19 R O B E Y S P O R T S W E A R . C O M R O B E Y S P O R T S W E A R . C O M R O B E Y S P O R T S W E A R . C O M Honselersdijk: ieder kind zijn eigen ontwikkeling De jeugd heeft de toekomst, zeggen ze. Maar dan moeten talentvolle voetballertjes natuurlijk wel op de goede manier training krijgen. Dat beseft Trudie van Giesen als TC-lid bij Honselersdijk gelukkig maar al te goed: “Het is heel belangrijk dat trainers in de onderbouw de juiste bagage mee kunnen geven.” En als iemand weet waar ze het over heeft, dan is het de 62-jarige Van Giesen wel. Na achttien seizoenen als trainster bij de F’jes en E’tjes, waarvan acht jaar samen met Moek van der Meer, is een rol als bestuurslid TC-Onderbouw, haar op het lijf geschreven. “Opleiden, aandacht schenken aan ieder kind en ze helpen ontwikkelen op hun eigen niveau. Ik ben heel gedreven om dat voor elkaar te krijgen.” Inmiddels dus voor een jaar of drie, buiten het veld. “Na al die jaren, vond ik het weer om in te trainen niet meer leuk. Later heb ik ook nog het organiseren van activiteiten gedaan. Samen naar Oranje, in de ArenA, dat was prachtig!” Want, zo memoreert ze. “Die kinderen vonden het gek, dat ze daar maar één veld hadden...” VOETBALSPELLETJE Gelukkig hebben ze er bij Honselersdijk een paar meer, weet Van Giesen al bijna dertig jaar. “Mijn zoon had motorische problemen, liep altijd op zijn tenen en zat daardoor bij de fysio. Ik ben verpleegkundige, toen hebben we hem op voetbal gedaan. Wat is beter dan het spelenderwijs te leren?” Haar liefde voor de club, was geboren. “Ze zochten een trainer, ik kom uit een voetbalfamilie, dus dat leek me wel wat!” Een beetje, zoals het nu jaren later, nog altijd ongeveer gaat. “Jeugd van vroeger, staat nu zelf training te geven. Dat is het mooie, het wordt steeds weer doorgegeven.” Van Giesen weet als geen ander hoe belangrijk dat is. “Met KNVB-cursussen, proberen we dat soort jongens, bepaalde kennis mee te geven. Zodat ze het voetbalspelletje over kunnen brengen.” Een voetbalfilosofie waar ze zo’n anderhalf jaar geleden, op initiatief van Marcel Bruggeling (bestuurslid TC-Bovenbouw), mee zijn begonnen. “Eén op één gesprekjes en een vaste manier van spelen. Van boven naar beneden, van de selectie naar de jeugd. Qua opstelling of afspraken voor bijvoorbeeld opbouwen.” Zo weet iedere trainer, van tevoren wat het systeem is. “Als ze dan op gesprek komen, is de speelwijze al bekend. Altijd 4-3-3.” Binnenkort wordt er hopelijk ook inhoudelijk, naar trainingen gekeken. “Dat pakken Marcel en ik nu samen richting het bestuur op, om te kijken wie dat kan gaan doen. En hoe we dat kunnen regelen.” Straks dus alleen nog toepassen in de praktijk. “Teams bezoeken, hoe trainen we? Op die manier kunnen we jonge trainers ook begeleiden, daar steken we veel energie in. Je krijgt soms toch best wat weerstand van ouders of kinderen.” SOCIALE FUNCTIE In de toekomst zou Van Giesen dat concept graag nog wat verder uit willen diepen. “Gewoon een paar weken meelopen, om het coachen te verbeteren.” Want het individu, staat altijd centraal. “Elke speler, selectie of recreant, heeft zijn eigen ontwikkelingsplan. Iedereen kan beter worden, op zijn of haar eigen niveau. Plezier staat voorop, dus we geven aandacht aan ieder kind.” Toch blijft klaarstomen voor het eerste elftal natuurlijk het ultieme doel, maar Van Giesen weet dat Honselersdijk meer is dan dat. “Het gevoel van een familieclub, wil je behouden. Je hebt ook spelers als vrijwilliger nodig achter de bar. Dus de vereniging heeft ook een sociale functie binnen het dorp, het is een soort ‘meetingpoint’.” Fanatiek als ze is, legt ze desondanks de lat hoog. “We hebben al flinke stappen gezet. Er is meer aandacht voor de ontwikkeling van het individu, dat was 28 jaar geleden heel anders. Toen ging het veel meer om winnen. Daarnaast gaan jongeren nu eerder op voetbal, maar spelen ze wel minder buiten. Motorisch gezien merk je dat.” Nog genoeg werk aan de winkel dus, beseft de inwoonster van ‘s-Gravenzande. “Het kost