VoetbalJournaal Zwijndrecht, voorjaar 2024

13 R RO ROB OBE YBE YSE YSP SPO POR OTR SRT TSW SWE WAE AER AR . C R . OC . COM OM M ‘Tijdens de training is opa even geen opa’ Geboren in Zeeland en op zijn zeventiende naar Rotterdam vertrokken, raakte Rinus Priester door zijn voetballende zoon verknocht aan Pelikaan. Inmiddels heel wat jaren later, is de vrijwilliger dat als jeugdtrainer en lid van de klusploeg nog steeds. Met evenveel liefde als toen. “Het draait vooral om enthousiasme.” En enthousiasme dat heeft Priester (64), nadat hij vijf jaar geleden begon met het trainen van zijn twee kleinkinderen. “Dat is nu de JO101 en blijf ik doen tot ze maximaal een jaar of twaalf zijn. Dan is het tijd voor iemand anders!” Ook voor hemzelf, is het dan zachtjes aan wel mooi geweest. “Ik zit al een tijdje in de voetbal, heb ondertussen alle teams gehad. Was zelfs nog assistent bij het eerste.” PLEZIER Maar nu houdt Priester zich als jeugdtrainer dus bezig met de jongste pupillen. “Met kinderen van deze leeftijd is maar één ding belangrijk: techniek, techniek en nog eens techniek.” Met volgens hem het toverwoord: “Herhalen!” En dus is dat precies wat hij tijdens zijn trainingen doet. “Steeds weer in een iets andere vorm, zodat het uitdagend blijft, maar het toch iedere keer terugkomt.” En daarnaast essentieel, vertelt Priester. “Ze leren dingen het beste, als je het zelf voor kunt doen.” Gelukkig heeft de inwoner van Zwijndrecht daar zelf geen moeite mee. “Ik ben sportief en voetbaltechniek verleer je niet.” In combinatie met plezier, een garantie op succes. “Plezier is de basis, zonder heb je niks. Alleen dan kun je iedereen op zijn of haar eigen niveau beter maken.” Waar hij ze zoal beter in maakt? “Hoe trap je tegen een bal en hoe staat je lichaam dan, maar ook verschillende passeer- en schijnbewegingen.” Met nog altijd evenveel liefde, grijnst hij. “Ik doe het omdat ik het leuk vind en zodat er iemand staat met een redelijke eigen voetbalvaardigheid, met een gediplomeerde status, ervaring en die het ook een beetje begrijpt.” Al is ook voor hem het plezier leidend. “Naast dat je ze kunt helpen, blijf je zelf ook jong!” Hoe vinden zijn kleinkinderen het? “Die vinden het geweldig! Tijdens de training is opa even geen opa, dan ben ik trainer. Maar toch wel net iets strenger.” BELEID Met zijn jarenlange ervaring misschien ook niet zo gek. “Toen mijn zoon in 1994 op voetbal ging, ben ik samen met twee anderen dat team gaan trainen. Later vroegen ze of ik daar verder in wilde gaan en ben ik een cursus gaan volgen.” Tot ze hem bij Pelikaan benaderden om het jeugdbeleid vorm te gaan geven. “Dat heb ik toen in de functie van technisch jeugdcoördinator, op basis van bepaalde normen en waarden, gedaan. Uiteindelijk zijn we in die tijd van de derde club van Zwijndrecht, naar de eerste gegaan. Vooral wat omvang betreft.” Veel jeugdteams speelden destijds hoofdklasse, dus toen ze dat beleid bij de club niet veel later ook door wilden trekken richting de senioren, werd Priester voorzitter van de ‘TC’. “Dat heb ik vijftien jaar lang samen met mensen als Jan van Wijk en Ronald Nossent mogen doen. Zijn we van de derde klasse naar de eerste klasse gegaan.” Een seizoen of zes geleden, stopte hij echter met de uitvoering van het jeugdbeleid. Opvolgers vinden bleek een probleem. “Je bent afhankelijk van goede mensen, anders worden er fouten gemaakt.” Nadat de jeugdopleiding een aantal jaar geleden in een bestuurlijke crisis terechtkwam, zette hij het met een aantal mensen terug op de rails. “Inmiddels gaan we weer de goede richting op.” Priester, die op zijn zeventiende vertrok naar de politieschool en daardoor zelf moest stoppen met voetballen, is sinds februari ook lid van de klusploeg van Pelikaan. “Met mijn 64 jaar ben ik de jongste, de oudste is 82. We maken kleedkamers schoon, repareren dingen of voeren klusjes uit. Eigenlijk alles wat een