29 R RO ROB OBE YBE YSE YSP SPO POR OTR SRT TSW SWE WAE AER AR . C R . OC . COM OM M Op zoek naar een baan die bij je past? Nieuwerkerk aankleden is een monsterklus Jolanda van het Kaar fotografeert bij VV Nieuwerkerk zo’n beetje alles wat los en vast zit inclusief het eerste elftal, maar sinds zij verbonden is aan de verenigingsshop is het echt hard werken. Zeker nu de 2300 leden tellende vereniging is overgegaan naar een andere kledingleverancier. “De grootste hoos is gelukkig geweest.’ In de kledingwinkel van Nieuwerkerk staan nog flink wat onuitgepakte dozen. “Is dit van de JO15”, vraagt Jenny Kiontke aan Van het Kaar als zij één van de dozen opent. “Zou goed kunnen”, is het antwoord van haar collega-vrijwilliger. In de winkel hangt alles netjes bij elkaar. Shirts, trainingstruien, trainingsjassen, tassen, felle keepersshirts, alles is gerangschikt. Overal hangt een kaartje bij wat het is. “We hebben zo veel”, zegt Van het Kaar, “dat dat wel handig is.” “Die doet het verrassend goed”, wijst ze naar een trainingstrui dat aan een hangertje hangt te pronken. “We twijfelden nog of we die moesten nemen bij de leverancier. Hij is best prijzig. Nou, ze vliegen de deur uit.” Uiteraard hangt ook het thuisshirt erbij. “Het is mooi rood van kleur”, zegt Van het Kaar. “Ja, mooier dan het vorige shirt. Dat had een oranje gloed als de zon fel scheen. Dit is echt rood. Nieuwerkerk-rood.” In het kraagje staat het logo en de oprichtingsdatum van de club. “We hebben er nog even aan gedacht om iets iconisch uit Nieuwerkerk mee te nemen. We wonen hier op het laagste punt van Nederland. Wat zet je er dan op? Een tekst met ‘lager kan je niet zakken’, nee, daar hebben we van afgezien.” Hoewel de winkel een flinke oppervlakte heeft, hangt en ligt hij vol met kleding. “Dit is nog niet alles hoor”, haast Kiontke zich te zeggen. “We hebben een groot assortiment. Er moet wel wat te kiezen zijn.” Kiontke, Van het Kaar en de andere medewerkers van de clubshop hebben van het bestuur respijt gekregen. De switch naar een andere kledingleverancier mag twee jaar duren. “In één keer alles, dat is niet te doen”, weet Van het Kaar. “We hebben meer dan tweeduizend leden en honderd teams. Het gaat geleidelijk. Bovendien wil de club mensen niet op extra kosten jagen. Als je net een setje hebt gekocht van de andere leverancier zou je nu meteen weer verplicht worden om een nieuw setje te kopen.” Het eerste elftal loopt inmiddels in het nieuwe tenue. Daarnaast zijn Van het Kaar en consorten vooral druk met teamkleding. “Er zijn veel teams met nieuwe sponsors en die willen uiteraard allemaal de nieuwe kleding. Maar dat betekent wel dat een heel team moet passen. Dat is best een gedoe. En we hebben nogal wat teams met een nieuwe sponsor.” Van het Kaar stelt echter dat de grootste drukte voorbij is. “Het is nog wachten op sommige bestellingen. Vanwege de overstap naar de nieuwe kledingleverancier is onze winkel nu geopend op woensdagavond en op zaterdagmorgen. Daar is het een tijdje heel druk geweest, maar die drukte is nu ook aan het afnemen.” Joris de Caluwé trad in januari aan als nieuwe voorzitter van Sportclub Excelsior. In zijn nieuwe functie hoeft de ondernemer zich niet te vervelen, want zijn club staat voor allerlei uitdagingen. Excelsior oog voor korte en lange termijn WINACTIE Bekijk onze ‘ Werken bij hollandia’ advertentie in deze krant of kijk op: www.hollandia.biz/winactie 0290886.pdf 1 24-10-2023 13:43:05 ’s Gravenweg 99 2911 CE Nieuwerkerk a/d IJssel Telefoon: 0180-312303 Iedere dag geopend vanaf 13.00 uur WWW.CAFELESPERANCE.NL Café l’Esperance 0291928.pdf 1 18-10-2023 