VoetbalJournaal Bollenstreek, voorjaar 2024

19 R RO ROB OBE YBE YSE YSP SPO POR OTR SRT TSW SWE WAE AER AR . C R . OC . COM OM M Rutger Heijt van Vitaal Fysiotherapie is sinds twee jaar fysiotherapeut van voetbalvereniging Katwijk. De praktijk waar hij werkt, en ook medeeigenaar van is, biedt een breed scala aan specialisaties voor verschillende doelgroepen. Voor jong en oud. “En we zijn ook gespecialiseerd in voetbalgerelateerde klachten. Dat vind ik dus heel mooi. Om echt iets te kunnen betekenen voor een speler.” Hans Schot dacht eigenlijk te stoppen als keeperstrainer van Rijnsburgse Boys na dit seizoen, maar de 65-jarige clubman plakt er toch nog een jaartje aan vast. “Ik wil het niet te abrupt achter mij laten. Het blijft leuk om te doen.” Fysiotherapeut Rutger Heijt: ‘Dit zijn de daadwerkelijke profs’ Hans Schot: ‘Ik wil het niet te abrupt achter mij laten, het blijft leuk’ Drie doordeweekse avonden en op zaterdag is Heijt onderdeel van de selectie van Katwijk. En dat bevalt hem goed. “Dit is een heel grote club. Ik vind het wel mooi om te zien wat Katwijk met mensen doet. Er lopen hier ontzettend veel mensen rond met een Katwijk-hart. En heel eerlijk, daar ga je dan wel een beetje in mee. Ik heb veel sympathie voor de mensen die zo ontzettend veel voor deze club doen. Ik ben bij kleinere verenigingen ook fysiotherapeut geweest. Daar draait het vaak om een paar personen die heel veel werk verzetten, een club draaiende houden. Bij Katwijk zie je heel veel vrijwilligers. Het heeft eigenlijk mijn verwachtingen overtroffen.” BELEVING Want natuurlijk wist Heijt dat Katwijk leefde, maar de Noordwijker heeft zich in de afgelopen twee jaar ook regelmatig verbaasd over de grootsheid van de club. “Ik werk in de praktijk, op het complex van Katwijk, het gaat bijvoorbeeld al weken van tevoren over een wedstrijd tegen Quick Boys. Die beleving is fantastisch. Wij zitten met de praktijk tussen de businessclub en de kleedkamers in. Dan krijg je veel mee van wat er speelt binnen zo’n vereniging.” En niet alleen dat, Heijt bouwt ook met spelers van Katwijk een band op. “Ik vind het wel grappig hoe dat gaat. Die voetbalhumor. Daar geniet ik van. Een beetje gekkigheid. Als er een speler op de behandelbank ligt, trekken 21 spelers die voorbij lopen even aan wat haartjes op een kuit. Dat is vrij grappig om te zien. Het hoort erbij dat er weleens iemand in de zeik genomen wordt”, lacht hij. “Het klopt ook dat je met spelers een band opbouwt, je hoort soms dingen die andere niet horen. Hoe iemand z’n mannetje staat in het groepsproces of hoe iemand er mentaal in staat. Waar ik wel blij mee ben is dat we gelukkig niet veel extreem lange revalidaties hebben gehad in de afgelopen twee seizoenen. Dat komt echt door het samenspel met de trainer, maar ook bijvoorbeeld de fysieke trainer die Katwijk sinds twee jaar heeft. We willen dat spelers fit zijn én blijven. We hebben in het afgelopen seizoen wel wat kleine blessures gehad, maar dat waren vaak spelers die van andere clubs waren gekomen. Daar leren wij ook weer van. Dat we nog beter moeten luisteren naar nieuwkomers.” TRAMPOLINESPRINGEN Toen Heijt zelf een jonge tiener was scheurde hij zijn kruisband af. “Met trampolinespringen. Dat is gevaarlijk als je 14 bent. Maar dat wist ik toen nog niet. Ik kon toen nog niet geopereerd worden. Uiteindelijk belandde ik bij een fysiopraktijk in Hoofddorp, waar ik een jaar zonder operatie heb moeten revalideren. Maar ik kon daarna wel mijn sport, wedstrijdskiën, weer oppakken. In die periode is ook de liefde voor dit vak ontstaan. Ik riep al vrij snel: dit wil ik gaan doen. Ik wil fysiotherapeut worden. Dat ebde heel even weg, maar als snel wist ik het zeker.” Heijt werkt sinds januari 2021 bij Vitaal Fysiotherapie. “Onze praktijk heeft verschillende focuspunten. Het is heel breed. En we werken met een heel leuk team. Dat helpt natuurlijk ook. We maken met z’n allen een ontwikkeling door. We organiseren leuke