VoetbalJournaal Breda, voorjaar 2022

R O B E Y S P O R T S W E A R . C O M R O B E Y S P O R T S W E A R . C O M R O B E Y S P O R T S W E A R . C O M 25 Kind van de club en de cirkel is rond. Het zijn termen die je prima los kunt laten op het huwelijk tussen Eric Koenraads en derdeklasser RKSV Groen Wit. De 52-jarige Bredanaar begon op zijn zesde met voetballen bij de vereniging waar hij later successen zou vieren als trainer, nu is hij terug, niet op het veld maar als voorzitter. Tuurlijk gaat het in jeugdvoetbal niet alleen omwinnen, maar veel vaker om plezier en ontwikkeling. Maar als je niet wint, heb je vaak ook geen plezier. Dat weet Michiel Rademakers als trainer van de JO13-1 van JEKA al te goed, gelukkig voor hem werd zijn ploeg onlangs kampioen van de eerste divisie. Het hoogste amateurniveau van Nederland. En, moet hij toegeven, het zat er een keertje aan te komen. “Ondertussen hebben ze al zo vaak gevraagd of ik hier voorzitter wilde worden. En in mijn hoofd heeft altijd wel gezeten dat ik het een keer wilde doen, het blijft mijn clubje.” Dat laatste is een understatement. “Dertien jaar lang in het eerste, allerlei functies bij de jeugd en twee periodes als hoofdtrainer. In totaal ook dertien seizoenen.” Van die functie neemt Koenraads na 22 jaar en periodes bij Hoeven, VVR en Groen Wit, voorlopig afscheid. “Sinds vorig jaar heb ik een nieuwe baan, dat kost veel tijd. Dat moest ik even loslaten, voor minimaal één seizoen.” FAMILIEGEVOEL Want helemaal afscheid nemen kan hij ook weer niet. “Je wilt dat gras blijven ruiken, dus het speelt wel altijd inmijn achterhoofd.” Toch is Koenraads, die sinds november vorig jaar met de scepter zwaait, allesbehalve nieuw in dit wereldje. “Ik zat hier al een aantal jaar in het hoofdbestuur en de club had al bijna twee jaar geen voorzitter, sindsdien werkte ik eigenlijk al als ‘interim’.” In al die jaren heeft hij Groen Wit behoorlijk zien veranderen, zou je zeggen. “Het complex voelt nog altijd net als toen. Je merkt wel dat het nu een stuk lastiger is om vrijwilligers te krijgen, maar ook dat we enorm gegroeid zijn. Kijk alleen al naar het aantal jeugdteams.” Daar wringt meteen de schoen, letterlijk, vertelt Koenraads. “We hebben simpelweg te weinig ruimte. Er moet iets gebeuren, hopelijk geeft een kunstgrasveld wat dat betreft meer lucht. Inmiddels zijn we de derde grootste club van Breda, het gaat gewoon goed.” Maar hoe groot ook, de warmte blijft. “Het is een multiculturele vereniging, maar wel heel dorps. Een familiegevoel, dat past bij me.” En dus is de nieuwe voorzitter met alle liefde vier avonden in de week op de club te vinden, want er is genoeg te doen. Hij somt de drie belangrijkste dingen even op. “We moeten de jeugdafdeling op de rit krijgen, met een duidelijke structuur. Daarnaast willen we graagmeer vrijwilligers, dat geeft een stukje rust. En tot slot moeten we de accommodatie aan gaan pakken.” RODE DRAAD Dat laatste klinkt als lange termijn, maar dat is het niet. “Daar zijn we al een tijdje mee bezig, maar daar willen we nu echt vaart achter zetten. Er zijn nu ook gewoon te weinig kleedkamers.” Dat gaat niet vanzelf, maar Koenraads krijgt er “Dat hebben die mannen goed gedaan.” Het is typerend voor hoe Rademakers als jeugdtrainer acteert. Sinds drie seizoenen bij JEKA, voor het tweede jaar op rij bij de JO13-1. Na een kort avontuur als voetballer bij het eerste, geen onlogische stap voor de 33-jarige gymdocent. “Vanuit mijn werk ben ik ook bezig met jeugd, alleen is sporten daar een middel voor sociale doeleinden en het inspireren tot een gezonde leefstijl. Bij de club is voetbal het doel en zijn de mannen intrinsiek gemotiveerd. Ze willen het echt zo goed mogelijk doen.” DROMEN Twee jaar geleden besloot Rademakers te stoppen als actief voetballer, relatief vroeg zou je zeggen. “Voor mijn gevoel was het nog heel laat. Ik heb altijd geroepen dat ik maar tot mijn 22ste door zou gaan, omdat ik altijd bezig was met een hoop andere sporten. Nu is padel mijn nieuwe passie.” Toch blijft voetbal altijd een