VoetbalJournaal Etten-Leur, najaar 2020

13 Een assistent om ‘u’ tegen te zeggen Sfeermaker voelt zich thuis bij ‘gezellig’ RSV luyten.nl | voor je inboedelverzekering... e lv r zekering... Wim van de Velde (54) kwam pas veertien jaar geleden bij RSV, toen zijn zoontje wilde gaan voetballen. Hij heeft de club uit Rucphen inmiddels in zijn hart gesloten en voelt zich nu als leider van het eerste elftal helemaal op zijn plek. Voetbalvereniging Kogelvangers heeft een assistent-trainer met de nodige statuur op de bank zitten. René Opschoor (65) speelde bij Feyenoord en FC Dordrecht, waarna hij nog kampioen werd in de hoofdklasse met Unitas uit Gorinchem. Veertien jaar lang zwaaide hij zelf met de scepter inWillemstad, nu assisteert hij hoofdtrainer Brian Roquas. Een sfeermaker, zo kun je Wim Vande Velde ge- rust noemen. Dat bewees hij wel in het seizoen 2016-2017, toen Arie Pouwe begin april weg moest na een rampzalig seizoen voor RSV. “We hadden nog een paar wedstrijden te spelen en ik kwam toen voor de groep te staan. Ik ben geen goede trainer, heb dat ook nooit geambieerd, maar weet wel hoe ik sfeer in een team moet bren- gen. Ik heb de neuzen dezelfde kant op gezet. We haalden toen nog aardig wat punten, jammer genoeg degradeerden we uitein- delijk alsnog. Maar zo werd het voor mij persoonlijk een seizoen met een hoogte- én dieptepunt.” Zo is Vande Velde ook in zijn rol als leider, hij probeert iedereen een fijn gevoel te bezorgen. “Ik zorg na elke wedstrijd dat ie- dereen 5 euro lapt om nog sa- men een biertje te drinken. Ook bij uitduels, dat is voor de kanti- neomzet van de tegenstander wel zo fijn.” WARM NEST Inmiddels loopt hij veertien jaar bij RSV rond. “Ik heb vroeger zelf gekeept bij clubs als TVC, SAB en Gesta. Mijn toenmali- ge vriendin woonde echter in Rucphen en zo ben ik hier te- rechtgekomen. Ik begon als leider van het D-jeugdteam van mijn zoon, heb nog een paar jaar keeperstraining gegeven bij het eerste, maar moest daarmee stoppen vanwege gezondheidsproblemen. Toen ze iemand zochten als leider, schoof de spelersgroep mij Bij sommige mensen blijft het lastig om te tu- toyeren. René Opschoor is zo iemand. “Zeg maar ‘jij’”, geeft hij aan het be- gin van het interview al aan. Maar ja, we hebben hier wel met iemand te maken die bij Feyen- oord en FC Dordrecht jarenlang profvoetballer was en ook nog eens kampioen van de hoofd- klasse werd als aanvoerder van Unitas. “Ik ben wel ergens geweest, ja”, zegt hij zelf, bescheiden. “Ik begon bij ASWH, tegenwoor- dig tweededivisionist. Daar heb ik de jeugd doorlopen, tot het hoogste jeugdelftal. Toen kwam Feyenoord en ben ik daar gaan spelen. Ik heb één sei- zoen in de jeugd gespeeld en kreeg daarna al een contract. Ik mocht naar ‘de overkant’, zoals we De Kuip vanaf Var- kenoord noemden. De concur- rentie was echter enorm en na één seizoen mocht ik weer ver- trekken.” Hij ging naar buurman FC Dordrecht, waar hij zes jaar betaald voetbal speelde. “Maar dat stelde weinig voor.” HOOFDKLASSE Opschoor vond het na die seizoenen tijd om een stapje terug te zetten. Hij ging eerst bij SVW in de tweede klasse spelen, maar maakte al snel de overstap naar de top van het amateurvoetbal: GVV Unitas. “Dat was een fijne periode. Ik heb daar zeven jaar gespeeld, waarvan zes als aanvoerder. We werden nog kampioen van de hoofdklasse, in die tijd het hoogste niveau van het Nederlandse amateurvoetbal.” De liefde bracht hem echter naar Willemstad. Niet lang daarna ging hij ook in West-Bra- bant