R O B E Y S P O R T S W E A R . C O M R O B E Y S P O R T S W E A R . C O M R O B E Y S P O R T S W E A R . C O M welove wesearch wedeliver 5 Na een aantal jaar in de jeugdopleiding van RBC Roosendaal leek Joey Tak op weg naar een mooie toekomst in de voetballerij. Tot de verdediger op zestienjarige leeftijd te maken kreegmet hartproblemen. Hij knokte zich terug, staat weer op het veld en lijkt met Victoria’03 op weg naar het kampioenschap. Meer druk vooruit, sneller de bal veroveren en een tikkeltje opportunistisch. In een notendop zijn dat de ingrediënten die ervoor moeten gaan zorgen dat Moerse Boys na de winterstop behouden blijft voor de hoofdklasse zondag. De ploeg is er nog niet, maar Cas van den Broek ziet kansen. “Het is al knap dat we ons zo staande houden.” De nu 24-jarige inwoner van Oud Gastel kan er inmiddels rustig over praten, maar in die tijd was het schrikken, weet hij nog goed. “Ik ben drie keer onderuitgegaan, op de training, maar ook op school. Daarna zijn ze het in de gaten gaan houden en sindsdien heb ik een pacemaker. Puur om mijn hartritme omhoog te houden.” Een zware revalidatie volgde. “Het heeft een hele zomer gekost, na al die operaties. Wat ik kon, kon ik ineens niet meer. Dat is enorm frustrerend.” En dat terwijl Tak in eerste instantie mocht ruiken aan het profwereldje. “Na de E1 bij SC Gastel, werd ik gescout door RBC. Daar voetbalde ik, tot ze failliet gingen. Vervolgens liep ik nog stage bij NAC Breda, maar toen kwamen langzaamaan die hartklachten.” SWITCH GEMAAKT En dus keerde hij terug bij de club waar het allemaal was begonnen. “Dat werd geen succes, ik was totaal niet fit.” Tot reddende engel Danny Mathijssen verscheen. “Die kende mij nog en vroeg of ik het zag zitten om bij RBC O19 te komen spelen. Dat heb ik gedaan, werd echt weer fit en kwam zelfs in het eerste.” Even later maakte Tak de overstap naar MOC’17, toen opnieuw Mathijssen hem een reddingsboei toewierp. “Daar kwam ik op de bank en in het tweede. Inmiddels zat Danny bij ‘Victo’, dat is nu drie seizoenen geleden.” Zijn huidige trainer is hij dan ook meer dan dankbaar voor de kans. “Zonder hem, had ik dit niveau nooit meer gehaald. Ik ben nog steeds niet de fitste, mis wat loopvermogen, maar verder heb ik geen klachten.” Toch moest Tak wel even wennen, na zijn vertrek uit de jeugdopleiding van RBC. “Sowieso het tempo, maar ook het gebrek aan regeltjes. Bij de amateurs is het toch wat losser en vrijblijvender. In het begin had ik moeite om die switch te maken.” Maar inmiddels is daar bij de koploper van de derde klasse niks meer van te merken, vertelt hij. “Het is niet alleen een hechte vereniging, maar we hebben ook een leuk en jong elftal. Vreten iedere meter voor elkaar op. Dat heeft bij mij wel echt weer het spelplezier teruggebracht.” Heel gek is dat gezien de resultaten ook niet. “Hier hadden we alleen maar van kunnen dromen. In het begin hebben we het even lastig gehad, toen zijn we blijven aanhaken en inmiddels hebben we zelfs de tweede periode gepakt. Dat had ik nooit verwacht.” IETS MOOIS GEBEUREN Want met een krappe selectie, is het keihard werken. “We kunnen nu ook op wilskracht een duel over de streep trekken. Dat is wel het grootste verschil met voorgaande seizoenen.” Al durft Tak ook nog niet te gaan zweven. “We hoopten allemaal dat we echt mee konden spelen voor iets, maar promoveren was niet meteen het doel. Er komen nog zware potjes aan en iedereen loopt een beetje op zijn laatste benen, maar er kan nu iets moois gaan gebeuren.” Daar gaan ze dan ook honderd procent voor. “Mochten we naar die tweede klasse gaan, dan slaan we daar zeker geen slecht figuur. Maar deze competitie is pittig, met een hoop stugge teams.” Gelukkig bereidt Mathijssen zijn manschappen goed voor, vertelt Tak. “De trainingen zijn zwaar, maar daardoor hebben we