speciaal plekje in zijn sporthart hebben. “Een teamsport is toch echt heel anders, die groepsdynamiek is heel mooi. Daar kun je van alles mee.” De afgelopen weken was dan ook even afkicken. “Je traint voor die wedstrijden op zaterdag, maar dat lag natuurlijk een tijdje stil. Nu hadden we extra lang de tijd om ernaartoe te leven, zullen we maar zeggen.” Dat is met een onverwacht kampioenschap tot gevolg aardig gelukt, maar voor Rademakers is dat niet het allerbelangrijkste. “Die jongens zijn elf, twaalf jaar oud en hebben allemaal nog de droom om profvoetballer te worden. Of in ieder geval zo ver mogelijk te komen, die motivatie is geweldig om te zien.” Aan het verwezenlijken van die droom, draagt de gymdocent graag zijn steentje bij. Wel op een iets andere manier, denkt hij. “Ik denk dat het goed is, als ze mij maximaal twee jaar als trainer hebben. Eigenlijk coach ik een O13, als een O15-team. Veel meer op tactiek, dan op techniek.” Daar is wel een verklaring voor. “Zelf was ik centrale verdediger of een harde werker op ‘6’, niet heel technisch dus.” POTENTIE Toch werkt Rademakers zijn trainingen af volgens een gestructureerd schema. “Op dinsdag doen we vaak spelvormen gericht op fysieke kracht en kleine partijvormen. Donderdag is het meer tactisch en pass/trap, vrijdag sluiten we ontspannen af. Lekker Voor Koenraads was het niet de vraag óf maar wanneer ‘JEKA heeft met al die talenten zoveel potentie’ ook veel voor terug, merkt hij. “De complimenten, positieve berichten, daar krijg je ook weer energie van. Laatst zaten we met alle categorieën van de jeugdafdeling om tafel, dat wordt gewaardeerd, dan voelen ze zich gehoord. Daar gaat het om.” En dusmoet er vooral heel goed gecommuniceerd worden, ook het volgende plan is stiekem alweer in potlood opgeschreven. “Misschien moeten we het jeugdbestuur en het algemene bestuur wel samenvoegen? Daar denken we nu over na.” Al is dat nog lang niet alles, want voor Koenraads is goed niet goed genoeg. “Er moet een beleidsplan voor de jeugd komen, zodat er een rode draad is voor het opleiden van spelers voor het eerste elftal. Dat moet aan het einde van het seizoen klaar zijn, maar niet meer dan vier pagina’s hoor.” Ook moeten trainers de mogelijkheid krijgen een opleiding te volgen. “We hebben hier en daar al geïnventariseerd en kwamen tot zestien aanmeldingen, dus hopelijk komt de KNVB die cursus hier geven.” Met een samenwerking voor onbeperkte tijd maakt Koenraads zich alvast op voor de toekomst. “Blijven zoals we nu zijn, met een stabiel ledenaantal en een nieuwe accommodatie. Dat is een must.” Koenraads staat in ieder geval vol vertrouwen te trappelen. “Ik zit hier helemaal op mijn plek, dan ga ik er ook volle vak in!” lachen en afwerken.” Die aanpak leverde dus een kampioenschap op in de eerste divisie, het hoogste amateurniveau van Nederland, een moment om nooit meer te vergeten. “Voor die gasten is dit iets wat ze altijd zullen herinneren. Natuurlijk staat plezier voorop, maar dat hangt wel heel erg samen met resultaat. Het is leuk om samen iets te bereiken, dan is het toch gelukt.” In het vervolg van dit seizoen komt JEKA daardoor uit in een soort winnaarspoule, Rademakers weet wel waar de kracht van zijn teamhem in zit. “Het is een mooie mix. We hebben echt grote talenten, maar ook een paar harde werkers. Die zijn trots dat ze deel uitmaken van het team en voelen zich niet te groot om hard te werken. Van winnen wordt zo’n groep natuurlijk alleen maar hechter.” Of ze dat ook volgend jaar onder zijn leiding gaan doen, weet de jonge oefenmeester nog niet. “Daar twijfel ik nog over. Ik heb echt wel ambitie als trainer, maar weet nog niet in welke richting. Bij een BVO, de senioren, de jeugd of in een andere sport? Het is heel leuk, dus ik blijf het zeker doen.” Tot slot voorziet de inwoner van Breda een mooie toekomst voor de club. “JEKA heeft zoveel potentie. Er lopen megaveel talenten rond, daar zouden we nog meer uit kunnen halen. Over een aantal jaar heb je dan echt een heel goed eerste elftal!”

RkJQdWJsaXNoZXIy ODM1NjU=