VoetbalJournaal Altena, najaar 2021

9 R O B E Y S P O R T S W E A R . C O M R O B E Y S P O R T S W E A R . C O M R O B E Y S P O R T S W E A R . C O M 0228381.indd 1 2-5-2019 13:57:11 0228381.indd 1 2-5-2019 Navier seizoenen inhet tweedeelftal vanAchillesVeenmaakteRuben Kwetters afgelopen zomer de overstap naar NOAD ’32, nadat de club hemvoor de derde keer vroeg over te stappen. Bij die clubmag hij zich nu eerste elftal-speler noemen. Het is iets waar hij al een tijdje naar uitkeek. Het bevalt hem goed. En dat komt mede door de club waar hij is neergestreken. “Dit is een club waar je je snel thuis voelt.” Drie keer was scheepsrecht voor middenvelder Kwetters en NOAD ’32 “Het is een beetje mijn thuis, ik kom er graag, het is een warm bad” John van Bergeijk stopt heel veel uren in NOAD ’32: WIJK EN AAL- BURG - Op drie- jarige leeftijd begon Kwetters met voetballen bij Achilles Veen. Daar schopte hij het tot het tweede elftal. “Maar voor mijn gevoel bleef ik hangen bij het tweede. Het eerste zat er niet in. Dat was iets te hoog gegrepen, spelen in de Hoofd- klasse. Maar ik wilde graag in een eerste elftal spelen. Dit was het derde jaar op rij dat NOAD mij vroeg. Ik dacht: ik ga het proberen.” De overstap is Kwetters tot nu toe goed bevallen. “Al zijn de resultaten iets minder. Maar we hebben een leuke groep, het is gezellig onder elkaar. Het is wel een jonge groep”, zegt de 21-jarige middenvelder. “Eigenlijk wilde ik met NOAD gewoon bovenin meedraaien. Maar doordat een paar belang- rijke spelers weg zijn gegaan is het een iets minder elftal. Dat merken we nu ook zeker, vooral de spelers die er nu al wat lan- WIJK EN AAL- BURG - De sup- p o r t e r s v e r e n i - ging van NOAD ‘32 bestaat al lange tijd. Tot 2000 heette het ‘de club van 100’. In dat jaar namen Theo en John van Bergeijk het over. “Wij hebben er een supportersclub van gemaakt. Op dit moment hebben we tachtig leden op de lijst staan”, vertelt John. Die le- den betalen contributie en daar wordt het nodige van gedaan. Van feestjes tot het aankleden van jeugdleiders met coachjas- sen en trainingspakken. In al die jaren heeft het duo Van Bergeijk veel georganiseerd. Maar eerst nog even terug naar de start, in 2000. “Ik voetbal- de toen bij NOAD, zat tegen het eerste aan. Of ik weg wilde gaan of zou blijven, ik wist het niet. ‘Zullen we samen de kantine en de supportersclub gaan doen?’ vroeg mijn oom. Ik zei dat het goed was, maar gaf ook aan dat ik niet wist of ik zou blijven. Toen zei Theo: ik ga achter de bar, dan blijf jij voetballen. En zo is het ge- gaan. Zo hebben we een beetje geholpen bij de wederopbouw van NOAD. In die waren er mis- schien twintig tot dertig mensen in de kantine, nu zijn het er soms honderd. De kantine loopt best aardig. Er is altijd flink wat volk dat even komt kijken, dat is ge- zellig.” Gezellig waren ook alle georga- niseerde evenementen. “Een mooi jeugdtoernooi. DJ’s laten komen, zangers laten komen. Een soort bingoavond georgani- seerd, foute avonden. Eigenlijk een beetje van alles wat. Wat de leden vragen, proberen wij te bewerkstelligen.” Na 22 jaar doen Theo en John het nog altijd samen. Tijd voor iemand anders? “Ik vind het altijd leuk om iets op te zetten. Mooi ger zitten. We moeten gewoon