VoetbalJournaal Zeeuws Vlaanderen, najaar 2022

29 R O B E Y S P O R T S W E A R . C O M R O B E Y S P O R T S W E A R . C O M R O B E Y S P O R T S W E A R . C O M welove wesearch wedeliver Voor Geert van Hecke is stap naar vrouwenvoetbal nog wennen SINT JANSTEEN – Hij kan bogen op zo’n twintig jaar trainerservaring, waarvan het leeuwendeel daarvan in het Belgische jeugdvoetbal, zelf op nationaal niveau bij SC Lokeren. Sinds dit seizoen is hij begonnen aan een nieuw avontuur bij de vrouwen van DKS’17, nadat hij eerst al zes jaar jeugdteams trainde bij v.v. Steen. ‘Het is een andere dynamiek met dames en dat is nog wel wennen soms.’ De Belg woont inmiddels alweer een aantal jaar in Sint Jansteen, vlakbij het voetbalveld. Toen zijn zoontje zich aansloot bij de lokale voetbalclub was het een kwestie van tijd voordat ook Geert zelf iets zou gaan doen binnen de club. “Dat is meestal zo, als je een voetbalverleden hebt en je gaat met je zoon mee naar het veld dan gaat dat bijna vanzelf. Ik heb jeugdteams getraind bij Steen en ook al wedstrijden bij de dames gefloten. Dus ik kende de ploeg wel en zag ook wel dat het best een serieus niveau is. Dus toen ze me de vraag stelden heb ik ‘ja’ gezegd en de uitdaging aangegaan.” En een uitdaging is het zeker, maar wel eentje die voor Van Hecke tot nu toe erg bevalt. “Je moet vrouwenvoetbal niet met mannenvoetbal vergelijken, maar ik moet bekennen dat ze een enorm goede drive hebben. Ze zijn leergierig en willen graag. Dus dat past wel bij me, want ik ben een trainer die vooruit wil. En hoewel ze gedrevener zijn dan mannen, is het toch ook een stuk meer ontspannen. Deze groep meiden heeft oprechte kameraadschap en hangt ook echt goed aan elkaar als groep.” De doelstelling is de top-drie, maar of dat realistisch is valt volgens de trainer af te wachten. “Ik ben helemaal weer bijna op nul moeten beginnen. Want de samenwerking met FC Axel is er niet meer, dus zijn er een hoop dames vertrokken. Dan moet je weer opnieuw bouwen en dat kost gewoon tijd. Tel daarbij op dat er geregeld ook bepalende speelsters geblesseerd zijn, dan is het elke wedstrijd opnieuw weer puzzelen. De verdediging en middenveld zijn compleet anders dan vorig seizoen, dus kan je niet direct heel pakkende resultaten verwachten. Toch zie ik het vervolg wel met vertrouwen tegemoet, want er zit voldoende voetbalkwaliteit in de selectie.” Als trainer werkt hij op dezelfde wijze als hij vroeger bij FC Daknam voetbalde. “Ik was niet de meest technische speler, maar gaf wel altijd alles. Dat moet de basis zijn van alles. Elke wedstrijd en training het maximale eruit halen. Als ze dat doen, dan hoor je mij niet. Wanneer je verliest en je er alles aan hebt gedaan, dan is het zo. Maar als er meer in zit en je laat dan de punten liggen… Dan laat ik me wel horen. Tot op heden is dat niet nodig geweest. We blijven doorbouwen en dan heb ik alle vertrouwen dat de resultaten ook zullen volgen.” SLUIS - Lodewijk van Keeken speelde zijn gehele voetballeven voor IJzendijke en stond er elk seizoen garant voor veel doelpunten. Sinds 2019 draagt de spits het tenue van vierdeklasser Sluis. Niet direct het sportieve, maar de liefde lag destijds te grondslag aan zijn keuze. Lodewijk van Keeken schiet ook bij SV Sluis nog altijd met scherp “Ik heb een vriendin uit Sluis en we wonen nu ook hier. Voor mij was het toen vooral ook een praktische keuze om voor Sluis te kiezen en te vertrekken bij IJzendijke. En dat ik dan eigenlijk ook hier al zulke mooie sportieve succes heb beleefd, dat is ook wel mooi meegenomen.” Want Van Keeken (32) haalde vorig seizoen in dienst van de Sluizenaren maar liefst tweeëndertig keer de trekker over en had daarmee een significant aandeel in het mooi seizoen dat de rood-witte brigade van coach Ronny Tresonie beleefde. Sluis bleek in het eerste volledige seizoen als vierdeklasser over een uitgebalanceerde selectie te beschikken en produceerde maar liefst negentig goals, waarvan Van Keeken dus één derde voor zijn rekening nam. “Het eindstation zijn is natuurlijk mooi, maar we doen het wel als team. Je wint met elkaar en verliest met elkaar. Wij kunnen het iedereen in deze klasse lastig maken, maar om écht mee te kunnen doen dan moet iedereen er wel zijn. Dat zag je ook terug in de nacompetitie. Toen misten we enkele basiskrachten en dat heeft dan toch zijn effect op de prestaties. Niets ten nadele van anderen overigens, want iedereen doet zijn stinkende best zowel op trainingen als tijdens wedstrijden. Soms valt het kwartje dan wel de goede kant op en dat bleek bij ons op het eind helaas niet het geval.” Daardoor is Sluis nog altijd vierdeklasser, een niveau waarop in de ogen van de ervaren aanvaller Sluis altijd bovenin moet meedoen. “Zonder meer! We hebben een aantal heel talentvolle jonge gasten in de selectie die of al basisspeler zijn óf echt op de deur bonken. Dat is geweldig om te zien. De drive die ze hebben en ook de leergierigheid. Het zorgt ervoor dat er meer concurrentie is en dat is altijd goed voor een groep. Dat maakt je alleen maar sterker, sowieso in de breedte.” Toch beleefde Sluis in de openingswedstrijd tegen Koewacht een ‘valse’ start, want met een 3-3 gelijkspel had vooraf niemand bij Sluis rekening gehouden, ook Van Keeken niet. “We draaiden een redelijk goede voorbereiding en gingen met veel vertrouwen de competitie in. Er was ook geen vuiltje aan de lucht. We komen 3-1 voor en toen kreeg Ruben Steutel rood en draaide de wedstrijd, waardoor het uiteindelijk nog 3-3 werd. Onnodig en zonde, want die punten moét je pakken om bovenin mee te doen. Toch hebben we ons herpakt en denk ik dat we het Breskens en ook RIA W het gehele seizoen knap lastig moeten kunnen maken. We hebben een mix van jeugdig talent en een groep ervaren jongens. Daarbij hebben we met Ronny Tresonie een heel ervaren én tactisch sterke trainer. Die leeft en ademt voetbal en dat zie je ook terug in ons spel. Het is een genot om elke keer op het trainingsveld te staan en in het weekend met elkaar te strijden voor de drie punten.” Bang om uiteindelijk zijn scherpte voor de goal of zijn basisplaats te verliezen aan een van de jonge talenten is hij niet. “Nee hoor. Ik denk altijd in het teambelang. Wanneer er zich iemand aandient die beter is dan ik, dan sta ik met plezier mijn plekje af. Maar zover is het nog lang niet en ik zal er alles aan doen om elke week voor Sluis het maximale te geven er eruit te halen. Wie weet maak ik het nog mee dat we de stap omhoog zetten, al denk ik dat we daar nu nog niet klaar voor zijn.”

RkJQdWJsaXNoZXIy ODM1NjU=