VoetbalJournaal Beveland, voorjaar 2021
11 R O B E Y S P O R T S W E A R . C O M R O B E Y S P O R T S W E A R . C O M R O B E Y S P O R T S W E A R . C O M Het is een niet alledaagse stap die Sarah van Stee binnenkort gaat maken. Van demeidenMO19 bij het samenwerkingsverband Luctor Heinkenszand-Apollo’69 naar de vrouwen van Eredivisionist Sparta Rotterdam. ‘Dat klopt en dat maakt me extra trots dat ik deze kans krijg.’ COLIJNSPLAAT – Wie de jeugd heeft, die heeft de toekomst. Dat zullen ze ook bij Colijnsplaatse Boys hebben gedacht. Want daar zijn ze bij de jeugd gestart met het aanbieden van Kaboutervoetbal. Ramon Yuen is één van de drijvende krachten achter het initiatief, dat binnen een maand al explosief groeide in aanwas. Van de MO19 Luctor Heinkenszand-Apollo’69 naar Sparta Colijnsplaatse Boys succesvol gestart met Kaboutervoetbal ’S-GRAVENPOLDER –De 18-jarige Sarah van Stee voetbalde tot haar zestiende nog ‘gewoon’ bij de jongens van haar club SV Apollo’69 uit ’s Gra- venpolder. Daarna maakte ze de overstap naar de meiden, die met de MO19 een samenwerkingsteam hebben met Luctor Heinkenszand. “En daar heb ik me een keertje in- geschreven voor een open selec- tietraining bij Sparta Rotterdam. Die training bleek ik het dusdanig goed te hebben gedaan, dat ik door hen werd uitgenodigd om een stage te komen doen in Rotterdam. Dat was natuurlijk superleuk en totaal on- verwacht ook wel. Want meestal zijn het meiden die een opleiding heb- ben gehad bij JVOZ ofzo die de kans krijgen omdan bij de dames van een BVO op stage te gaan of een over- stap te maken. Dat ik nu als jonge speelster van een amateurclub zo- als Luctor/Apollo die kans krijg, dat maakt me wel extra trots.” In het verleden had ze stiekem wel al eens gedroomd om ooit in de Eredivisie voor vrouwen te spe- len. Maar nooit had ze gedacht, dat met deze stap naar de hoofdklasse haar ‘grotere doel’ misschien ook daadwerkelijk realiteit kan worden. Zéker niet omdat ze dus niet in een opleidingstraject zat zoals JVOZ dat is. En ze is zich er ook enorm goed van bewust dat het een grote stap gaat zijn die ze maakt. “Hoofd- klasse spelen zal ook al zwaar zijn, dus dat wordt aanpoten. Ik train nu twee keer per week en speel in het weekend een wedstrijd, maar die in- tensiteit gaat wel flink omhoog. Dat wordt straks dus vier keer per week trainen en een wedstrijd spelen. En veel reiskilometers maken, voorna- melijk met de trein.” Ze heeft al wel contact gehad met anderemeiden die vanuit Zeeland in de opleiding van Sparta Rotterdam actief zijn of ook de overstapmaken komend seizoen. “Ik ken sommigen alleen van naammaar niet persoon- lijk. Al went dat snel. We hebben nu al geregeld contact en weten ook dat we allemaal voor hetzelfde doel erheen gaan. Maar in het begin wil ik vooral wennen, aan het niveau en aan de nieuwe omgeving. Maar ik heb van Sparta te horen gekregen dat ik die ook krijg en dat ze het in me zien zitten.” De open training ging ze destijds in zonder directe verwachtingen, al ligt dat nu wel anders. “Toen wilde ik vooral door- komen. Ik wilde proberen om te zien of het me zou lukken. Dat deel heb ik al bereikt. Nu wil ik me verder ont- wikkelen en heb ik het absolute doel om op het middenveld van Sparta terecht te komen. En dan van daar- uit ooit de stap te maken naar de Eredivisie voor Vrouwen. Als je me dit een paar jaar geleden had ge- zegd, dan ha ik het niet geloofd. Nu ga ik er vol voor en zie wel waar en hoe het ooit eindigt.” “Het is prachtig om te zien dat het zo enthousiast wordt ontvangen. We be- gonnen met vier spelertjes en in- middels zitten we al op vijftien! Dus het is voor mij wel klip en klaar dat we hier op de club in een dringende behoefte voorzien. Iedereen komt elke week trouw naar de trainingen en als je dan die oogjes ziet als je over het veld rennen. Prachtig!” Eind april was het voor het eerst dat de groep het veld opging en was het vooral de kat uit de boom kijken. “Het was zeker nog onwen- nig. Voor de kinderen, maar ook voor mij. Want ook ik moest echt met die jonkies toch even kijken wat ik kon aanbieden allemaal, zon- der dat ze ook werd overvraagd of overprikkeld. Alles wat compleet nieuw en dus ook voor mij als trai- ner en begeleider.” Vanuit verschillende spelvormen, oefeningetjes op het internet en goed zichzelf verdiepen, werd het aanbod steeds gevarieerder en dat resulteerde in nog meer enthousiasme en nieuwe in- stroom. “We hebben ze momen- teel al verdeeld in kleinere groep- jes en heb intussen een aantal vrijwilligers die me helpen in de begeleiding en trainingen. Elke woensdag een uurtje op een heel laagdrempelige manier de kinde- ren spelenderwijs in aanraking te laten komen met de bal en het voetbalspel. En