VoetbalJournaal Zwijndrecht, voorjaar 2024

15 R RO ROB OBE YBE YSE YSP SPO POR OTR SRT TSW SWE WAE AER AR . C R . OC . COM OM M Met een zesde plaats en deelname aan de nacompetitie, zou je zeggen dat ze bij derdeklasser Groote Lindt wel tevreden zouden zijn. Toch heeft de vertrekkende trainer Randall Neeskens vooral het gevoel dat er nóg meer in zat. “We hebben dit seizoen veel ups en downs gehad.” Als jeugdcoördinator van de onderbouw, houdt Ruud Pols zich dit seizoen bij Groote Lindt bezig met allerlei voetbalinhoudelijke zaken. Want hoe vroeger je begint, hoe eerder ze dingen leren. “Dan hebben ze daar later plezier van!” Hoofdtrainer Randall Neeskens vertrekt met pijn in het hart bij Groote Lindt ‘Dat plezier gun ik die kinderen nu ook’ - AIRCO Korenbloemstraat 1 3333 ES Zwijndrecht 06 20 136 682 E-mail: d.leensvaar@planet.nl 0293048.pdf 1 20-6-2024 15:59:57 Al wist Neeskens (42) zelf ook wel, dat de tweede plek van vorig jaar lastig viel te evenaren. “Toen hebben we echt een topjaar gehad, nu pakten we met kunst- en vliegwerk toch nog de tweede periode.” Toch blijft bij de oefenmeester het gevoel hangen dat er ook dit seizoen meer in zat. “In een aantal wedstrijden speelden we goed, maar wonnen we niet. Die wisselvalligheid heeft ons een bétje de das omgedaan.” Hoe dat tot uiting kwam? “Als er iets negatiefs gebeurde of het zat een keer tegen, waren we als ploeg snel gebroken. Dan was het voor ons heel moeilijk om daar overheen te komen.” Anders had het zomaar heel anders kunnen zijn, denkt hij. “Al zeg ik niet dat we dan kampioen waren geworden...” VOORTOUW Helaas is dat dus niet gelukt, trots is Neeskens desondanks wel. “Ons doel was om mee te spelen voor een periode en het liefste zo lang mogelijk bovenin mee te doen.” Die missie is geslaagd, al ging het misschien anders dan ze vooraf bij Groote Lindt hadden verwacht. “Het team bleef grotendeels hetzelfde, maar van de nieuwe spelers hebben er maar weinig de A-selectie gehaald.” Het zorgde voor een moeizame start, vertelt de inwoner van Zwijndrecht. “We begonnen met een grote groep, om iedereen een kans te geven. Dan kun je niet meteen bouwen, daardoor was het voetbal ook minder.” Ook blessures leverden de nodige hoofdbrekens op. “Onze spits is een tijdje geblesseerd geweest, toen hadden we moeite om daarmee om te gaan. Van sommige jongens verwacht je dan iets meer dat ze het voortouw nemen, maar dat moet ook in je zitten.” Ervaring die zijn spelers voor volgend seizoen mee kunnen nemen, denkt Neeskens. “We hebben wel echt jongens beter gemaakt, dat blijft toch het mooiste. En uiteindelijk hebben we geleerd op resultaat te kunnen spelen, daar ben ik heel tevreden over.” ANDER SPORTPARK Klaar voor een nieuw seizoen in de derde klasse, maar dus niet met hem. “Ik was na vijf seizoenen toe aan een nieuwe uitdaging”, legt Neeskens zijn vertrek uit. “En de groep valt uit elkaar, dus ik had ook het gevoel dat we iets teweeg moesten brengen. Om de vereniging weer in beweging te krijgen, ook aan bestuurlijke kant.” Maar gemakkelijk, was die beslissing niet. “Ik heb het er nog steeds moeilijk mee. Als je ook ziet dat bijvoorbeeld een Michael Slingerland terugkomt en bepaalde jongens nu misschien toch willen blijven...” En dat niet alleen. “Het is ook een stukje sociaal netwerk. Ik heb die keuze weloverwogen gemaakt, maar kan niet ontkennen dat ik het er lastig mee heb.” Daarmee komt er voor Neeskens ook een einde aan de samenwerking met zijn assistent én vriend Martijn Stoop, die het stokje volgend seizoen van hem overneemt. “We hebben met z’n allen veel energie in de club gekregen, daar ben ik trots op. Jongens laten debuteren en spelers bewust gemaakt van het spelen in een eerste elftal, dat is denk ik de grootste ontwikkeling.” Naast de gezelligheid buiten het veld. “Ik heb zelf jarenlang bij de club gevoetbald, dus het voelt voor mij echt als thuiskomen. Het wordt straks heel raar om naar een ander sportpark te moeten rijden.” Want als trainer van Zwaluwe, zal Neeskens dat toch echt moeten gaan doen. Welke lessen neemt hij mee? “Wat betreft regels meer de grens opzoeken, maar daar wel de spelersgroep bij betrekken. Zodat ze op elkaar