VoetbalJournaal Etten-Leur, voorjaar 2021
29 luyten.nl | voor je reisverzekering... vo or je re isverz k ring.. Ze zijn alle vier rond de 70, verknocht aan de club en ook nog eens behoorlijk handig. Het is dan ook niet voor niets dat Cees Mertens, Fons van Dijck, Pieter Oostvogels en Jac van Oijen al jaren de handen uit de mouwen steken om van VV Achtmaal een nog mooiere club te maken. Na het succesverhaal dat hij schreef vanaf 2011, keert Ad Palings komend seizoen weer terug op bekend terrein. De oefenmeester zwierf wat rond, maar staat straks weer ‘gewoon’ voor de groep bij De Fendert. De club waar hij eigenlijk nooit echt is weggeweest. Het is inmiddels een soort traditie ge- worden, de maan- dagmorgen op het sportpark van Achtmaal. Half negen beginnen, tien uur aan een bakje koffie. Met zijn vieren: een goed ge- zelschap, zoals ze het zelf zeggen. Een gezelschap dat al jaren een sterke band heeft met de club, ver- telt Jac. “De meesten van ons zijn al jaren lid of hebben hier kinderen en kleinkinderen lopen. Dan krijg je vanzelf een hechte band. Ik kom hier ook al sinds mijn jeugd.” GEZELLIGHEID Sinds de oprichting in 1962, spelen vrijwilligers natuurlijk een grote rol. Een aantal jaar geleden nam dit viertal het stokje over van hun voor- gangers, Cees weet nog goed hoe hij erin is gerold. Heel logisch ook eigenlijk, vindt hij. “Als je stopt met voetballen, ga je helpen. In 1994 ben ik opnieuw lid geworden, later heb ik geholpen met de opbouw van de kantine en heb ik nog jaren in het bestuur gezeten. Zo werkt dat hier.” En ook voor Fons was er geen ont- komen aan. “Op maandagmorgen kwam ik met mijn kleinzoon op de club, die wilde voetballen. Willem Vissers was aan het werk, die zei: Fons, jij gaat mij helpen.” En zo ge- schiedde. En dus zijn ze opmaandag en vrijdag bezig met allerlei soorten klusjes, ongeveer alles doen ze of hebben ze gedaan. “Dug-outs plaat- sen, lijnen trekken, netten ophan- gen, kleedkamers schoonmaken of de boel schilderen. Alles eigen- lijk.” Recent hielpen ze mee aan de grotere projecten, legt Jac uit. “Het bouwen van de tribune, plaatsen van lichtmasten of het leggen van zonnepanelen.” Maar bovenal is het natuurlijk vooral een en al gezellig- heid, vindt ook Fons. “Je hebt weer iets om naar uit te kijken, hè? Het zijn ook geen vervelende dingen om te doen, misschien het poetsen van de wc’s, maar dat hoort er ook bij!” Ook Pieter heeft zijn plezier bij de club weer helemaal hervonden, na- dat hij het een tijdje kwijt is geweest. “Ik heb er altijd gevoetbald, in ‘65 zelfs in het eerste jeugdelftal van de club. Tot twintig jaar geleden ben ik eigenlijk altijd betrokken gebleven.” De mannen die Achtmaal doen stralen Ad Palings is nu echt terug bij De Fendert R O B E Y S P O R T S W E A R . C O M R O R O B E Y S P O R T S E A R . C O M O B E Y S P O R T S W E A R . C O M Iedere ondernemer beschikt over een andere financiële situatie. Waar staat de onderneming nu en waar wilt u naar toe? De Koers van Gils, uw administratiekantoor in West-Brabant, biedt ondersteuning op maat. We geven u financieel advies, maar regelen ook uw volledige boekhouding. We helpen u waar nodig is en hanteren daarvoor een scherp tarief. Het is wel zo fijn dat u precies weet waar u aan toe bent en daarom vermijden we jargon en geven we een helder advies. Geen middenweg, maar een richting. De koers die past bij uw onderneming. Kijk voor meer informatie op www.dekoersvangils.nl of bel ons gerust voor een vrijblijvende afspraak op tel. 06-53672060. 