VoetbalJournaal Etten-Leur, najaar 2021
30 R O B E Y S P O R T S W E A R . C O M R O B E Y S P O R T S W E A R . C O M R O B E Y S P O R T S W E A R . C O M Zewinnenmisschien niet iederewedstrijd, maar alles daaromheen is keurig netjes geregeld. Vandaar ook dat Kees van Drimmelen inmiddels al vijf jaar geniet van het ‘leven als een prof’ bij vijfdeklasser TPO. “In de verzorgingsruimteword je zó in dewatten gelegd, dat moet je eigenlijk een keer zien!” Ze zijn een tweeling, spelen allebei in het eerste van VV Achtmaal enhelpendeclubbuitende lijnendoormiddel vanvrijwilligerswerk. Toch lijkenMark en Niek van Oijen nauwelijks op elkaar, al gaat het soms toch mis. “Dan worden we aangesproken op het werk van de ander, terwijl we daar dus niks mee te maken hebben, haha!” De 27-jarige Van Drimmelen voelt zich dan ook he- lemaal thuis in Moerdijk. En dat terwijl hij oor- spronkelijk uit Klundert komt. “Ik heb het grootste deel van mijn jeugd met veel plezier bij Seolto en VV Klundert ge- speeld. Door mijn werk op za- terdag, heb ik de keuze uitein- delijk gemaakt voor TPO. Met name Jaap de Visser heeft mij echt overgehaald om hier te komen voetballen. En zonder spijt, moet ik zeggen.” AAN ALLES GEDACHT Vooral in de verzorgingsruim- te is Van Drimmelen vaak te vinden. “Daar hebben we al- les. Elektrische apparaten om blessures te verhelpen, fitnes- sapparatuur en altijd een boel vrijwilligers. Iedere zondag lig ik daar op de bank voor een massage, alsof je prof bent.” Dat zijn ze in Moerdijk niet, toch mag dat de pret zeker niet drukken. “Iedere zondag staat er een mannetje of 150, dat is voor ons niveau echt heel veel. We hebben zelfs een opkomst- tune, werkelijk aan alles is ge- dacht. Als je niet zou weten dat dit vijfde klasse was, dan...” Een hechte gemeenschap, knus en een beetje kneuterig. “Die gezelligheid merk je op de zon- dagmiddag!” Met Tijs van Bragt heeft TPO een goede trainer voor de groep. “Hij snapt het spelletje en heeft goede en afwisselende trainingen. De groep is nog jong en af en toe wat zoekende.” Ondanks de soms wat mindere resultaten blijft, net als hijzelf, de trainer dus ook hangen. “Alles wordt voor hem geregeld. Als hij op het veld komt, ligt alles al klaar. Bovendien geniet hij ook van de gezelligheid.” GLIMLACH Toch rook Van Drimmelen afge- lopen zomer nog eens aan een wat hoger niveau, op wat vrije avonden bij oude club Virtus. “Dat was wel genieten. Ze coa- chen je continu aan, dan hoef je niet meer steeds achterom te kijken.” Hij vertelt het alle- maal met een grote glimlach op zijn gezicht, want dat niveau had hij al een tijdje niet meer meegemaakt. “Het is hier meer een vriendenteam geworden, daarom speelt iedereen er ook nog.” Toch is het ieder jaar weer afwachten hoe de vlag erbij hangt. “Ik verwacht vol- gend seizoen eigenlijk wel een stuk of zes nieuwe namen uit het tweede. Er lopen zeker wat jonge jongens met potentie en die willen toch een keer op een ander niveau kijken.” Van Drimmelen probeert de moed erin te houden en is voor- al bezig met dit seizoen. “Onze doelstelling is eigenlijk top vijf, we kunnen echt wel beter dan dit.” Daar moet hij als bepalende speler mede voor gaan zorgen. “Vorig jaar stond ik op ‘10’, nu begon ik als centrale verdediger, maar ik sta inmiddels weer links- buiten. Ik ben snel, heb een actie en een goed schot.” Met al die jonge gasten, vermaakt hij zich prima, toch denkt hij af en toe na over de toekomst. Op de vraag of hij TPO ooit zal verruilen om nog eens te ruiken aan een ho- ger niveau reageert hij tot slot. “Zeg nooit nooit, maar ik zie het niet snel meer gebeuren.” In de spotlights