VoetbalJournaal Zwijndrecht-Ambacht, najaar 2023

15 R RO ROB OBE YBE YSE YSP SPO POR OTR SRT TSW SWE WAE AER AR . C R . OC . COM OM M Duidelijk jeugdbeleid heeft Groote Lindt de afgelopen jaren geen windeieren gelegd. De club van Bakestein kan weer beschikken over een goedgevulde bovenbouw en met de onder 23 is een springplank gerealiseerd naar het eerste elftal. “We zijn van ver gekomen, maar willen nog meer.” Groote Lindt van weinig naar heel veel Hij was eigenlijk niet van plan na meer dan tien tropenjaren als hoofd jeugd opleidingen bij BVV Barendrecht een nieuwe klus aan te nemen. Maar Arjan Otto bezweek al snel voor de lokroep van Groote Lindt, dat naarstig op zoek was naar iemand die structuur kon aanbrengen aan de zieltogende jeugdtak. “Ik ben hier in het seizoen 2015-2016 begonnen”, zegt de oud-speler van Barendrecht en ASWH. “Ik zou in eerste instantie alleen de trainers bijstaan op zaterdag bij de wedstrijden. Al snel werd dat doordeweeks.” Otto merkte dat er veel werk lag bij Groote Lindt. “Het grootste probleem waarmee de club kampte was de enorm uitstroom na de JO13. Vrijwel alle spelers vertrokken. We hadden in die periode welgeteld één elftal, in de JO19, en dat was ook nog eens een gecombineerd met ZBC’97.” “Daar moest snel aan iets gebeuren, want als je geen bovenbouw hebt, heb je ook geen doorstroming naar je eerste selectie. We stonden op dat moment voor de keuze om één) oude jeugdspelers te benaderen en vragen om terug te komen of twee) de structuur anders in te richten. We hebben voor twee gekozen.” Dat betekende in de ogen van Otto dat dát duidelijke keuzes verlangden. “In hoofdlijnen ging dat om drie elementaire zaken. De eerste was dat we elke speler onafhankelijk in welk team hij of zij speelt dezelfde oefenstof zouden aanbieden. Het tweede was dat we voor alle jeugdteams dezelfde speelwijze zouden hanteren. Dat is makkelijker met het oog op het invallen in een ander team. Een speler weet wat er van hem verwacht wordt op een bepaalde positie. Het derde punt, en misschien wel het belangrijkste, was dat de nadruk meer op ontwikkelen van spelers kwam te liggen dan op het presteren.” - AIRCO Korenbloemstraat 1 3333 ES Zwijndrecht 06 20 136 682 E-mail: d.leensvaar@planet.nl 0293047.pdf 1 2-11-2023 12:14:12 Ontdek hoe de wereld rookvrij wordt op rookvrij.nl De wereld wordt rookvrij Wen er maar aan “Dat alles is een proces dat niet van de één op de andere dag is gerealiseerd”, stelt Otto, die bij Groote Lindt gesteund wordt door Erwin van der Linden als bovenbouwcoördinator en Ruud Pols als onderbouwcoördinator. “Het is trainers meenemen in die visie en dat heeft gewoon tijd nodig.” De duidelijke structuur heeft intussen vruchten afgeworpen. Groote Lindt heeft in de bovenbouw weer goedgevulde leeftijdscategorieën met drie teams in de JO13, twee in de JO15, twee in de JO17 en twee in de JO19. “Ik zie het liefst dat we in elke leeftijdscategorie nog een derde team hebben omdat je dat minder kwetsbaar maakt”, reageert Otto. Het technisch trio heeft daarnaast ook bewuste keuzes gemaakt, zoals het niet deelnemen aan de evencompetities als de JO14 en JO16. En er is ook voor gekozem om de allerjongste talenten nog een jaartje langer te rijpen in de Champions League, de eigen onderlinge competitie. “Wij doen pas vanaf de onder acht mee aan de reguliere competitie, omdat onze ervaring is dat het in die leeftijdscategorie heel lastig is om een goede, gelijkwaardige competitie te organiseren. Wij zijn zelf veel beter in staat om passend weerstand te manipuleren.” Een stap in de ontwikkeling in de organisatie is ook het toevoegen van ren onder 23-elftal. “Dat elftal sluit mooi aan bij de doelen die we met elkaar voor ogen hebben. Het geeft jongens nog even de tijd om zich als voetballer te ontwikkelen en daarnaast zorgt het er ook voor dat je de vaste groep van jeugdspelers kan handhaven. Voordat we de onder 23 hadden zag de spelers versnipperen. De beste ging naar het eerste, een aantal naar het tweede, weer een paar naar het derde of naar een lager elftal. Intussen hebben we ook een onder 23-2.” Ridderkerker Otto wil graag het bouwwerk, dat stevig staat, uitbouwen. “Het is belangrijk dat de doorstroming naar de seniorenselectie nog meer ingebed wordt, al spelen er inmiddels de nodige eigen opgeleide spelers in het eerste elftal. Om tot een nog betere ontwikkeling van spelers te komen zou ik graag een team willen opzetten met jonge talenten die worden bijgestaan door ervaren spelers uit het eerste. Een soort futureteam. Daarnaast zijn er kansen om het meisjesvoetbal goed aan te pakken. We heben bij de club in de jongensteams verspreid aardig wat meisjes voetballen. Het wordt tijd dat we het meisjesvoetbal meer vorm gaan geven. De nieuwe kansen liggen er, maar we moeten ook het huidige proces goed blijven bewaken, want als je dat niet doet ben je snel weer kwijt wat door de jaren hebt opgebouwd.”

RkJQdWJsaXNoZXIy ODM1NjU=