan ook voor Joery van der Waal niet uit de lucht kwam vallen en de trainer het inmiddels een plekje heeft kunnen geven, baalt hij nog altijd als een stekker. Want zijn terugkeer bij ‘zijn club’, had de inwoner van Zwijndrecht toch iets anders voor zich gezien. “Daardoor doet het extra pijn bij mij.” Helemaal omdat ze voor het seizoen nog goede hoop hadden bij Pelikaan, vertelt Van der Waal (35). “Ik had al eerder aangegeven dat er een paar ploegen bovenuit staken, die voor het kampioenschap zouden gaan. Maar daaronder kwam een grote groep die vierde wilde worden, daar hoorden wij ook bij.” Het werd uiteindelijk een elfde plek en degradatie via de nacompetitie. “Als het zo dichtbij elkaar zit, weet je vooraf dat het moeilijk kan gaan worden.” En moeilijk, werd het dus. “Er zijn te weinig momenten geweest waar we echt goed konden doorpakken. Mede door blessures.” BITTERE PIL Al lag het niet alleen maar daaraan, is Van der Waal eerlijk. “We hebben ook gewoon te veel goals tegen gekregen.” Hoe dat kwam? “Een stukje ervarenheid, te weinig jongens die een keer zeggen: ‘Tot hier en niet verder’. Maar ook speelstijl. We wilden druk blijven zetten. Misschien zijn we soms wat te naïef geweest en hadden we vaker iets meer in moeten zakken.” Toch hebben ze dat wel een aantal keer gedaan, vertelt de oefenmeester. “Dat gaan dan 80 minuten goed, daarna is het niet meer vol te houden en geeft kwaliteit toch de doorslag. En spelers raken op die manier het plezier kwijt.” Helemaal als je iedere keer toch weer net verliest. “Er had zeker meer ingezeten. Met onze manier van spelen vind ik dat we thuishoren in die tweede klasse, maar het is niet goed genoeg geweest. Daar kunnen we kort en eerlijk over zijn. Ook voetballend niet.” Bijvoorbeeld in de opbouw, legt Van der Waal uit. “Dat kunnen we met onze middenvelders heel goed, tot een bepaald niveau.” Het leverde hem in zijn eerste seizoen terug bij de club, dus meteen een degradatie op. “Heel leuk om dan te degraderen. Dat is afschuwelijk...” Vanzelfsprekend had de voormalig speler én jeugdtrainer van Pelikaan, zijn terugkeer iets anders voor zich gezien. “Ik zat drie jaar bij De Zwerver, maar als ‘jouw club’ je dan terugvraagt, sta je te springen. En vervolgens ben je de eerste trainer in twintig jaar die naar de derde klasse degradeert... Dat is een bittere pil en doet extra pijn bij mij.” EUFORIEMOMENTJES En dat is niet voor niks. “Dit is de club waar ik lid ben geworden toen ik vier jaar was. Vervolgens heb ik alle jeugdteams getraind en natuurlijk ook mijn vrienden ontmoet. Het sociale aspect rond het voetballen vind ik ontzettend belangrijk en dat is bij Pelikaan gewoon net dat stukje extra.” Ook straks in die derde klasse. “We moeten reëel zijn en niet direct van de daken gaan lopen roepen dat we meteen weer willen promoveren. Dat is natuurlijk wel een wens, maar eerst even een pas op de plaats. Andere degradanten zullen vast precies hetzelfde willen.” Zaak om ergens dus het verschil te maken. “In de beleving en motivatie, willen we volgend seizoen graag een slag maken. Heel simpel door bepaalde afspraken te maken, maar er komen ook jongens met karakter bij. De neuzen moeten allemaal dezelfde kant op.” Iets waar Van der Waal als trainer natuurlijk ook voor hoopt te kunnen zorgen. “Ik probeer ons voetbal voor iedereen zo aantrekkelijk mogelijk te maken, op basis van plezier en intensiteit. Daarnaast ga ik op een ontspannen manier met iedereen om, want het blijft toch een hobby. Rondom het voetballen, moeten we het vooral samen heel leuk hebben.” Al gaat dat toch grotendeels gepaard met winnen, weet ook hij. “Meer van die euforiemomentjes, dat is ons doel voor volgend jaar. Daar moeten we weer naar op zoek!” In zijn derde jaar bij het eerste, wordt