weer lekker gaan voetballen en punten gaan pakken. Natuur- lijk is dat makkelijker gezegd dan gedaan, het is heel moeilijk zelfs. Maar we moeten positief blijven. Goed blijven trainen en wedstrijden scherp beginnen. En dan hopen dat we op die ma- nier punten pakken.” Na acht gespeelde wedstrij- den bezet NOAD ’32 de laatste plaats in de derde klasse. Het is niet dat Kwetters daardoor meteen weer denkt aan een vertrek, juist niet. “Mochten we onverhoopt degraderen, dan is niet zo dat ik meteen zeg dat ik weg ga. Ik hoop dat we dan met z’n allen bij elkaar blijven en knokken om weer te promo- veren.” De jonge middenvelder heeft al een goed gevoel bij de rood-wit- ten. “Het is een hele leuke club, waar je je al snel thuis voelt. Op het begin was het natuurlijk wel even wennen, na zoveel jaren bij Achilles Veen. Maar dit is een hele leuke en warme groep die mij snel heeft opgenomen. Ik kende er ook al een paar. Maar de hele club is leuk. Iedereen maakt een praatje, het is gezel- lig. En dat is heel belangrijk.” Hoe de rest van het seizoen er uit gaat zien op het gebied van wedstrijden spelen en als het mag, met of zonder publiek, is nog een groot vraagteken. Kwetters heeft al geproefd aan leuke derby’s met veel mensen langs de kant. Het liefst speelt hij elke week op die manier. “Je merkt dat er meer supporters bij een eerste elftal komen kij- ken. Dat geeft een ander gevoel. Door corona is het niet, dan is het eigenlijk een stuk minder leuk. Voor wie voetbal je dan? Ik vind het ook altijd lekker om reacties van supporters te krij- gen, dat maakt het veel leuker.” Wat dat betreft gaat eigenlijk alles goed, is het alleen wach- ten op de punten om het plaat- je perfect te maken. “Dat moet nog op gang komen.” Als jeNOAD ’32zegt, danzeg jeeigenlijkook JohnvanBergeijk. Devoormaligspitsmaakte indrukophet veld,maar isookbuitende lijnenal heel langvan grotewaardevoordeclubuitWijkenAalburg. Nu ishij ondermeerassistent-trainerbij heteerste, lidvandetechnischecommissieensponsorcommissie en verantwoordelijk voor het kantinebeheer. Daarnaast runt hij met zijn oom Theo van Bergeijk de supportersvereniging, sinds 2000! om iets nieuws op te zetten en het dan af te geven. Maar meest- al blijf ik er nog even bij”, zegt hij met een lach. “Ik ben assistent bij het eerste, zit in de technische commissie, in de sponsorcom- missie, doe het kantinebeheer. En als er een keer een trainer uit- valt op donderdag bijvoorbeeld, dan val ik in bij de jeugd. Maar ik vind dat leuk ook. Zo leer je weer wat nieuwe jongens kennen. Als je alle uren bij elkaar optelt, zijn het er heel veel.” Dat tellen doet Van Bergeijk maar niet. Want naast dat het hem veel tijd kost, levert het hem tegelijkertijd ook iets op. NOAD ’32 is een belangrijk on- derdeel van zijn leven. “Voor mij is NOAD wel een beetje mijn thuis. Ik kom er graag, het is een warm bad. Het is ook leuk hoe mensen meegaan, de jeugd die bijvoorbeeld ook dingen gaat doen. Dat is gewoon leuk. En het is mooi dat je niet alleen staat. Op zaterdagmorgen hebben we bijvoorbeeld een werkploegje. Met een man of zes klussen we dan, met een bakkie koffie en een beetje ouwehoeren. En zo komt het sportcomplex er ook mooi uit te zien. Dat is alleen maar leuk.”

RkJQdWJsaXNoZXIy ODM1NjU=