16:31:58 De Caluwé is de opvolger van Cock van Zanten, die jarenlang de amateurtak van de Rotterdamse club leidde en ook erevoorzitter is. “Cock heeft enorme verdiensten voor de vereniging gehad”, zegt de nieuwe preses. “Ik ken hem goed, want ik heb zeven jaar in het bestuur met hem gezeten. Ik was bestuurslid commerciële zaken.” Toen De Caluwé de vraag kreeg of hij de voorzittershamer van Van Zanten wilde overnemen, zei hij niet meteen ja. “Ik wist niet of het voorzitterschap te combineren met mijn bedrijf. Ik dacht dat ik meer tijd zou kwijt zijn als ik voorzitter zou worden, maar dat valt mee. Het is prima samen met elkaar te doen.” “Het was, denk ik, ook een voordeel dat ik wist wat er speelt bij de club. Ik had geen inwerkperiode nodig.” Volgens De Caluwé draait Excelsior redelijk ansich. “We hebben alleen een gelitimeerde groei. We zijn in feite met ons complex gevangen op Woudestein. Een veld erbij is niet mogelijk. Daarom zitten we nu met het huidige ledenaantal echt aan onze top. Ik weet zeker dat als we er één of twee velden erbij zouden krijgen, dat we in no-time flink zouden groeien.’- Daar is dus geen sprake van. Met het huidige aantal leden is het al moeilijk genoeg. Het is elk seizoen weer puzzelen met de trainingen en de wedstrijden. Onze laatste wedstrijden op zaterdag beginnen om vijf uur en soms zelfs pas om half zeven.” Ontwikkelingen in de nabijheid, op Woudestein zelf, zorgen er daarentegen voor dat de druk op het complex van Excelsior eerder groter wordt dan minder. “Allereerst zullen de profs straks in het stadion na volgend seizoen gras krijgen. Dat betekent voor ons dat we niet meer kunnen uitwijken, wat nu wel gebeurt.” Daarnaast zijn er de plannen voor de uitbreiding van het stadion, naar een capaciteit van 6500/7000 toeschouwers. Die uitbreiding heeft ook consequenties voor de sportclub. “We zullen in dat geval een kwart veld kwi j traken. Daar staat tegenover dat we volgend jaar een nieuw kunstgrasveld krijgen.” Het zijn ontwikkelingen die door De Caluwé en zijn bestuur goed in de gaten worden gehouden. Maar het is volgens de voorzitter ook tijd om te kijken naar de huidige opstallen, die volgens hem aan vervanging toe zijn. “We hebben een x-aantal jaren geleden vier nieuwe kleedkamers bijgebouwd, maar voor de rest is ons clubgebouw niet meer van deze tijd. Er moet eigenlijk een nieuw gebouw komen te staan. We kijken daarbii ook naar de gemeente welke rol zij daarin kunnen spelen. Een nieuw gebouw neerzetten is voor ons niet te doen. We zijn nu eigenaar van de opstallen en met ons valt te praten over een huurconstructie.” Het past bij een club in beweging, volgens De Caluwé die ook de uitdagingen op korte termijn benoemt. “Als bestuur ben je niet alleen bezig met de grote ontwikkelingen, maar ook met het vinden van genoeg scheidsrechters voor zaterdag. We zien een afname van scheidsrechters. Een voetbalvereniging weerspiegelt de samenleving. Minder vrijwilligers, stijging energiekosten. Die problemen proberen we zo goed mogelijk het hoofd te bieden.” Excelsior heeft zelf al een aantal seizoenen geen eerste elftal meer dan in de standaardcompetitie uitkomt. “Dat is voor ons niet per se een must”, reageert De Caluwé. “We hebben nu drie JO23-teams waarvan het eerste team in de vierde divisie uitkomt. Ik kan me voorstellen dat als er een groep doorstroomt dat het de basis van een nieuw eerst gaan vormen. Dat is wat ons betreft ook de enige manier waarop het kan. We zien geen heil in hoe het de afgelopen jaren ging toen we nog een eerste team hadden met elf, twaalf spelers van buitenaf.”
RkJQdWJsaXNoZXIy ODM1NjU=