R RO ROB OBE YBE YSE YSP SPO POR OTR SRT TSW SWE WAE AER AR . C R . OC . COM OM M 29 Hij woonde vijf jaar geleden nog in Rotterdam, verhuisde vervolgens naar Klundert en is nu spits bij het eerste. En met een vader die ook van doelpunten maken zijn hobby had gemaakt, is dat allesbehalve gek. “Ik ging altijd met mijn opa bij hem kijken”, vertelt de negentienjarige Bas Ketting. Doelpunten maken zit Bas Ketting in het bloed Maar we beginnen natuurlijk even bij het begin. Want hoe komt iemand uit Rotterdam, opeens terecht in Klundert? Het antwoord is eigenlijk best simpel. “Mijn ouders wilden weg uit de stad, toen kwamen ze dit huis tegen. En ik kon als jochie van veertien natuurlijk moeilijk nee zeggen...” Achteraf maar goed ook, lacht Ketting. “Ik heb hier een leuke vriendengroep opgebouwd, daar voetbal ik nu mee!” VADERLIJK ADVIES Al was dat best even wennen, vertelt hij. “Dit wordt mijn tweede volledige seizoen bij de senioren. Ik kwam er eerst halverwege bij, toen ging het eigenlijk wel goed. Op dat moment dacht ik: het valt best mee.” Maar vorig jaar, werd het voor de spits toch een stukje lastiger. “Dat was anders! In het begin weten ze natuurlijk niet hoe je speelt, later gaan ze zich daarop instellen.” Gelukkig, hoeft Ketting het nooit alleen te doen. Helemaal niet nu zijn vader Mark assistent-trainer is geworden. “Vorig seizoen kwam hij erbij. Eerst als spitsentrainer, nu als assistent. Het verandert voor mij niet veel. Alleen staat hij nu naast de trainer. Tips gaf ‘ie mij toch altijd al wel, nu ben ik vooral blij dat hij ook andere jongens kan helpen.” Want dat zijn vader verstand heeft van voetbal én doelpunten maken, dat mag duidelijk zijn. “Hij is vroeger zelf ook topscorer geweest, onder meer bij Poortugaal en OSV. Na de wedstrijd hebben we het er samen natuurlijk altijd nog even over. Wat ik er zelf van vond en wat er beter kan.” Over wat dat gaat? “Hoe je moet lopen bijvoorbeeld.” Of Bas qua speelstijl ook op vader Mark lijkt, weet hij niet precies. “Ik ging altijd met mijn opa bij hem kijken, maar ik kan het mij niet meer echt herinneren. Gelukkig hebben we nog wel foto’s!” Hoogste tijd voor Ketting-junior, om nu zelf naam te gaan maken. “Ik ben een snelle spits, iemand die graag de bal in de diepte krijgt én met een goed neusje voor de goal.” VERWACHTINGEN Iets dat ze maar wat goed kunnen gebruiken bij Klundert. Ook afgelopen seizoen. “We hebben ons gehandhaafd in de derde klasse, dus dat was goed.” Al overheersen toch vooral gemengde gevoelens, bij Ketting. “Rond de winterstop, stonden we bovenaan. Daarna hebben we het wel een beetje weggegeven, door heel vaak gelijk te spelen. Een verklaring? Die heb ik niet.” Alhoewel, is hij vooral zelfkritisch. “Vorig jaar maakte ik er tien, dat vind ik te weinig. In dat halve seizoen ervoor, had ik er acht in zeven wedstrijden. Dus wat dat betreft...” De verwachtingen zijn dan ook hooggespannen, beseft de aanvaller zich. “Van mezelf, maar ook van anderen. Dan is het vervelend als het er niet uitkomt, dat is teleurstellend.” Want de lat, die ligt hoog. “Scoren is heel belangrijk, als spits zijnde. Dus dat houd ik natuurlijk bij.” Maar zeggen hoeveel hij er dit jaar gaat maken, wil Ketting niet doen. “Ik heb een aantal in mijn hoofd...” Mocht hij dat aantal daadwerkelijk halen, kunnen er mooie dingen gaan gebeuren in Klundert. “Vorig seizoen zijn we zesde geworden, het zou mooi zijn als we het nu iets beter kunnen doen.” Hoe dat gaat lukken? “Door constant te blijven en het niet weer weg te geven. Als we dat vol kunnen houden, heb ik er wel vertrouwen in!” Qua spelersgroep, is er in ieder geval weinig veranderd. “We hebben er drie spelers bij en voor de rest is iedereen eigenlijk gebleven, dus dat is heel fijn.” Hijzelf ook, maar dat zou in de komende jaren zomaar een keer kunnen veranderen. “Ik heb wel de ambitie om het ooit op een hoger niveau te proberen, dat zou ik wel willen. In de eerste klasse of misschien vierde divisie...” Steeds