uitjes. Het is alles bij elkaar heel prettig. Bij Katwijk is het ook heel leuk werken. Bij de profs werken hoeft niet voor mij, maar topamateurs vind ik mooi. Eigenlijk zijn dat meer profsporters dan de daadwerkelijke profs. Ze moeten werken, drie keer week trainen in de avond en op zaterdag een wedstrijd spelen. Dat vergt heel veel discipline.” Wat ook helpt is dat Schot dit seizoen al samen met Tim Orlowski de werkzaamheden heeft verdeeld. Schot is inmiddels 26 (!) jaar keeperstrainer van Rijnsburgse Boys. Toen hij een kwarteeuw op Sportpark Middelmors actief was, maakte hij bekend dat het klaar was. “Weet je, uiteindelijk gaat Tim het helemaal van mij overnemen, maar we hebben nu, ook rekening houdend met zijn agenda, een soort van duobaan gecreëerd. En dat bevalt van beide kanten. Ik doe de maandag, Tim de dinsdag en om de week doen we de donderdag. Op zaterdag zijn we vaak met z’n tweeën. We kijken ook naar de onder 23 keepers. Die jongens hebben we ook onder onze hoede. Tim en ik hebben een klik. Dit is lekker zo. De beste optie.” THUISKOMEN Schot behoort tot het meubilair van Rijnsburgse Boys. “En dat terwijl ik in Zoetermeer woon. Ik kom helemaal niet uit de Bollenstreek. Opvallend misschien, voor veel mensen, maar voor mij niet. Het is de normaalste zaak van de wereld. Ik heb altijd heel prettig gewerkt bij Rijnsburgse Boys en dat doe ik nog steeds. Het is thuiskomen. Die ritjes in de auto vind ik prima. De mensen waarderen wat je doet. Ik heb de ruimte gekregen en het vertrouwen om het op mijn manier in te vullen.” LANGE DAGEN Schot maakte in de afgelopen 25 jaar vaak lange dagen. Hij reed niet alleen van Zoetermeer naar Rijnsburg, hij werkte ook nog eens in Alkmaar. “Ik hoefde niet iedere dag op kantoor te zijn, ik werkte ook regelmatig thuis, maar vaak combineerde ik een dag op kantoor met een training van Rijnsburgse Boys. Kon ik in een keer doorrijden. Als je het ergens naar je zin hebt, is dat geen probleem. Ik heb nooit achterover geleund. Ik kan zeggen dat ik altijd met plezier naar Rijnsburgse Boys rijd. Nog steeds. Elke dag. Anders zou ik niet nog een jaar doorgaan en kan je het ook niet 25 jaar volhouden.” Het gevoel voor Rijnsburgse Boys is groot, zegt Schot. “Soms realiseer je je niet meer hoe bijzonder deze club is omdat je er al zo lang komt. Maar kijk om je heen. Het blijft bijzonder als je het sportpark oploopt. Het is een werkelijk prachtige accommodatie. Voetballers willen altijd maar prof worden. Ik zou zeggen: kijk eens naar dit niveau. Naar de Tweede Divisie. Dus ook naar Rijnsburgse Boys. Dat zie je niet altijd in de Keuken Kampioen Divisie.” VOETBALACADEMIE Schot, die in de jaren negentig zelf nog twee jaar onder de lat stond bij Rijnsburgse Boys in de nadagen van zijn actieve carrière, begeleidt naast zijn werkzaamheden voor de tweededivisionist ook keepers die bij de trainingsdagen van Scouting Voetbal Totaal zijn geweest. Ook leuk om te doen. Ik train en coach individueel jonge keepers tussen de 10 en 20 jaar die uit het hele land komen. Ze komen soms ook op het complex van Rijnsburgse Boys. En dan kijken die jongens ook hun ogen uit als ze de accommodatie zien. Dat vind ik dus mooi.” Het keeperstrainersvak is veranderd in de afgelopen 25 jaar, vertelt Schot. “Een simpel voorbeeld. Van keepers wordt nu veel meer verwacht dat ze meevoetballen. Of zelfs tweebenig zijn. Dat was vroeger veel minder. Het vraagt ook om andere oefenstof. Als keeperstrainer moet je up-to-date blijven. Ik kijk veel op internet, maar ik heb ook stages gelopen bij andere clubs; Ajax, Go Ahead Eagles en Anderlecht. Verder kijk ik ook wat ze bij andere verenigingen doen. Je moet je aanpassen aan de huidige tijd. Het is goed dat er binnenkort ook op ons niveau formele opleidings- en kwaliteitseisen gesteld worden aan het vak door de KNVB. De theorie is echter ook niet alles, praktijkervaring is minstens net zo waardevol.” Foto: Roel van Dorsten

RkJQdWJsaXNoZXIy ODM1NjU=