VoetbalJournaal Goeree, voorjaar 2021

13 R O B E Y S P O R T S W E A R . C O M R O B E Y S P O R T S W E A R . C O M R O B E Y S P O R T S W E A R . C O M Het was in de strengste lockdownperiode een bezienswaardigheid in de polders van Sommelsdijk en omstreken. Een hardlopende Patrick Verolme achter een kinderwagen met daarin zijn anderhalf jaar oude dochtertje. OFBmaakte tijdens de coronaperiode van een nood een deugd. De al geplande verbouwing hoefde vanwege de overheidsmaatregelen niet plaats te vinden in een krappe maand, maar kon worden uitgesmeerd over bijna vier maanden. Het leverde de club een onderkomen dat als nieuw oogt, op. Patrick Verolme gaat nog jaren mee bij Den Bommel OFB van nostalgisch naar modern onderkomen “Of ze dat leuk vond”, herhaalt de routinier van VV Den Bommel vraag. “Jazeker. Met die kou had ze al- leen wat minder. In die week van de hevige sneeuw en strenge vorst is ze alleen de eerste dag buiten geweest, daarna wilde ze absoluut niet meer en was ze met geen tien paarden naar buiten te krijgen.” Verolme zelf is blij dat hij weer in de buitenlucht met de selectie van Den Bommel kan trainen, al moet hij als 27-plusser nog even geduld hebben. Als zijn jongere ploegge- noten partijtje spelen, is de labo- ratoriummedewerker veroordeeld tot het trainen in een tweetallen met een lotgenoot. “Ik hoop dat ook wij snel kunnen aansluiten, niets is natuurlijk zo leuk als een partijtje spelen.” Het is voor Verolme, 33 jaar inmid- dels, bepaald geen jaar om te fees- Bij de rondleiding door het com- plex gebruiken oud-voorzitter Arie van Vliet en bestuurslid com- merciële zaken Martijn Dorsman vijfmaal het woord ‘trots’. En dat in combinatie met de vele vrijwilli- gers die zich de afgelopen maan- den inzetten om iets fraais te maken van het onderkomen. “Het vernieuwde complex symboliseert de saamhorigheid bij OFB.” De verbouwing zat er al een tijd- je aan te komen en was toevallig gepland de afgelopen maanden. “Alleen kwam corona er door- heen fietsen”, zegt Dorsman. “Het was ons plan om half no- vember na de laatste speeldag voor de winterstop te beginnen met de werkzaamheden. We hadden een kleine maand ge- pland, want half januari moes- ten we weer klaar zijn voor de hervatting van de competitie. Het zou flink doorwerken zijn ge- weest.” Doordat corona het com- petitievoetbal stillegde en de kantine op slot moest, kon OFB eerder starten met de verbou- wing. “Het grote voordeel was dat we meer handjes tot onze beschikking hadden. De trainers en andere vrijwilligers hadden de tijd om te helpen bij het klus- sen. Daardoor konden we veel meer werk zelf doen dan vooraf gepland. Met het bespaarde geld ten, terwijl daar wel reden voor is. Dit, afgebroken, seizoen was het tiende seizoen dat hij het shirt van Den Bommel droeg. “Mijn beste keus ooit”, zegt hij over de over- stap naar Den Bommel. “Ik speelde bij Flakkee, waar ik in de jeugd was begonnen. Een prima club, maar ik voelde de drang om mij op een hoger niveau te manifesteren. Ik had vrienden die speelden bij Den Bommel en dat maakte mijn be- sluit makkelijker. Ik hoefde mij niet aan iedereen voor te stellen. Den Bommel speelde toen in de derde klasse en promoveerde toen ik in de voorbereiding op het nieuwe seizoen aansloot.” Ook zijn drie jaar jongere broer Roel ging spelen bij Den Bommel, maar waar hij na zeven seizoenen de wijk nam naar De Jonge Spartaan bleef Verolme zijn club trouw. “Het ni- veau en de groep bevalt me. Er zijn in die jaren wel wat wisselingen ge- weest, maar echte grote verande- ringen hebben er in de selectie niet plaatsgevonden. Voetballend heb ik