VoetbalJournaal Langstraat, voorjaar 2023

R O B E Y S P O R T S W E A R . C O M R O B E Y S P O R T S W E A R . C O M R O B E Y S P O R T S W E A R . C O M welove wesearch wedeliver 23 Stijn Brokx raakte enthousiast door de goal van Dennis Bergkamp in 1998 Na een succesvol seizoen gaat Stijn Brokx komend seizoen aan de slag inde staf vanhet eersteelftal. Dit gaat hij combinerenmet een trainerscursus. Arne Slot is een van de grote voorbeelden van de trainer van RKDVC. Brokx begon zelf pas op redelijk late leeftijd met voetballen (“Ik raakte enthousiast door de goal van Dennis Bergkamp op het WK in 1998”), maar raakte niet veel later verknocht aan het trainersvak. “Toen ik veertien jaar was, vroeg een vriend aan me of ik het niet leuk zou vinden om een team training te geven. Ik begon bij de E6, maar kreeg daarna diverse eerste jeugdteams onder mijn hoede.” Brokx is nu pas 31 jaar, maar zit alweer zeventien jaar in het trainersvak. Momenteel is hij bezig aan zijn meest succesvolle seizoen sinds zijn start. Met het Onder 19-elftal werd hij in de eerste seizoenshelft kampioen in de hoofdklasse, terwijl hij in de tweede seizoenshelft met zijn ploeg streed om de titel in Divisie 4. “Het gaat hartstikke goed. Hier mogen we trots op zijn.” De trainer, die zelf nog voetbalt in een vriendenteam, geeft sinds een aantal jaar het trainersvak prioriteit. “Ik vind er echt heel veel dingen leuk aan. Het meest interessant vind ik de teamdynamiek. Ik haal er echt heel veel plezier uit om de jongens samen te smelten tot één geheel, hen te laten geloven in hun eigen kwaliteiten en samen dingen te bereiken. Het beter maken van spelers vind ik bovendien geweldig. Dit seizoen zijn er diverse jongens gedebuteerd in het eerste elftal. Die jongens laten dan gewoon zien dat ze zelfs op dat niveau goed mee kunnen. Dat maakt mij heel erg trots.” Feyenoord-coach Arne Slot, die de Rotterdammers dit seizoen op indrukwekkende wijze naar het kampioenschap in de eredivisie loodste, is een groot voorbeeld voor de talentvolle coach. “Ik ben een PSV’er, maar ik ben stiekem een beetje jaloers op wat er bij Feyenoord gebeurt. Er zit echt een visie achter en hij tilt de ploeg als coach naar een hoger niveau. Bij Feyenoord is de teamgeest echt maximaal. Dat probeer ik ook bij mijn jongens erin te krijgen. Als je het voor elkaar krijgt om een stukje onverzettelijkheid creëren, dan ben je heel ver. Daarin vraag ik het maximale van mijn spelers.” Brokx heeft zijn UEFA C-diploma op zak en gaat zich nu inspannen voor zijn UEFA B-diploma. Daarvoor gaat hij komend seizoen stagelopen bij het eerste elftal, waar hij als assistent-coach aan de slag gaat. “In de toekomst zou ik heel graag ergens een eerste elftal willen coachen. Het allermooiste zou natuurlijk zijn om bij RKDVC 1 aan het roer te staan, dat is echt wel een droom voor mij. Ik ken bijna al die jongens. Of ik heb er zelf mee gevoetbald, of ik heb ze training gegeven. Ik zou het echt geweldig vinden om samen met hen prestaties neer te zetten met het eerste. Maar dat is iets voor de toekomst. De komende jaren hoop ik nog heel veel te leren.” Keepers zijn gek, zo luidt het cliché. Reinout Zijlmans, sluitpost van het eerste elftal van Waspik, is er vooral gek op. Zijlmans hoopt nog jarenlang het doel van zijn club VV Waspik te verdedigen. “Er is geen beter gevoel dan de bal lekker uit de hoek tikken.” Een aantal jaar geleden verhuisde Zijlmans naar Utrecht, waar hij een nieuwe woning vond. Een transfer naar een andere club in de buurt van zijn nieuwe woonplaats lag voor de hand, maar Zijlmans besloot Waspik trouw te blijven. “Natuurlijk, er zijn echt wel nadelen. Het kost best veel reistijd. Het is soms best wel een opgave, maar ik vind het niet erg om te rijden. Ik zou het lastig vinden om ergens anders te gaan voetballen, want ik heb het echt naar mijn zin bij de club.” Zijlmans behoort dan ook inmiddels tot het meubilair van de club. Vanaf zijn achttiende behoort de keeper al tot de eerste selectie. In zijn eerste seizoenen pendelde hij tussen de bank en de basis, maar de laatste vijf seizoenen is hij vaste waarde onder de lat. Daarmee doorliep hij met succes de route langs alle jeugdelftallen van Waspik naar het eerste elftal. “Maar ik heb nooit echt gedroomd van het eerste, daar ben ik niet echt mee bezig geweest. Ik was altijd wel fanatiek, maar heb het altijd van dag tot dag bekeken. Nu ik in het eerste sta, ben ik daar wel trots op.” Zijlmans maakte de laatste jaren van alles mee tussen de palen van Waspik. “We hebben om promotie gestreden, maar ook tegen degradatie moeten vechten. Eigenlijk is Waspik in mijn ogen een klassieke middenmoter, met af en toe pieken en dalen. Ik denk dat wij gewoon thuishoren in de derde klasse. Daar moeten we de komende jaren blijven spelen, met misschien ooit nog eens een stapje omhoog.” En dat moet dan gebeuren met Zijlmans op doel. “Ik heb van jongs af aan in het doel gestaan en ben er nooit meer uitgehaald. Vanaf het begin vind ik keepen echt geweldig. Het lekker zweven naar de bal, dat is voor mij het mooiste wat er is. Er is geen beter gevoel dan de bal lekker uit de hoek tikken. Dat is er de laatste jaren ingeslopen, inmiddels weet ik niet meer beter. Ik haal nog altijd evenveel voldoening uit de nul houden als vroeger.” Wat dat betreft komt hij dit seizoen aan zijn trekken. Zijlmans hield nog nooit zo Zijlmans: “Er is geen beter gevoel dan de bal lekker uit de hoek tikken” vaak zijn doel schoon als dit seizoen. “En dat in een lastige competitie. Het is gaaf dat je als keeper altijd aan moet staan, altijd alert moet blijven. Er kan een hele wedstrijd niets gebeuren, maar één moment kan bepalend zijn. Je moet iedere minuut scherp zijn om je ploeg op de been te houden. Dat is misschien wel het lastigste kunstje.” Zijlmans merkt aan zichzelf dat zijn ervaring hem begint te helpen op doel. “Ik denk wel dat keepen toch een soort ervaringsvak is. Dat is op mij in ieder geval wel van toepassing. Ik zie nog steeds een stijgende lijn. Die wil ik de komende jaren voortzetten.”

RkJQdWJsaXNoZXIy ODM1NjU=