15 R RO ROB OBE YBE YSE YSP SPO POR OTR SRT TSW SWE WAE AER AR . C R . OC . COM OM M BSM vierde in 2023 het 100-jarig bestaan. “Het was een heel geslaagd jaar”, glundert secretaris Bart Vernooij. Inmiddels gaat de blik weer op de toekomst, op de komende 100 jaar. “We willen het aantal leden in ieder geval consolideren, maar het liefst uitbreiden. BSM heeft geen grote ambities, we willen de gezellige vereniging blijven die we zijn én we willen gezond blijven.” ‘Opbrengst veiling gebruiken om clubgebouw van BSM te verduurzamen’ Voor de voetbalclub uit Bennebroek was 2023 er één om nooit te vergeten. “We hebben zoveel activiteiten georganiseerd, het hele jaar door. Op een manier die past bij BSM. We zijn een gezelligheidsvereniging. Gezinnen lopen hier al vele jaren rond, generatie op generatie. Opa is bestuurslid, zoon speelt bij de veteranen en kleinzoon voetbalt in de jeugd. Dat is bij ons normaal.” VEILING Oud-Ajax kwam tijdens Pinksteren op bezoek bij BSM, drie oudere leden werden benoemd tot Lid in de Orde van Oranje-Nassau, we organiseerden een golftoernooi, er werd een klaverjasmarathon georganiseerd van twaalf uur en de club hield een veiling. Zomaar enkele activiteiten die voorbij kwamen in 2023. “Die veiling was wel een hoogtepunt”, vertelt Vernooij. “MKB-ers en sponsoren regelden prijzen die geveild werden. In totaal leverde die dag 19.000 euro op. Het was schitterend. De prijzen varieerden van een wijnpakket tot koken door spelers van het eerste elftal bij de winnaar thuis en van een kaasvoorraad tot een weekje Marbella in een woning die ter beschikking werd gesteld.” De opbrengst van de veiling wordt door BSM gebruikt om het clubgebouw te verduurzamen. “We gaan de toiletgroepen renoveren of het dak voorzien van zonnepanelen. We willen iets tastbaars, het moet zichtbaar zijn voor onze leden. Dat zorgt ook weer voor nieuw elan.” VOOR IEDEREEN BSM is er voor iedereen. Dat straalde de club ook uit in het jaar van het 100-jarig bestaan. “Wij wilden 100 jaar BSM niet alleen vieren met onze leden. Ook niet-leden waren welkom. Dus als iemand zijn neefje of nichtje mee wilde nemen, of ouders, was dat prima. We willen dat mensen weten hoe gezellig het is op onze vereniging. Dat ze aan BSM denken als ze willen gaan voetballen of iemand kennen die dat wil.” BSM zet, zoals veel sportverenigingen dat doen, in op de jeugd. “Als je ziet hoeveel kinderen hier op zaterdag op het complex lopen, dat is ongelofelijk. We hebben ontzettend veel jeugdteams. De grootste uitdaging is om de kinderen te behouden. Dat is soms lastig, als ze 12 jaar zijn of ouder, en naar de middelbare school gaan. We doen er alles aan om ze vast te houden. Een ander doel is om de meisjesafdeling uit te breiden. We hebben vier damesteams. Daar kunnen we nog veel winnen. Dat vliegwiel moet draaien. Als het eenmaal draait, blijft het draaien. Vraag het me over vijf jaar nog maar eens. Hopelijk zijn we er dan in geslaagd.” VRIENDSCHAPPEN “Deze club staat bekend om de gezelligheid, de samenhang. Kinderen komen als voetballers binnen, maar doen vriendschappen op voor het leven. Dat zie ik ook bij mijn eigen kinderen. BSM is echt een vriendenclub”, besluit Vernooij. Ronald Rovers heeft veel respect voor hoofdtrainers, maar zelf ziet hij het niet zitten om ooit als eindverantwoordelijke aan de slag te gaan bij een vereniging. “Dat past niet bij mij”, zegt de assistent-trainer