VoetbalJournaal Roosendaal, voorjaar 2021
R O B E Y S P O R T S W E A R . C O M R O B E Y S P O R T S W E A R . C O M R O B E Y S P O R T S W E A R . C O M 23 Kees de Rooij moet SC Gastel laatste zetje geven ‘Ik ga die jongens echt heel erg missen’ Zijn vertrek des- tijds bij Unitas’30 was een bewuste keuze voor de in- woner van Bergen op Zoom. Qua niveau weliswaar een stapje terug, maar het zaterdagvoetbal paste hem privé beter op dat moment. Zodoende kwam hij terecht in Tho- len. “Oude vrienden van mij zaten daar en ik ging er vaak kijken. Een echte dorpsclub.” De Rooij tekende voor twee seizoenen, maar kwam er in de loop van de tijd achter dat de ambities toch minder goed bij elkaar pasten. “Ik wildemeer, maar een aantal mensen binnen club en ook sommige spelers vonden het wel goed zo. Dat zorgde voor ver- deeldheid, toen heb ik ze eerlijk verteld dat ik openstond voor een nieuwe uitdaging.” WARM BAD En die uitdaging kwam dus heel snel, toen de derdeklasser die- zelfde avond interesse toonde. “Ik moet eerlijk zeggen, ik dacht niet meteen: ojee, Gastel! Vroe- ger was het altijd een vervelende club om te spelen, dat beeld had ik nog steeds, was er lang niet ge- Alle ingrediënten om met elkaar door te gaan waren ei- genlijk aanwezig. Een fijne groep, tomeloze inzet en positieve ontwikkelingen binnen de club. Toch besloot de 49-jarige Van Batenburg dus anders, al is de verklaring daarachter heel simpel. “Voormijnwerk zit ik geregeld in het buitenland en maak ik lange dagen, dat werd steeds lastiger om te com- bineren. Dan kan ik het niet meer met volle overgave doen.” Dit was voor hem sowieso al een soort bo- nusjaar. “Ik twijfelde vorig seizoen al, maar toen werd door corona veel van het werk uitgesteld. Vanaf nu wordt het alleen maar drukker.” BELOFTE Zijn ploeg stond op een tweede plek, de droom om met promotie naar de tweede klasse af te sluiten spatte dan ook hard uiteen. “Dat was heel teleurstellend, we hadden echt ver kunnen komen. Het leefde heel erg. Zowel bij mij, als bij die jon- gens.” En dat Van Batenburg ooit trainer zou worden, was eigenlijk een soort belofte. “Ik heb dat ooit beloofd aan Bert Kempenaars, een coryfee van Gastel. Een geweldige vent, helaas is hij overleden. Het was een mooi moment toen ik die belofte kon inlossen.” Dat stelde hem, drie jaar geleden, voor een serieuze uitdaging. “We wilden van de eerste twee selecties een hech- te groep maken. Dat zijn nu 39 jon- gens, maar we hebben ook de jeugd door laten stromen.” Hij kan de club met een goed gevoel achterlaten. “Toen ik kwam was er geen TC en was het bestuur klein. Nu is dat er wel en bestaat het bestuur inmid- dels uit tien man.” Op het veld zorg- de de inwoner van Bosschenhoofd weest.” Maar al snel bleek dat er in al die jaren wel het een en an- der is veranderd bij de club. “Het voelde eigenlijk als een warm bad. Nieuw beleid en een goede groep. Hun ambitie was precies wat ik had gemist.” Om daar zeker van te zijn, sprak hij in dat korte tijdsbestek, ook nog met de spelersraad. “Daar bleek meteen uit dat ze graag naar die tweede klasse willen, daar hunke- ren ze echt naar.” En dus was de oud-trainer van onder meer RKVV Roosendaal en MOC’17 overtuigd. “Je proeft de mogelijkheden. Gas- tel was heel slagvaardig, dat ze dit binnen drie dagen hebben kunnen regelen. Ze hadden hun huiswerk gedaan, daar spreekt veel ver- trouwen uit.” Maar zelf had hij dat natuurlijk ook gedaan, zo sprak hij met Eric Hellemons, oud-trainer van de club. “Ik ken hem al lang. Hij heeft