veel tijd, zeker twee avonden per week, toch krijg ik er veel energie van. Ik kan het natuurlijk niet alleen, om samen met mensen die er echt voor willen gaan, iets op te bouwen. Dat is voor mij de drijfveer.” Van stoppen, wil Van Giesen dan ook absoluut niks weten. “Zolang ik het kan, blijf ik het doen. Omgaan met kinderen is fantastisch, daar krijg je zoveel voor terug!” Begonnen als keeper, gescout door ADO Den Haag, gaan voetballen in een vriendenteam en nu als middenvelder spelend voor eersteklasser Honselersdijk. De nog korte carrière van Daan van Elswijk leest als een boek op zich. En dus is het tijd voor een nieuw hoofdstuk. “Volgend seizoen wil ik een basisplek veroveren!” ‘Ik had moeite het uiterste uit mezelf te halen’ Hoe dat allemaal past in het leven van een achttienjarige? Van Elswijk weet het zelf misschien ook niet helemaal. Maar om alles een klein beetje te kunnen begrijpen, beginnen we bij het begin. “Ik ben bij Honselersdijk begonnen, op mijn vijfde. Als keeper dus.” Daar stopte hij bij de D’tjes mee, ging later nog op kickboksen en vertrok een aantal seizoenen geleden naar Verburch. “We wilden gewoon lekker een balletje trappen en samen een vriendenteam oprichten. Daar was hier geen plek voor...” En dus kwam de middenvelder vervolgens terecht in de B3 van Verburch. “Dit is het derde jaar dat ik weer terug ben.” AFGEVALLEN Startend in de A3, al was het voor twee maanden. “Dat had de trainer van de A1 al snel in de gaten, toen mocht ik meetrainen en af en toe een wedstrijd spelen. Een seizoen later, zat ik er definitief bij.” Daarna ging het snel. “Eind vorig voetbalseizoen werd ik gevraagd voor de selectie, nu zit ik er vast. De laatste maanden steeds meer bij het eerste, daarvoor vaak bij het tweede.” Heel gaaf, vindt Van Elswijk. “Het gaat allemaal veel sneller, dus het is wel even schakelen. Zeker qua positionering.” Maar, zo weet de voetballer ook inmiddels. “Als je hoger gaat voetballen, moet je ook aan je fitheid gaan werken.” Een volgende bladzijde in zijn boek. “Ooit woog ik rond de 90 kilo, dat is nu 70.” Als nummer ‘zes’ geen overbodige luxe. “In het seniorenvoetbal heb je geen tijd om te draaien. Ik ben een soort stofzuiger, veel loopvermogen en fysiek sterk. Echt in dienst van het elftal.” Afgevallen bij ADO Den Haag, gestopt met keepen vanwege de concurrentie en nu als middenvelder in het eerste. Van Elswijk blijft zichzelf verbazen. “In het begin, had ik best wel moeite om het uiterste uit mezelf te halen. Toch ben ik altijd wel een fanatiekeling en iemand met een winnaarsmentaliteit geweest. Dus nu ik hier eenmaal speel, wil ik er ook het maximale van maken.” En dus, moeten er dingen nog een stukje beter, vindt hij. “Meer rust aan de bal bewaren en in drukke situaties, even kiezen voor de makkelijke oplossing.” KNOKKEN Op persoonlijk vlak nog genoeg ruimte voor verbetering, maar ook qua resultaten kunnen er nog stappen worden gezet, vindt Van Elswijk. “Als je kijkt naar het einde van vorig seizoen, had iedereen wel verwacht dat we hoger zouden staan. Het is nu middenmoot, ik verwacht én hoop dat we nog wel drie plekken kunnen stijgen. Als we deze vorm vast weten te houden...” Hun grootste kracht? “Fel beginnen! Als we in het begin van de wedstrijd steekjes laten vallen, worden we overlopen. Dan gaat het mis.” Aan hem, om daar de komende jaren een belangrijke bijdrage aan te leveren. “Ik hoop nog veel mee te mogen doen met het eerste. En volgend seizoen, wil ik een basisplek veroveren.” Al weet Van Elswijk zelf, hoe lastig dat soms is. “De concurrentie op het middenveld is groot, dus daar moet ik mezelf tussen zien te knokken.” Na alle omzwervingen, loopt de jongeling weer oud en vertrouwd naar sportpark De Strijphorst. En voorlopig, blijft hij dat nog wel even doen. “Het is een gastvrije club, waar iedereen betrokken wordt en echt één is. Veel gezelligheid en een overwinning vieren met een biertje, maar niet te gek hè!” 0281840.pdf 1 4-4-2023 15:36:50 Foto: Steef van der Knaap.
RkJQdWJsaXNoZXIy ODM1NjU=