van Kagia. “Ik heb via de club wel de mogelijkheid gehad om mijn papieren te halen, maar ik heb die ambitie helemaal niet.” Ronald Rovers: ‘Het Kagia-DNA is wel heel belangrijk’ De rol van assistent bevalt Rovers en zeker bij de club waar hij al jaren bivakkeert. “Ik ken de mensen van Kagia, ik kom hier al zo lang. Met veel mensen heb ik zelf nog gevoetbald. De betrokkenheid van de mensen trekt me enorm aan. Een hoofdtrainer is een passant. Na twee of drie jaar is het klaar en ga je naar een andere club. Maar dat wil ik helemaal niet. Ik hoef niet weg bij Kagia. Misschien is dat wel een reden om assistent te blijven. Het warme gevoel van Kagia vind ik heel fijn, het is een soort van tweede thuis. Dat vertrouwde, als je op de club komt.” JIP EN JANNEKE Het is niet de enige reden voor Rovers om in de schaduw te blijven. Op de achtergrond. “Ik vind het lekkerder om meer in de groep te staan, makkelijker te communiceren. Als verlengstuk van een trainer kom ik het best tot mijn recht. Ik vind het wel mooi om te zien hoe trainers werken. Sterker nog, het is heel knap. Bij Kagia heb ik samengewerkt met Hein Leliveld. Van hem heb ik echt een hoop geleerd. De manier waarop hij tactische en technische trainingen neerzet en dat zonder krachttermen op een Jip en Janneke-achtige manier uitlegt, dat vind ik knap. Hein was altijd helder, altijd duidelijk.” Dit seizoen werkt Rovers bij Kagia samen met Koen van der Vlugt, die afgelopen zomer overkwam van EMM ’21. “Ook die samenwerking bevalt uitstekend. We hebben een prima klik. Koen is echt een enthousiasmerende trainer. En met René Ras was het wat jaren geleden ook top werken. Maar ja, toen werden we ook ongeslagen kampioen in de derde klasse.” PITTIG SEIZOEN Sinds die titel in 2019 speelt de hoofdmacht van Kagia in de tweede klasse. “Een mooi niveau, maar ook pittig. Zeker dit jaar weer. Dit seizoen degraderen twee clubs en spelen er drie play-offs, we moeten dus bij de eerste negen eindigen. Dat is het doel. In de tweede klasse blijven. Dat wordt lastig zat, want het gaat stroef dit seizoen.” Maar ook dat is niet nieuw voor Kagia. “Vorig seizoen stonden we na negen wedstrijden op drie punten, maar we eindigden met 38 punten als vijfde. We misten net nacompetitievoetbal met als inzet promotie. Die reeks was fantastisch”, vertelt Rovers, die in zijn actieve loopbaan speelde bij Kagia, Ter Leede, FC Lisse en Concordia. GEZONDE MIX “Ik hoop echt dat we ons handhaven in de tweede klasse. Dat is ook voor het publiek leuker. Het is een mooi niveau om te voetballen. Sinds we in de tweede klasse actief zijn is er ook wel wat veranderd binnen de club. De gemoedelijkheid is er nog steeds, het familiaire, maar wel met een vleugje prestatiedrang. Een gezonde mix. Met veel jongens van de club in de selectie en spelers die het bij FC Lisse niet gered hebben. Heel af en toe komt er een speler aanwaaien van buitenaf, dat is prima als het past, maar het Kagia-DNA is wel belangrijk. Spelers met dezelfde mentaliteit, hetzelfde gevoel.” Rovers heeft drie voetballende kinderen. “De oudste speelt bij Jong Ter Leede, de andere twee in de jeugd van FC Lisse. Zeker mijn oudste zoon zie ik helaas zelden voetballen. Mijn andere kinderen wel, in de ochtend, maar ook zij worden ouder. Daarom bekijk ik per jaar of ik doorga als assistent, want ik ze als vader ook vaker aan het werk zien.” Foto: Ian Klein
RkJQdWJsaXNoZXIy ODM1NjU=