meer dingen in het dagelijks leven gaan automatisch. Iets om bang voor te zijn? Wat Seolto betreft niet. De voetbalvereniging uit Zevenbergen maakt sinds dit seizoen als eerste amateurclub in Nederland gebruik van een robot die lijnen kan trekken. “In een half uurtje, is alles gedaan”, vertelt Danny Kieboom. ‘Verf erin, veld selecteren en op start drukken’ Dat Kieboom bij het aanschaffen en installeren van een belijningsrobot betrokken is geraakt, behoeft in eerste instantie de nodige uitleg. Die geeft de 37-jarige inwoner van Zevenbergen dan ook graag. “Ik heb jaren geleden bij TPO gevoetbald en ben toen op mijn 21ste hier naartoe verhuisd. Vier jaar later speelde ik in het eerste.” Toch duurde dat niet lang voor de verdedigende middenvelder. “Een paar jaartjes maar, daarna raakte ik zwaar geblesseerd. Gescheurde achillespees en later nog een gebroken enkel.” PROBLEEM Kieboom verdween een beetje uit beeld, tot in 2018 zijn kinderen begonnen met voetballen. “Ik kwam weer terug en ben ook meteen vrijwilligerstaken gaan doen. En een seizoen later, ben ik bij het zesde gaan spelen. Daar zit ik nog steeds.” Tot groot genoegen. “Het voelt als thuis, dat is voor mij de reden dat ik het zó naar mijn zin heb. Het familiegevoel en iedereen is betrokken.” Hijzelf dus ook. “Sinds 2019 doe ik, als lid van het bestuur, het facilitaire gedeelte. Onderhoud van het terrein, de kleedkamers, maar vooral het pand.” Een bewuste keuze. “Je merkt dat het qua vrijwilligers lastig is, dus het is maatschappelijk belangrijk om betrokken te zijn. Daarom hebben we ook die belijningsrobot aangeschaft. Daar was niemand meer voor te vinden...” Precies op dat punt, liepen ze bij Seolto dus tegen een probleem aan. Wie moet de lijnen gaan trekken? “Toen ben ik eind vorig seizoen samen met Marc Pellen op zoek gegaan naar alternatieven. Zodat we konden belijnen, zonder al te veel arbeid. Onze ‘oudere mannen’ konden het fysiek niet meer aan.” Het tweetal benaderde vervolgens een aantal partijen, liet ze een demo geven en raakte onder de indruk. “Ik was zo’n robot al een paar keer tegengekomen bij onze voetballeverancier, dus eigenlijk was het puur toeval. We zijn ook de eerste amateurclub in Nederland die er één heeft.” Vooral in Amerika, is de populariteit groot, vertelt Kieboom. “Met name voor American football. Een paar profclubs hebben het hier ook, maar ze willen gaan uitbreiden.” PROGRAMMEREN Mooie theorie, hoe werkt het in de praktijk? “Die robot heeft een GPS-systeem. Je zet hem op een vaste plaats naast het veld en met een tablet, rijd je hem zo het gras op. Een kan met verf erin, veld selecteren en op start drukken. De rest gaat allemaal automatisch.” Als alles vooraf goed is ingesteld, lacht Kieboom. “Eenmalig moet je alles programmeren, met Google Maps, zodat je het veld kunt selecteren.” Een kind kan de was doen. “Een gewoon veld, duurt een half uurtje. Normaal waren die mannen anderhalf uur bezig. In een uurtje of twee, is nu het hele sportpark gedaan.” De gehuurde robot, want kopen is te duur, doet dus uitstekend zijn werk. “Eerst hadden we twee mensen nodig, moest je een touwtje spannen, karretje erachter. Dit is een stuk sneller, nauwkeuriger én netter. Die robot is tot op twee centimeter nauwkeurig!” Eén ding is duidelijk, Kieboom is maar wat blij met zijn apparaat. “We belijnen nu één keer per week. Met veel regen en snelgroeiend gras, is dat ook wel echt nodig. Bij koudere temperaturen is dat minder.” En ook Rinus en Jos van de onderhoudsploeg, zijn tevreden. “Die willen er natuurlijk ook mee werken! Fysiek is dat een stuk minder zwaar voor ze.” Naast de robot, die ze bij Seolto sinds het begin van dit seizoen dus intensief gebruiken, hebben ze tot slot nog een in het oog springende gadget bij de club. “Vorig jaar hebben we een nieuw scorebord gekregen, ook dat is weer een leuk extraatje. Komend seizoen gaan we daarom bij alle teams op het hoofdveld, gifjes en opstellingen gebruiken!”
RkJQdWJsaXNoZXIy ODM1NjU=