het ook prima naar mijn zin. We heb- ben twee keer in de tweede klasse gespeeld en spelen nu weer in de derde klasse. Daar zit zeker meer in en dat is ook een mooie uitdaging voor de komende jaren.” In het elftal van Den Bommel is Verolme nauwelijks weg te denken. Zijn positie veranderde in de loop der jaren wel eens, maar hij speelde altijd in de as. “Als centrale verdedi- ger, maar ook vaak op de nummer tien-positie. Ik ben al een paar keer geswitcht. Het is net waar het elftal mij het hardst nodig heeft. We heb- ben nu een prima laatste man, dus schuif ik door naar de positie van aanvallende middenvelder.” Dat Verolme goed uit de voeten kan als verdediger en aanvaller is een bewijs van zijn veelzijdigheid, die hij ook nog eens combineert met een groot loopvermogen. Het is konden we weer projecten doen die eigenlijk niet op onze plan- ning stonden.” OFB had van de gemeente Goe- ree-Overflakkee een budget gekregen voor de verbouwing. “Een mooi bedrag, waarvoor we de gemeente ook zeer dankbaar zijn”, zegt Van Vliet, die jarenlang bij het proces tot harmonisatie van de voetbalverenigingen be- trokken was. Dat het hard nodig was om de boel goed op te knappen was ook duidelijk. “Op de vloer lagen hier- voor nog van die gele plavuizen met dikke voegsels ertussen”, trekt Dorsman een vies gezicht. “Dat was toen ‘in’.” Toen was in 1963. In dat jaar nam de club uit Ooltgensplaat haar intrek in het huidige complex aan de Sportlaan. “De kantine was nostalgisch”, geeft Van Vliet er nog een mooi woord aan. Wie nu een voet zet in de kantine waant zich in een nieuwe kantine. Op de vloer liggen grote zwartgrijze (antracieten) tegels, de muren zijn gesausd en ook het interieur is deels vernieuwd. Ook de bar is aangepakt, al is de stenen muur waarop de bar rust op dezelfde plaats gebleven. “We kunnen met een trots gevoel onze gas- ten ontvangen”, zegt Van Vliet. Ook in de gang en in de kleed- kamers ligt er een nieuwe vloer. “We hebben heel veel meer kun- nen doen”, zegt Dorsman. “Waar geen geld voor was, is voor nieuw tegelwerk in vier kleed- kamers. Er moet wat te wensen overblijven.” Zo’n twee jaar ge- leden werd er een stuk aan het complex aangebouwd waar als vervanging van de porto-cabins twee nieuwe kleedkamers zijn herrezen. “De stijl loopt door in de andere kleedkamers.” De aanbouw was destijds hard nodig. Dorsman: “We hebben nu geen dameselftallen meer, maar dat was voor die verbouwing een probleem met de kleedkamers. Speelsters moesten zich, als de jeugd ook thuis speelde, omkle- den in de bestuurskamer.” Ook het straatwerk voor de kan- tine is de afgelopen periode ver- nieuwd. Wat OFB betreft mag het voetballen weer beginnen. Dorsman: “We staan te springen om de leden het nieuwe complex te laten zien. Het heeft een héle andere uitstraling dan eerst.” niet verwonderlijk dat hij ook aan- voerder is van Den Bommel. Die rol vervult hij met trots. “Ik behoor met een aantal andere jongens tot de oudere spelers. Dat geeft je een bepaalde verantwoordelijkheid.” “Ik ben enorm fanatiek en heb een grote hekel aan verliezen. We kun- nen elkaar in het veld flink de waar- heid zeggen, maar als de wedstrijd is gespeeld, is alles vergeten en vergeven. Dat vind ik het mooie aan deze groep.” Supporters van Den Bommel hoe- ven voorlopig niet te vrezen voor een naderend voetbalpensioen van Verolme. “Leon Breeman is veertig jaar. Ik kan dus nog jaren mee.” Dat hij trouw blijft aan Den Bommel is ook zeker. “Ik ben honkvast. Dat heb ik ook met mijn werk. Toen ze verhuis- den van Barendrecht naar Delft ben ik gewoon meegegaan.” Foto: Den Bommel

RkJQdWJsaXNoZXIy ODM1NjU=