Shedwin Martina meer uitgedaagd dan ooit. Want na het kampioenschap in de eerste klasse van vorig jaar, staat de verdediger van Heerjansdam nu tegenover aanvallers in de vierde divisie. Gelukkig bevalt hem dat alleraardigst. “Voetballend worden we meer getest, dat is leuker.” Shedwin Martina verbaast zichzelf bij Heerjansdam En dus is het maar goed dat de ploeg zich uiteindelijk via de nacompetitie wist te handhaven, beseft ook de twintigjarige Martina. “Niemand wilde terug naar die eerste klasse.” En gezien het aantal punten (36) dat Heerjansdam in die vierde divisie wist te behalen, misschien ook wel terecht. “Aan de ene kant was het jammer dat we ons niet direct wisten te handhaven, maar we mogen ook trots zijn op bepaalde overwinningen. Als je ziet waar we vandaan komen, hebben we het gewoon goed gedaan!” ZEKERHEIDJE Van die eerste klasse dus. Een groot verschil volgens Martina. “Vooral qua snelheid. In de eerste klasse wint vaak de sterkste en is het vooral de lange bal, nu worden we voetballend meer getest. Dat is leuker.” Ook op trainingen. “Daar ligt het niveau nu ook hoger.” En dat merk je tijdens wedstrijden, vertelt de verdediger. “Directe handhaving zat er zeker in, maar in een paar duels hebben we het laten liggen.” Voor zichzelf, kan de inwoner van Heerjansdam terugkijken op een goed seizoen, zo vindt hij. “Ik heb heel veel minuten gemaakt, meer dan ik had verwacht. Als je dat voor het seizoen tegen mij zou hebben gezegd, had ik je waarschijnlijk uitgelachen.” Toch beschikt de rechtspoot over behoorlijk wat kwaliteiten. “Snel, sterk, en verdedigend toch wel een ekerheidje. Bal afpakken en inleveren, dan heb ik mijn taak gedaan.” Zijn favoriete positie, is een lastige vraag zo blijkt. “In principe centraal, maar als linksback heb ik misschien wel mijn beste wedstrijden gespeeld. Voor mij maakt het niet veel uit, het is ook een beetje afhankelijk van tegen wie we spelen.” Maar als hij écht moest kiezen? “Als linksback ben je meer betrokken bij het spel, kun je opkomen en aanvallen. Toch heb ik de meeste wedstrijden als centrale verdediger gespeeld.” ZONDER STUIT Bij de club waar Martina al bijna zijn hele leven speelt. “Ik was zes toen ik bij Heerjansdam ging voetballen. Altijd hier gewoond en mijn vriendjes zaten op de voetbal.” Al had het ook zomaar heel anders kunnen lopen, begint hij te lachen. “In de JO16 gingen een paar vrienden naar Barendrecht, toen heb ik zelf ook wel even getwijfeld. Uiteindelijk heb ik het niet gedaan. Waarom weet ik eigenlijk ook niet.” Heeft hij daar spijt van? “Ja en nee. Je speelt daar op een hoger niveau, dus ik had mezelf beter kunnen ontwikkelen, maar dan was ik hier misschien nooit meer teruggekomen...” Een aantal jaar verder, is Martina een vaste waarde in het eerste van Heerjansdam. Misschien soms nog steeds tot zijn eigen verbazing. “Dit is nu mijn derde seizoen bij één, maar in de jeugd was ik nooit echt heel goed. Later mocht ik meetrainen bij het tweede, dat was toen nog niet zo serieus.” Aansluiten bij het eerste, was dat wel. “Toen schrok ik wel even! Ik kon nog geen bal zonder stuit spelen, was eigenlijk alleen snel en sterk.” Gelukkig is dat nu heel anders, vertelt Martina. “Qua inzicht en het spelletje zelf. Daar ben ik nu veel beter in. Vroeger was ik daar nooit zo mee bezig.” Over zijn ambities, heeft de jongeling dan eigenlijk ook nog nooit zo nagedacht. “Ik deed voetbal altijd puur voor de lol. Het liefste blijf ik zo lang mogelijk bij Heerjansdam. Ik ga geen overstap maken om een overstap te maken.” Maar toch, zo is hij eerlijk. “Zou ik graag de tweede divisie willen halen.” Door vooral nu heel veel minuten te maken én te luisteren naar zijn teamgenoten. “Dan word ik vanzelf rustiger aan de bal!”

RkJQdWJsaXNoZXIy ODM1NjU=