gezorgd voor een wat meer technische opvatting van het spel- letje. Mentaliteit en technisch ver- mogen zijn nu veel beter in balans. De TC had bij hem ook navraag gedaan over mij, dus zo is de cirkel wel mooi rond.” PROMOVEREN Voorlopig ligt De Rooij vast voor één jaar, maar als het aan hem en de club ligt, worden dat er meer. “Het is goed om gewoon een jaar te kijken hoe het bevalt, maar die intentie is er zeker. Ik ben als trai- ner betrokken bij een club, bemoei me graag met de jeugd, maar ook met het technisch beleid.” Het doel is duidelijk: promoveren. “Ik hoop dat ik dat laatste zetje kan geven. De randvoorwaarden, zoals accommodatie en spelersgroep, zijn prima in orde. Dat is prettig werken.” Het is nu goed afsluiten bij Tholense Boys, maar met zijn hoofd zit hij al een beetje bij vol- gend seizoen. Het contact met Johan van Batenburg, de huidige trainer van Gastel, is dan ook al ge- legd. “Op die bewuste derde avond dat ik tekende, zaten we rustig aan een biertje, toen de berichten bij de TC binnenstroomden. Het eerste appje was van Johan, hij was blij met mijn aanstelling, dat tekent wel de clubman.” Inmiddels hebben ze samengezeten. “Zo krijg ik een nog beter beeld van de club en de groep, ik kan eigenlijk niet wachten!” Slechts drie dagen zat hij zonder club, na zijn vertrek bij Tholense Boys. Maar toen ze daar bij SC Gastel lucht van kregen, ging het snel voor Kees de Rooij. De 54-jarige trainer ging in gesprek, raakte enthousiast en zette binnen 72 uur zijn krabbel onder een nieuw avontuur. Een makkelijke keuze was het zeker niet. Maar na drie seizoenen, waarvan er slechts eentje volledig werd uitgespeeld, besloot Johan van Batenburg om de derdeklasser vaarwel te zeggen. Maar na elf jaar SC Gastel weet hij één ding zeker. “Deze club krijgt een plekje in mijn voetbalhart, naast DEVO.” 0252646.pdf 1 10-5-2021 12:20:41 voor de nodige discipline. “Iedereen moest verplicht komen trainen, ook de jongens van het tweede. Anders stond je er gewoon naast, dat wis- ten ze.” VERBONDENHEID Als hij een hoogtepunt moet noe- men, schieten hem twee wedstrij- den te binnen. “De bekerwinst tegen ASWH 2, echt een overwinning van het collectief.” Maar eentje springt daar nog bovenuit. “We speelden te- gen RBC (Roosendaal), wonnen niet, maar waren wel gewoon beter. Dat we dat konden, met allemaal eigen dorpse jongens, is een compliment waard. Ze hebben misschien betere spelers, maar wij hebben die vriend- schap.” Als voetballer van een lager elftal blijft hij de komende tijd nog wel verbonden aan Gastel. “Ik voel na elf jaar die verbondenheid, maar wil Kees (de Rooij) niet voor de voe- ten lopen.” Hij kan de vrije tijd goed gebruiken om weer eens bij zijn kinderen te gaan kijken. “Mijn zoon speelt bij Rood-Wit en mijn dochter bij DEVO, als je trainer bent, is dat lastig.” Bij de aanstelling van zijn opvolger, heeft hij in ieder geval een goed gevoel. “Ik kende hem niet persoonlijk, maar voor mij is hij de juiste man om het over te nemen. De gesprekken die we ondertussen hebben gehad, bevestigen dat ook.” Van Batenburg is Gastel niet alleen een mooie club gaan vinden, maar ook eentje die thuishoort op een hoger niveau. “Inmiddels is de or- ganisatie daar gewoon aan toe. En dat gun ik ze ook echt.” Een defini- tief afscheid als trainer, of begint hij toch te twijfelen? “Het is niet de be- doeling om ooit nog ergens trainer te worden, maar als DEVO of Gastel het vraagt, is het toch weer moeilijk ‘nee’ zeggen.”
Made with FlippingBook
RkJQdWJsaXNoZXIy ODM1NjU=