sportpark aan onderhoud nodig heeft.” Al dat vrijwilligerswerk is én blijft leuk, vindt hij. “Maar vrijwilligheid, is geen vrijblijvendheid. Dan moet je het ook doen. Die kinderen rekenen op je.” Hoelang kunnen ze bij Pelikaan als jeugdtrainer nog op hem rekenen? “Nog maximaal twee jaar, dan is het tijd voor een nieuwe generatie!” Hoewel ook Mohammed El Hajouti de degradatie van tweedeklasser Pelikaan stiekem wel een beetje zag aankomen, had de linksback toch even de tijd nodig om zijn teleurstelling te verwerken. Helemaal in zijn debuutseizoen bij het eerste. “Tot de laatste wedstrijd hadden we de hoop dat we ons konden handhaven.” Mohammed El Hajouti weet bij Pelikaan wat knokken is Maar dat gebeurde dus niet, begint de 22-jarige verdediger met vertellen. “Je start natuurlijk nooit met die intentie aan een seizoen, dus wat dat betreft was het wel teleurstellend.” Zijn verklaring voor de degradatie? “Last van blessures en jongens die waren gestopt. Daardoor hadden we een krappe selectie. En het zat in bepaalde wedstrijden gewoon niet echt mee.” Want in eerste instantie, hadden ze veel hoger gemikt bij Pelikaan. “We wilden meedoen in het linkerrijtje...” ONNODIG Het werd uiteindelijk een elfde plaats en nacompetitie. “Tot de laatste wedstrijd hebben we alles gegeven en hoop gehouden dat we ons konden handhaven. De gedachte dat we écht gingen degraderen was er nooit, wel dat we het konden voorkomen.” IJdele hoop, zo bleek uiteindelijk. “Als je een aantal belangrijke spelers mist en je hebt geen brede selectie, wordt het lastig. Helemaal als je veel verliest. Dan gaan de koppies hangen en wordt het qua team ook minder.” Toch heeft El Hajouti het gevoel dat er meer in had gezeten. “Bepaalde wedstrijden hebben we onnodig verloren, dat heeft ons punten gekost. Zeker tegen concurrenten moet je winnen, anders degradeer je helaas.” In voor hem dus zijn eerste seizoen bij het vlaggenschip. “Persoonlijk ging het goed! In de eerste seizoenshelft heb ik van alle spelers de meeste minuten gemaakt. Daarna kreeg ik last van wat kleine blessures.” Al weet de voormalig speler van IFC, wel wat tegenslagen zijn. “Op mijn achttiende ging ik naar Pelikaan. Uiteindelijk ben ik via het derde en het tweede, in het eerste gekomen. Daar heb ik hard voor moeten knokken en trainen.” Toch is het hem dus gelukt. “Ik ben volwassener geworden, eerst was het nog heel kinderlijk. Niet durven of mezelf niet laten horen.” Ook fysiek, maakte El Hajouti een ontwikkeling door. “Ik heb meer kracht gekregen, onder andere door in de sportschool en voor mezelf te trainen. Dan word je op deze manier beloond!” STAPPEN MAKEN De inwoner van Zwijndrecht heeft het dan ook, ondanks de degradatie, goed naar zijn zin. “Een leuk team, maar ook gewoon de mensen. Ik kom uit de buurt, dus er zaten hier ook al heel wat bekenden.” Mensen die hem inmiddels ook maar al te goed kennen, als linksback dus. “Een hardwerkende speler, die alles geeft en iemand met veel loopvermogen. Mee aanvallen, overzicht houden en altijd 100% fel.” Toch is het voor El Hajouti nog lang niet genoeg. “Ik wil mezelf blijven ontwikkelen, maakt niet uit waar. Stappen maken en uiteindelijk zo hoog mogelijk spelen. Op welk niveau precies? Dat heb ik niet echt in mijn gedachte.” Misschien dat hij daarbij nog wat kan leren, van één van zijn voorbeelden. “Vroeger was ik echt fan van Jordi Alba, al speelde ik zelf toen nog meer als linksbuiten.” Qua doelpunten en assists, zou het dus wel goed moeten zitten. “Dit seizoen heb ik vooral assists gegeven, nu wil ik ook meer goals gaan maken. Beter afronden, zodat ik ook daar mezelf kan belonen!” www.euroaluminium.nl 0301826.pdf 1 20-6-2024 16:56:23 Greenroof Nederland Wattstraat 86 g 3335 LV Zwijndrecht 06 - 29 60 06 56 info@greenroofnederland.nl Wij kleuren álle daken groen. 0301904.pdf 1 20-6-2024 16:14:47 Foto: Angélique Versteeg

RkJQdWJsaXNoZXIy ODM1NjU=