15 R O B E Y S P O R T S W E A R . C O M R O B E Y S P O R T S W E A R . C O M R O B E Y S P O R T S W E A R . C O M welove wesearch wedeliver Een voetbalfamilie zie je vaak, die van een scheidsrechter een stuk minder. Maar bij Cluzona hebben ze er met familie De Nijs toch echt eentje. Vader Henri begon als eerste, een paar jaar later volgden zoon Mike en dochter Tessa in zijn voetsporen. Het drietal vertelt over de leuke dingen, de kritieken ende perfecte scheidsrechter. “Jemoet vooral consistent enduidelijk zijn.” Zoals dat eigenlijk altijd gaat bij amateurclubs, vervulde Henri al vroeg de rol van hardwerkende vrijwilliger. Als trainer van zijn kinderen en later dus ook als scheidsrechter. De 51-jarige vader vertelt hoe dat precies ging. “Of ik niet een keer bij de meisjes wilde fluiten, in 2010 was dat denk ik. Als ik nu op het sportpark kom, vraagt iedereen of ik kan.” De negentienjarige Mike begon op zijn zesde met voetballen bij Cluzona, zus Tessa (22) volgde een jaartje later. “Volgens mij was ik negen, papa werd mijn trainer. Inmiddels voetbal ik bij de dames.” De jongste van het stel vult lachend aan. “Ik zit nu in de JO19-2 en mijn vader is trainer!” HET SPELLETJE Voor Tessa begon het fluiten van wedstrijden vorig jaar zomer. “Ze vroegen of ik dat bij de jeugd kon doen, op zaterdag had ik niks, dus dat wilde ik best. Vanaf dit seizoen doe ik het volledig.” Mike, in tegenstelling tot het zelf voetballen, volgde juist nu een jaartje later. “Ze hielden een jeugdtoernooi en zochten scheidsrechters, van daaruit is het begonnen.” Volgens zijn zus allemaal best logisch, eigenlijk. “We komen uit een voetbalfamilie en zelf ben ik altijd wel op de hoogte van de regeltjes, dat vind ik leuk. Dat je geen ‘los’ of ‘laat’ mag roepen bijvoorbeeld.” Haar broertje gaat verder. “Zonder scheidsrechter kan er niet gevoetbald worden, dus eigenlijk zorg je er ook voor dat anderen lol kunnen hebben.” Maar wat vinden ze nou zo leuk? Henri trapt af. “Je kijkt toch naar de tactiek, maar ook naar de spelers zelf. Wie bepaalt het spel? Talenten haal je er al snel uit.” Ook Tessa geniet juist nog meer van het spel. “Ik fluit vaak de MO13 en de MO17, dan zie je ze groeien. En mensen zijn blij dat je fluit.” Het feit dat ze zelf nog actief is als voetbalster, helpt haar binnen de lijnen. “Soms erger ik me ook aan een scheidsrechter, dan weet ik dat ik het zelf niet zo moet doen.” Datzelfde geldt voor Mike. “Je snapt wat ze meemaken, daar kun je jezelf beter in verplaatsen.” UIT LIEFDE Maar niet alleen op de club, gaat het over de juiste beslissingen, lacht vader Henri. “We kijken heel veel voetbal thuis en letten dan natuurlijk net een beetje meer op de scheids. Discussiëren, hoe zouden wij een situatie oplossen? Dat soort dingen.” Hoe leuk ze het ook vinden, kritiek is er natuurlijk altijd. Hoe kun je daar het beste mee omgaan? Tessa: “Als het met respect is, mogen spelers veel zeggen. Anders heeft het geen zin om in gesprek te gaan, dan laat ik het gewoon voor Liefhebbers onder elkaar, voetbalhumor en gezelligheid in de kleedkamer. Voor voetbalpraat ben je nooit te oud. Dat bewijzen ze sinds een aantal seizoenen bij de Veteranen van Cluzona. Corné Danen is samen met Marcel Luijckx één van de oprichters, hij geniet van het fanatisme. “Iedereen kan echt nog een balletje trappen hoor!” Met zijn 56 jaar behoort Danen niet alleen tot de meest ervaren spelers