voetballen: eerst bij Hal- steren, later bij het toen nog gefortuneerde Dosko. “Daar heb ik maar twee seizoenen gespeeld. Ik ging in die tijd al vaak op zaterdag bij Kogelvan- gers kijken, daar speelden wat vrienden van me. Ik vond het zo’n gezellig clubje en besloot daar af te bouwen.” Al snel werd hij benaderd om zijn trainers- papieren te halen en de nieuwe hoofdtrainer van Kogelvangers te worden. Dat deed Opschoor, met succes: hij trainde de club uit Willemstad veertien jaar, gespreid over drie periodes. “De tweede periode was gewel- dig, ik viel met mijn neus in de boter. Ik had de meest talent- volle lichting die Kogelvangers ooit gekend heeft onder mijn hoede, met jongens als Robert Braber en andere spelers die terugkwamen van een hoger niveau. We deden fluitend mee in de tweede klasse en promo- veerde zelfs naar de eerste klasse.” Opschoor kreeg met verschillende generaties Ko- gelvangers te maken: in zijn derde periode had hij zonen van spelers uit zijn eerste periode in zijn team. ASSISTENT In 2013 zette Opschoor een streep onder zijn carrière als hoofdtrainer. “Ik kreeg een ge- zichtsverlamming, wat kanker bleek te zijn. Toen heb ik alles even neergelegd. Twee jaar la- ter kwam Erik van der Giesen en die vroeg of ik hem wilde on- dersteunen, hij stond voor de eerste keer op zijn eigen benen. Dat heb ik gedaan.” Inmiddels is hij de assistent van Brian Roquas. “Ik heb absoluut niet meer de ambitie om hoofdtrainer te zijn, maar vind deze rol wel leuk. Kogelvangers is toch mijn club. Iedereen kent elkaar en ze hebben een heel leuke supportersclub.” Opschoor, wiens zoon Cedric nog een tijdje in Kogelvangers 1 speelde, vindt dat het team bovenin de derde klasse hoort. “Je ziet promovendi vaak na één seizoen alweer terugkeren. Om in de tweede klasse mee te doen, moet je echt nog wat beter kunnen. naar voren. Dat doe ik inmid- dels zeven jaar.” Hij noemt RSV ‘een warm nest’. “Iedereen kent elkaar en gezelligheid staat voorop. Ook heeft de club veel vrijwilligers.” Het hoogtepunt dat Vande Velde meemaakte was het kampioenschap in de vijfde klasse van 2017-2018. “Dat was een groot feest, daar hebben we wel een paar dagen van genoten. We begonnen heel slecht aan dat seizoen, maar sloten het als ongeslagen kampioen toch mooi af.” VIERDE KLASSE Vande Velde merkt dat RSV nu in een overgangsfase zit. “Bepalende spelers zijn lager gaan voetballen en we heb- ben flink wat jeugd in moeten passen. We hebben nu ook niet echt de mogelijkheid om aan elkaar te wennen door de coronamaatregelen.” RSV be- gon het seizoen matig, met drie punten uit vier duels. Toch gelooft de leider heilig in zijn team. “Ik ben ervan overtuigd dat we ons gaan handhaven.” Voor de toekomst zit het wel goed, denkt hij. “De JO19-1 is een goed elftal, met jon- gens die de potentie hebben om door te groeien naar het eerste. Ik denk dat we in de toekomst een stabiele vierde- klasser kunnen worden.” De 54-jarige clubman kan niet wachten tot het seizoen weer wordt hervat. “Ik mis het enorm, het voetballen is voor mij echt een uitje. Dat valt nu weg.” Ik zie wel een heel talentvolle lichting spelers in onze oudste jeugdteams. We hebben een tijdje een groep gehad die wat minder was en dan ben je blij in de derde klasse mee te kunnen doen, maar de toekomst ziet er mooi uit.” ASSELBERGSSTRAAT 8 | 4815 AB BREDA TEL. 076-5875217 | O cieel Sikkens Dealer | Advies op maat | Hoge kortingen | Mengmachine met méér dan 10.000 kleuren | www.verfhuysbreda.nl

RkJQdWJsaXNoZXIy ODM1NjU=