de progressie die sommigen op die korte tijd heb- ben gemaakt, of hoe behendig sommigen nu op de leeftijd van soms nog geen vier jaar al zijn… Machtig mooi om dan daartussen te staan!” Het geheel bij de Kabouters van Colijnsplaatse Boys kent nu nog vooral een ongedwongen status. “Het is nu vooral van heel veel dingen mogen en niet moéten. We willen vooral dat de kinderen het leuk vinden en ze uiteindelijk straks als ze mogen aansluiten als jeugdlid bij de vereniging, ze dat ook gaan doen. De jeugd op het dorp houden en dan onder- deel laten uitmaken van het ver- enigingsleven is wat we willen realiseren. Het spelen en trainen bij de Kabouters is echter geen verplichting, maar straks als ze echt competitie gaan spelen wel. Dan moet je er zoveel mogelijk zijn, anders komt je team in de problemen bij te weinig spelers. Maar als ik zie hoe fanatieke deze kleintjes al zijn… Door weer en wind zijn ze er allemaal geweest, dus dat zegt veel over de motiva- tie vind ik.” Yuen hoopt dat de komende tijd er nog meer kleintjes het Kabou- tervoetbal komen bezoeken en uiteindelijk lid worden van Co- lijnsplaatse Boys. “Er kunnen er nog altijd bij. Na de zomer zullen er al een paar doorstromen rich- ting de JO7, omdat ze te oud zijn voor de Kabouters óf te goed… Want ook dan moet je ze de stap laten maken. Maar dat het een succes is tot nu toe, dat is wel zeker!” KRABBENDIJKE – Hij was actief als keeper, elftalleider, bestuurslid, wedstrijdsecretaris, trainer vanhet tweedeelftal enkeeperstrainer, maar vanaf volgend seizoen is hij niet langer bij de senioren als trainer. Robin van Koeveringe (36) traint nu de jongste jeugd bij v.v. Krabbendijke en staat daarmee aan de basis. Clubman Van Koeveringe geniet als trainer bij de jongste jeugd “Dat is heerlijk om te doen. Het enthou- siasme, de onbevangenheid en het plezier in het spelletje dat die jongsten hebben is geweldig. Het is natuurlijk een totaal andere dynamiek dan ik al die jaren dat ik hier rondloopt gewend was. Het draait nu niet om de punten, maar om plezier en om ontwikkelen. De kinderen dus- danig enthousiasmeren dat ze lid worden en blijven van Krabbendijke. Want doorstroming van jeugd is voor het voortbestaan van een dorpsclub meer dan essentieel.” De club heeft al enkele jaren mini’s, oftewel de jongens enmeisjes JO7 en JO8, waar sinds begin dit kalenderjaar Van Koeveringe als trainer is gestart. De JO8 zal na de zomerperiode starten als competitieteam en zal Van Koeveringe onder zijn hoede nemen. “Toen mijn zoon- tje op zijn vijfde op voetbal ging is het bij mij gaan leven om trainingen te gaan geven aan de allerkleinsten. Hij is inmiddels zeven en zal dus na de zomer competitie- wedstrijden gaan spelen. Hiervoor is een trainer/leider nodig en dat ga ik dus doen, wellicht samen met een an- dere ouder. En we moeten kijken of er dan ook voor de JO7 voldoende zijn qua leeftijd en aantallen of zij ook in competitie gaan. Anders zullen zijn alleen voorlopig nog trainen.” In totaal heeft Van Koeveringe samen met de andere trainer, Bert de Rooij, in de jongste leeftijden een groep van zo’n zestien jongens en meisjes. De groep JO8 zal daarbij bestaan uit een speler of acht. “Die heb je ook nodig om wedstrijden te kunnen spelen en ervoor te zorgen dat ze allemaal voldoende aan bod komen. De trainers en trainsters die bij ons in de jeugd actief zijn en die met de kinderen aan de slag willen, die kunnen allemaal een beroep doen op trainerscursussen binnen de club. Mede ook om zodoende vanaf de basis goed te starten en de kinderen nóg enthousiaster kunt krijgen. Want we willen dat de aanwas blijft groeien van onderaf en dat ze uiteindelijk lid blijven en doorschuiven. Daar- om proberen we die groep zo groot mogelijk te krijgen en hebben we ook een goed band met de basisscholen. Daar hebben we op 8 juni jl. ook samen op onze velden een leuke sportdag georganiseerd. Wie weet komen er daarvan dan nog enkele zich bij ons aansluiten straks. Zo snijdt het mes twee kanten op uiteindelijk.” Als keeper maakte hij tot zijn 29e deel uit van het eerste elftal, maar een chronische knieblessure, en het feit dat er een ander keeper de betere bleek, deden hem beslui- ten te stoppen. ‘Toen ben ik vijf jaar leider geweest bij het eerste en de afgelopen twee seizoen was ik veldspeler én trainer/leider bij het tweede. Nu ik de jongste jeugd train ga ik daar komend seizoen wel mee stoppen. Wel blijf ik nog de keeperstrainingen doen én dus de JO8 en mini’s samen Bert de Rooij. Dat bevalt me echt enormen als ik zie hoe blij die gastjes zijn omop het veld te kunnen staan, dat geeft mij heel veel energie en voldoening. Dat is gewoon puur genieten.”
Made with FlippingBook
RkJQdWJsaXNoZXIy ODM1NjU=