van het stel, hij wierp zich dus ook op als aanjager van het geheel. Want eenmaal gestopt, begon het toch wel weer te kriebelen. “Ik deed als keeper nog wel aan zaalvoetbal, maar las bij de KNVB iets over een 45+ competitie. Zodoende is het balletje gaan rollen.” De inwoner van Wouw won wat informatie in, belde eens met de voetbalbond en trok mei 2016 intern bij Cluzona eens aan het jasje. “Kunnen we daar niet iets mee gaan doen?” AAN DE BAK In die leeftijdscategorie was het lastig om een team samen te stellen, maar toen bleek dat er ook een competitie was voor de 35+, ging het ineens een stuk makkelijker. “Al snel hadden we een mannetje of negen, toen hebben we ons ingeschreven voor de vrijdagavond.” Dat deed Danen een jaar of drie met zijn teamgenoten, toen het wel weer tijd was voor iets nieuws. “Je speelt toch elke keer tegen dezelfde tegenstanders, dat heb je op een gegeven moment wel gezien. Vanuit de KNVB werd het eigenlijk alleen maar populairder, dus besloten we in 2019 iedere week op donderdag competitie te gaan spelen.” Met veertien man op de lijst, is ook het aantal spelers met de tijd gegroeid, alhoewel. “Eigenlijk hebben we elf voetballers, want drie zijn er chronisch geblesseerd. Daar rekenen we niet meer op.” Maar gelukkig is er keuze genoeg. “Sinds dit seizoen hebben we ook een tweede 35+ team, een generatie jonger. Sommige jongens vielen soms al eens bij ons in, nu staan ze zelf ook ingeschreven.” Vol enthousiasme storten de mannen zich wekelijks in de zeven tegen zeven. “Het fanatisme zit er nog steeds in, ook bij tegenstanders. Maar je laat elkaar wel gewoon lekker voetballen, want daar gaat het uiteindelijk om.” Toch is het nog flink intensief, vertelt Danen. “Iemand kwam eens een keertje meetrainen, die hebben we daarna nooit meer gezien. Die schrok toch wel een beetje van het niveau en vooral van de intensiteit. Je moet nog behoorlijk aan de bak.” DERDE HELFT Toch is het met zaalvoetbalregels een stuk gemoedelijker, denkt hij. “Daardoor is het volgens mij ook aantrekkelijk. Het gaat er wat minder hard aan toe, weinig tackles, dus ook geen blessures.” Als er wordt getraind is dat ter voorbereiding op het nieuwe seizoen, zo halverwege augustus, maar bovenal gaat het natuurlijk om de gezelligheid. “Dan komt er een kratje bier bij. Samen in de kleedkamer, lachen en voetballers onder elkaar. Dat begint eigenlijk pas bij de senioren, dat trekken we nu lekker door.” Want stiekem, blijft voetbal het allerleukste wat er is. “Je bent weer even een E-pupil, als je dat veld weer op mag. Als het voetbalspelletje je ding is, blijft dat voor altijd zo.” Zelfs als het fysiek wat lastiger wordt. “De oudste bij ons is 59 en tien zijn er boven de 50. Dan heb je wel even drie of vier dagen spierpijn, haha!” Ondanks dat en wedstrijden tegen veel jongere teams, denken ze nog lang niet aan stoppen. “Dit blijven we echt nog wel een paar jaar doen. Daaromwas corona zo vervelend, dat is kostbare tijd.” Die halen ze nu, met vooral veel derde helften, dubbel en dwars in. Over één ding is Danen wel heel duidelijk. “Wandelvoetbal? Daar gaan we nooit aan beginnen!” Iets meer spierpijn, maar nog net zo fanatiek Een fluitje van een cent voor familie De Nijs wat het is.” Die emoties ontstaan vaak uit onwetendheid, weet Mike ondertussen. “Veel spelers kennen de regels niet.” Henri dan: “Het wordt ook steeds ingewikkelder...” Voorlopig fluiten de