0247895.pdf 1 17-5-2021 16:43:49 www.pauldewitleerbewerker.nl Telefoon: 06-53454336 E mail: paul.de.wit@online.nl Drogedijk 7A, 4793 TA OUDE MOLEN. Openingstijden: Maandag en dinsdag: 11.00 tot 18.00 uur Woensdag: GESLOTEN Donderdag: 12.00 tot 18.00 uur vrijdag:11.00 tot 18.00 uur Zaterdag: OP AFSPRAAK Handgemaakte schoenen, tassen en lederwaren maar ook uw ideeën zijn mogelijk. Reparatie van: Schoenen, jassen, riemen, tassen maar ook zadels, westernzadels, tuigen etc. Workshops en nog veel meer! Bel voor de mogelijkheden. 0247990.pdf 1 17-5-2021 16:44:08 SAAMHORIGHEID Zo was hij wedstrijdsecretaris, ze- ventien jaar lang leider en grens- rechter bij het eerste, maar toen bekoelde de liefde. “Als je ‘het beu bent’, moet je eigenlijk stoppen. Maar als er geen opvolger is, blijf je het doen, op een gegeven moment kon ik gewoon echt niet meer naar de voetbal.” Jarenlang kwam hij er niet, tot hij de mannen van ‘vroeger’ weer sprak. “Dan kom je toch weer terug. Nu heb ik er ook weer plezier in. De saamhorigheid, oude verha- len, het is heerlijk. Hier liggen onze ‘roots’.” Toch springen niet al hun werkzaamheden meteen in het oog. “We hebben laatst de voegrandjes van de douches schoongemaakt, dat was echt een monnikenwerk, maar toen zei ik nog: ik denk niet dat er iemand is die ziet dat het gebeurd is. Maar het is voor de hygiëne wel heel belangrijk.” Toch voelen ze de waardering. “Over het algemeen, als andere clubs hier komen, krijgen we de complimenten dat het er zo netjes uitziet. Daar doe je het voor”, aldus Jac. Dat hopen ze komend seizoen opnieuw aan iedereen te mogen laten zien, om te beginnen tijdens het jaarlijkse Sandraudiga toernooi. “Het zou afgelopen jaar al bij ons zijn, maar dat ging natuurlijk niet door. Hopelijk nu wel, met sup- porters, dan kunnen ze allemaal zien hoe mooi de club is.” En dat al- lemaal door de saamhorigheid, want dat kennen ze wel in het dorp. “Men- sen staan voor elkaar klaar, een le- vendige gemeenschap met actieve vrijwilligers, dat merk je bij de club!” punten, kijkt Palings terug op een bij- zondere tijd. Hij ziet dat er het nodige is ver- anderd sinds zijn vertrek. “Een beetje van euforie in een neerwaartse spiraal. Een aantal goede spelers zijn ver- trokken, dan wordt het vechten te- gen degradatie. Daar wordt het niet vrolijker van.” GAAN LEVEN Aan hemdus de taak die gloriejaren weer terug te brengen. “De derde klasse is nuwel even ‘demax’, maar binnen twee jaarmoetenwe boven- in meedoen. Dat is mijn doel.” En opnieuw zal dat moeten gebeuren met veel jonge jon- gens. “De jeugd gaat hartstikke goed, maar dan moet je ze wel perspect ief bieden. Erbij betrekken en stimuleren, dat ze echt in het eerste kunnen spelen, anders gaan ze een andere weg.” Op papier is hij al bezig met de selectie, straks volgen de gesprekken. Hij kan niet wachten om aan de slag te gaan. “Prachtig, met die ‘mannekes’.” Maar dat is niet het enige waar hij naar uitkijkt. “De binding met het publiek, moeten ze wel mogen