vaak in het laatste half uur nog wat extra’s. Hij weet wat hij wil en eist het maximale.” Volgend seizoen zal hij het wel zonder zijn favoriete trainer moeten doen, toch blijft de laatste man met spelinzicht en opbouwende kwaliteiten Victoria trouw. “Ik heb het hartstikke goed naar mijn zin, het plezier is terug, dus voor mij geen reden om te vertrekken.” Dan hoopt hij natuurlijk op de tweede klasse, want ambities heeft de nuchtere Tak nog genoeg. “Het is nu vooral genieten dat het zo goed gaat. Als speler wil je altijd het maximale, dus we gaan zien wat er op mijn pad komt!” Want dat het dit seizoen knokken zou worden voor ieder punt, had de 21-jarige middenvelder wel voorzien. “We hebben te maken met het niveau, dat is gewoon hoog. En met een krappe selectie ben je daar soms maar lastig tegen opgewassen.” Toch geven de laatste weken Van den Broek vertrouwen voor het restant. “Meer ons eigen spelletje. Niet inzakken en counteren, daar hebben we het materiaal niet voor. Door wat korter te staan, creëren we sneller kansen.” Als jongen van de club, een prettige ontwikkeling. “Ik was een jaar of vijf, toen ze in de klas vroegen: Wil je niet een keer meetrainen? Dat heb ik gedaan en ben nooit meer weggegaan.” ONVOORSPELBAAR Want een reden om te vertrekken, die ziet Van den Broek eigenlijk niet. “Met leuke jongens, op een goed niveau. Als je hier dan langer speelt, ken je iedereen en iedereen kent jou.” Inmiddels is de aanvallende middenvelder al een aantal seizoenen niet meer weg te denken uit de basis, zijn overstap vanuit ‘eigen jeugd’ ging dan ook voorspoedig. “Onder Jurgen (Arnouts) mocht ik vanuit de A’tjes al meetrainen, dat maakte die stap wel minder groot. Maar die eerste training, ik was een jaar of zestien, was het een megaverschil. Fysiek, maar ook qua snelheid. Dat was aanpoten.” Net als nu in de hoofdklasse, want het doel blijft duidelijk: niet degraderen. “Ik vind dat we in deze competitie thuishoren en heb er alle vertrouwen in dat het gaat lukken. We doen er in ieder geval alles aan.” Al is niets zo onvoorspelbaar als voetbal, weet de inwoner van Zundert. “Voor de winterstop wel, want toen verloren we alles. Maar soms zijn we kansloos, komen we totaal niet aan voetballen, maar een week later liggen er weer ineens kansen. Het zit dicht bij elkaar.” En dat vraagt om aanpassingen, heeft de veelzijdige middenvelder gemerkt. “Eerst moest ik het altijd wel van mijn balvaardigheid hebben, maar ik ben nu ook verdedigend gegroeid. Meer allround.” BLIJVEN HAMEREN Een klein beetje als Luka Modric, vertelt Van den Broek. “Daar kijk ik graag naar, zeker de laatste weken. Ondanks zijn voetballende vermogen, werkt hij ook nog eens heel hard.” Met broer Bart en schoonbroer Daan (van den Broek) in het team, voelt Moerse Boys voor hem altijd een beetje als thuiskomen. “Daan heeft wel dezelfde achternaam, maar is niet mijn broer, haha. Met Bart botst het eigenlijk nooit, dus dat is vooral heel leuk.” Ook over zijn trainer is de jongeling lovend. “Jurgen haalt echt het maximale uit de ploeg. Hij is zó fanatiek en altijd bezig.” Daar weet Van den Broek zelf alles van. “Continu er bovenop zitten en je nog beter willen maken. Nu hamert hij vooral op mijn rendement, maar ook op loopacties en meters maken. En soms gewoon simpel voetballen.” Een echt voetbaldier. “Ik hoop het niet, maar hij zou zeker nog hogerop kunnen.” Daar denkt het kind van de club zelf overigens allesbehalve aan. “Op dit moment, met Moerse Boys op dit niveau, heb ik geen ambitie om ergens anders te gaan voetballen. Ik zit hier op mijn plek.” En dus pakt hij voorlopig nog lekker de fiets. “Gezelligheid en een pilsje, dat is ook veel waard!” Joey Tak heeft na zware periode plezier terug Moerse Boys speelt weer het eigen spelletje Foto: Marcel Mol Foto: Mariella Aarsman
RkJQdWJsaXNoZXIy ODM1NjU=