twee jongsten van ‘familie De Nijs’ vooral jeugdwedstrijden en wat hen betreft blijft dat zo. “Ik heb geen ambitie om het echt serieus te gaan doen, nu is het gewoon voor de lol. Wel wil ik de cursus gaan doen, daar word je alleen maar beter van en ik houd van leren”, vertelt Tessa. Ook voor Mike zit dat er voorlopig nog niet in. “Nu wil ik vooral meer wedstrijden fluiten en ervaring opdoen, zodat ik straks ook de oudere jeugd kan doen.” Tot slot zijn ze over één ding meer dan eensgezind. “We doen het vooral uit liefde voor de club, om ze een handje te helpen!” De kracht van samen winnen! Solar Energy Elektrotechniek Duurzaamheid Beveiliging 0260137.pdf 1 15-4-2022 13:47:24 Werken bij Wibro is net als voetbal; we spelen elkaar de bal toe om te kunnen scoren bij onze klanten Aan het woord Johnny Willeboer, directeur van Wibro. Het mooie van ons bedrijf is dat iedereen gelijk is en iedereen zijn inbreng heeft. Er word altijd naar elkaar geluisterd . Net als bij voetbal bestaat ons team uit verschillende spelers. Wij werken met verkoopadviseurs, werkvoorbereiders, planners, monteurs, en boekhouders. Het samenspel is prachtig en dat maakt het werken bij Wibro erg leuk. En natuurlijk is duurzaam ondernemen, duurzaammet elkaar omgaan Wibro isolatie en renovatie heeft een klinkende naam in West Brabant . We bestaan niet voor niets als 45 jaar. De laatste jaren is er fors geïnvesteerd in nieuw gereedschap en een nieuw wagenpark. Dit om ervoor te zorgen dat onze mensen prettig, comfortabel en veilig kunnen werken volgens JohnnyWilleboer. KOPPIE ERBIJ HOUDEN Greame, werkt al jaren bij Wibro, Hij is een van de mannen die nieuwe collega’shet vak leert. Hetwerk is uitdagend, altijd lekker buiten, vrijheid, en je koppie erbij houden omdat geen woning hetzelfde is. TEAMSPIRIT Rob een van de jongere monteurs beaamt de teamspirit. Van begin af aan voel ik mij hier erg thuis, Ik heb nog nooit zoveel geleerd als hier bij Wibro . Ik werk graag met mijn handen maar hier heb ik geleerd hoe jemet het juiste gereedschap zoveel meer kunt doen. BIERTJE Ik vind de teamspirit bij Wibro, het wij gevoel, erg prettig vult Gream nog aan.. Het feit dat niemand ons traditionele vrijdagmiddag biertje overslaat en iedereen er altijd is zegt genoeg. Sommige mensen die vrijdag al vrij zijn komen er speciaal voor terug. KLANTGERICHT Elke woning behandel ik alsof het mijn eigen woning zou zijn zegt een van de meest ervaren isolatie monteurs . Ik vind het klantencontact altijd erg boeiend en doe mijn uiterste best om de isolatie klus zou geruisloos mogelijk te laten verlopen. WERKVOORBEREIDING Ik zorgervoor dat onzemonteurs altijd met de juiste middelen op pad gaan zegt Dick, de werkvoorbereider van Wibro. Dat is voor onze jongens erg belangrijk. Als ze op pad gaan ben ik al bij de klant geweest en heb alles nagemeten en nagekeken. MOOIE TOEKOMST De kennis en kunde bij Wibro zit in de hoofden van onze mensen vult Johnny Willeboer aan. Eigenlijk is er met onze ervaring en gemotiveerde mensen geen klus die wij niet aankunnen. Door de groei van Wibro zijn wij altijd op zoek naar gemotiveerde mensen. Motivatie en graag willen leren is belangrijker dan kennis en kunde. Met de juiste instelling brengen wij ze ons mooie vak wel bij. Je bent ook verzekerd van een mooie toekomst. Voorlopig is er lang nog geen eind in zicht in het verduurzamen en van woningen.
RkJQdWJsaXNoZXIy ODM1NjU=