ko- men natuurlijk. In mijn tijd stonden er gewoon 500 man te kijken, dat gevoel moet weer gaan leven!” Hij vertrok na een aantal succesvolle jaren aan het roer bij de fusieclub dan wel in 2014, heel lang waren ze niet van hemaf. Want inmiddels heeft de 62-jarige trainer alweer vijf jaar de jeugd van de plaatselijke vereniging onder zijn hoede. “Ik train nu de JO17, de lichting daarvoor heb ik tot aan de JO19 gevolgd. Dat was een goede lichting hoor, we werden drie keer op rij kampioen.” Mede daardoor is hij straks weer hoofdtrainer bij het vlaggenschip. “Veel van die jongens spelen nu in het eerste en die von- den het klaarblijkelijk toch wel leuk met mij.” GEEN SPIJT Maar ondanks dat hij via de jeugd al die tijd dus toch verbonden is gebleven aan De Fendert, was hij in de afgelopen jaren bij verschillende clubs eindverantwoordelijke. Bij het Zeeuwse SKNWK verliep dat iets minder gelukkig. “Door corona kon- den we niet trainen, dan bouw je ook geen band op met die spelers. We hebben drie potjes gespeeld, dan heb je geen binding.” En dus besloot hij in januari de club een helpende hand toe te steken. “Ik zou toch niet gaan bijtekenen, toen heb ik mijn contract laten ontbinden. Dat scheelt de club weer kosten, mijn salaris had ik in oktober al stil laten zetten.” Spijt heeft hij van die over- stap niet. “Het heeft niet zo mogen zijn, het is een ongelukkige sa- menloop van omstandigheden ge- weest.” En dus traint hij straks niet meer alleen de jeugd, maar ook de senioren van de club uit Fijnaart. Een groot verschil, vertelt hij. “De bele- ving is heel anders. Bij de senioren voel je echt die adrenaline, van de supporters. Bij de jeugd gaat het om ontwikkelen.” Hij kent ‘die gastjes’, zoals hij het zelf zegt, al zo lang. Dat hij teruggaat naar zijn eerste jaren sinds het ontstaan van De Fendert. “Toen liepen ze mee het veld op, je zag al in hun ogen: dit wil ik ook ooit een keer meemaken. Je voelde die hartjes bijna bonzen, zal ik maar zeggen. Nu staan ze er zelf.” GLORIEJAREN Inmiddels kent hij natuurlijk onge- veer iedereen bij de club. “Het voelt anders dan welke plek dan ook. Het is gewoon vertrouwd. Ik woon hier, dan ga je op het fietsje naar de club. Je komt de mensen tegen, dan gaat het over vroeger, dat is gewoon ge- zellig.” Dat heeft ook een beetje met Palings als persoon temaken, denkt hij. “Ik durf wel te zeggen, dat ik goed om kan gaan met mensen. Dan blijft die band toch hangen.” Na ruim 35 jaar heeft hij het trainersvak dan ook wel onder de knie. “Dat mag ik hopen van wel. Maar het gaat erom dat je dat blijft ontwikkelen, ook als trainer. Hoeveel heb je ervoor over, niet alleen op dat moment, maar ge- durende een lange tijd.” Die instel- ling leverde hem in zijn begintijd bij De Fendert twee promoties op, één speler is hij ook zeven jaar later nog niet vergeten. “Jeroen Beerendonk kwam toen terug van RBC Roosen- daal en was eigenlijk ingedeeld bij de A1. Hij stond een beetje op goal te schieten, toen vroeg ik wie dat vent- je was. Wij hadden toevallig spelers nodig, dus vroegen we hem. Hij was vijftien, maar is vanaf dat moment niet meer uit het eerste gegaan.” En ondanks dat ze later degradeerden, met een ongekend aantal van 32
Made with FlippingBook
RkJQdWJsaXNoZXIy ODM1NjU=