staan, dat is ei- genlijk niks voor de 24-jarige twee- ling. Toch willen ze door middel van deze aandacht wel dege- lijk iets bereiken. “Laten zien waarom het belangrijk is om iets voor de club te doen, sa- men de boel draaiende blijven houden. Dat willen we meege- ven.” Die liefde voor Achtmaal begon voor allebei op zevenja- rige leeftijd. “Alle vriendjes in de klas zaten ook op voetbal, dus dan ga je zelf ook. Maar wel nadat we ons zwemdiploma ge- haald hadden!” GELIJKENIS Daarna doorliepen ze samen alle jeugdelftallen, vertelt Mark. “Niek was wel echt een stuk beter. Dat moest ik ge- woon accepteren.” Zijn jongere broer begint te lachen. “Je moet bescheiden blijven, hé? Nu zit- ten we qua niveau wel dichterbij elkaar hoor.” Als broers spre- ken ze elkaar in het veld ook makkelijker aan op een fout, vertellen ze. “Haha, gister nog”, lacht de oudste. “Ik vat dingen soms wat negatiever op, dan moet Niek het ontgelden.” Die knikt. “Ik ben het inmiddels wel gewend, dus dat is niet erg.” Omdat Mark uit huis is, zijn ze eigenlijk wel blij dat ze samen voetballen. “Daardoor zie je el- kaar nog regelmatig, we delen ook dezelfde vriendengroep.” Qua uiterlijk lijken ze dus totaal niet op elkaar, ook als spelers is de gelijkenis ver te zoeken. “Ik ben wat groter en forser, een beetje de standaard centrale verdediger”, lacht Mark. “Ik juist wat lichter, niet per se sneller, maar meer echt een middenvelder”, aldus Niek. Maar behalve binnen de lijnen, zijn ze dus ook daarbuiten van grote waarde voor Achtmaal. De jongste van de twee is sinds twee jaar penningmeester bij de club. “Begonnen als leden- secretaris, na een jaartje ging ik dit doen. Vooral uit interes- se voor financiën. Tijdens mijn studie deed ik ook maatschap- pelijk werk, het is goed om zo- iets te doen.” Daar denkt zijn broer, als lid van het jeugdbe- stuur, dus precies zo over. “Ik doe eigenlijk alles om de jeugd te kunnen laten voetballen. Van de indelingen tot aan het aan- stellen van trainers, voor het derde seizoen op rij nu.” VOLDOENING Mark weet als geen ander hoe lastig het is om goede jeugd- trainers te vinden. “Zelf ben ik jarenlang trainer geweest, een beetje uit noodzaak, want ze liggen niet voor het oprapen.” Maar Achtmaal speelt een be- langrijke rol binnen de familie Van Oijen. “Van huis uit zijn we daar wel een beetje mee op- gegroeid, onze ouders zijn ook erg betrokken geraakt. We kunnen ook moeilijk ‘nee’ zeg- gen.” Ze doen het allebei met veel plezier, Niek trapt af. “Men- sen zijn blij met de dingen die je doet, die waardering voel je. Als je een systeem opstelt en dat werkt, geeft dat een goed ge- voel.” Vooral het gezamenlijke deel doet Mark goed. “Samen optrekken en zien hoeveel ple- zier die spelertjes hebben, dat geeft voldoening.” Daarbij denken ze vaak terug aan hun eigen tijd als jeugdspelertje. “Toen werd ook alles voor je geregeld, dan wil je wat terugdoen.” Zoals gezegd, worden ze nog weleens door elkaar gehaald. “Soms spreken ze mij aan als Mark, over de jeugd.” Al is dat zo slecht nog niet, voegt zijn broer toe. “Daardoor zijn de lijntjes wel heel kort en weten we eigenlijk meer. Twee horen meer dan één.” Door de jaren heen zijn ze qua uiterlijk minder op elkaar gaan lijken, toch hebben ze wat voetbal betreft hetzelfde doel. “Het komt nog niet helemaal uit de verf nu, mede door blessures, maar we willen gewoon lekker boven in die vierde klasse meedoen. Uiteindelijk moeten we een stabiele vierdeklasser worden, dat past bij de club.” Het is leven als een prof bij TPO ‘Soms word ik aangesproken op het werk van Mark’
Made with FlippingBook
RkJQdWJsaXNoZXIy ODM1NjU=