gaan letten en er sprake is van sociale controle. Zo wordt het een gedragen idee van het elftal en niet alleen de trainer.” Eerlijk, oprecht en open voor de mening van anderen. Zo hoopt Neeskens dat ze hem bij Groote Lindt zullen herinneren. “Qua resultaten hebben we er samen het maximale uitgehaald!” Eigenlijk een klein beetje, zoals dat vroeger bij hemzelf ook ging, vertelt hij. “Ik ben sinds mijn vijfde lid van Groote Lindt, heb vanaf de F3 alle jeugdelftallen doorlopen en speelde later ook nog in het eerste.” Inmiddels heeft de 43-jarige Pols het stokje aan zijn zoon overgedragen. “Die speelt nu bij de JO13-1!” Maar ook zelf, draagt de inwoner van Hendrik-Ido-Ambacht dus nog altijd zijn steentje bij. “Er was een gat, dus daar sprong ik in. Ik wilde toch graag betrokken blijven.” OEFENSTOF In zijn geval dus als jeugdcoördinator van de onderbouw. Verantwoordelijk voor de JO7 tot en met de JO13. “Per lichting hebben we een technisch beleidsplan, van hoe we willen trainen én spelen. Spelers positief benaderen, de cultuur bewaken, maar ook opbouwen van achteruit en niet zomaar die bal naar voren peren.” Want, zo redeneert hij. “Als de jeugd nu al onder druk uit leert voetballen, hebben ze daar later plezier van. Alleen maar lange ballen leer je niks van, helemaal niet als middenvelders dan steeds worden overgeslagen.” En dus is daar een belangrijke taak weggelegd voor de trainers én Pols. “Ik moet zorgen voor voldoende trainers, leiders en het begeleiden van nieuwe leden. Dat doen we bijvoorbeeld door te promoten op scholen, tijdens het schoolvoetbal en de Koningsspelen.” Een bewuste keuze, legt hij uit. “We hebben zelfs flyers gemaakt, om te laten zien wat Groote Lindt is. Trainers zijn altijd lastig te vinden, maar door te zorgen voor aanwas van onderuit, is dat een kweekvijver voor zowel spelers als trainers.” Door vrijwilligers laagdrempelig in te laten stromen en met trainingen die zijn opgenomen in het beleidsplan. “De hele onderbouw traint in carrouselvorm, dus met drie of vier vaste vormen en trainers die bij één oefening blijven staan. Alleen de groepjes draaien door.” Het voordeel daarvan? “Gevarieerde oefenstof en je wordt gezien én getraind, door alle trainers. Dus meerdere blikken die coachen.” Een unieke manier van werken in de omgeving, zo weet Pols. “We krijgen veel positieve feedback! Spelers zijn continu bezig en krijgen alle stof aangereikt.” Toch is er ook een nadeel, heeft hij gemerkt. “Sommige trainers zitten er niet altijd op te wachten, die trainen liever alleen hun eigen team. Maar ook dat leggen we dan aan ze uit.” FIJNE JEUGD Uiteindelijk zijn het de hoofdtrainers van de verschillende teams zelf, die de oefenvormen bedenken, vertelt Pols. “Die bieden we vervolgens aan, zodat ze voor iedereen ter beschikking zijn. Van techniek, tot aan positiespel en afwerken.” Met uiteindelijk voor jeugdspelers het doel om het eerste te halen, maar op korte termijn nog iets veel belangrijkers. “Het voornaamste nu is plezier én kinderen in beweging brengen.” Iets wat Pols na al zijn jaren bij de club, als geen ander weet. “Ik ben hier opgegroeid, ging altijd met veel plezier naar de club en nog steeds. Veel van mijn sociale contacten zijn ontstaan bij Groote Lindt, dat gun ik die kinderen nu ook. Dat hoort bij de ontwikkeling, het draait niet alleen om presteren.” Wat dat betreft zit het bij de vereniging uit Zwijndrecht wel goed. “Het is een heel gemoedelijke club, iedereen kent elkaar en ieder lid telt. Daarom hebben we ook gekozen voor deze benadering, om de jeugd genoeg aandacht te kunnen geven.” En die aanpak werkt. “Sinds dit seizoen zijn we begonnen met het benaderen van scholen en je ziet de toestroom. We gaan straks in de onderbouw van twaalf naar zestien teams.” Ook het niveau, ziet Pols stijgen. Mede dankzij de inzet van alle enthousiaste betrokkenen. “Die kinderen een lach op hun gezicht geven, daar doen we het voor. Om ze gewoon een fijne jeugd te geven.” Voorlopig nog met hem aan het roer. “Ik ben een pietje-precies, dus zie mezelf dit de komende jaren nog wel doen. Eerst wat neerzetten, voordat ik het ga overdragen!” Foto: Wilma van Strien

RkJQdWJsaXNoZXIy ODM1NjU=