VoetbalJournaal Bollenstreek, najaar 2022

15 R O B E Y S P O R T S W E A R . C O M R O B E Y S P O R T S W E A R . C O M R O B E Y S P O R T S W E A R . C O M welove wesearch wedeliver Kagia wil doorpakken met meisjesvoetbal Kagiaziet toekomst inhetmeisjesvoetbal en met de aanstelling van twee coördinatoren wil de club de afdeling structuur geven. “Meisjes vragen om een andere benadering dan jongens.” Op de laatste zaterdag voor kerst is het hoofdveld van Kagia het bezit van voetballende meisjes. Met Renate Jansen als middelpunt van de belangstelling. De aanvalster van FC Twente, één van de topclubs in de eredivisie, en van Oranje, geeft maar al te graag een clinic bij de club waar zij een aantal jaren bij de jongens speelde. Na de clinic wacht het grote werk voor Jansen, die met zo’n beetje ieder meisje op de foto moet. “Voor die meiden is zij een rolmodel”, zegt Miranda Mesman, die samen met Esther van der Niet sinds enige tijd de coördinatie van de meisjestak van Kagia op zich heeft genomen. “Het meisjesvoetbal zit door de successen van de Oranjeleeuwinnen enorm in de lift. Toen wij jong waren was dat niet.” Mesman speelde zelf jaren geleden wel in een meisjesteam bij de Lisserbroekse vereniging, maar eenmaal te oud moest zij bij de jongens verder. “Kagia heeft door de jaren heen altijd wel vrouwenvoetbal gehad, maar dat waren altijd golfbewegingen. Esther en ik hopen iets te kunnen neerzetten op structureel gebied. Daar kun je nooit te vroeg mee beginnen.” Mesman zegt dat met nadruk omdat de meisjestak nu nog maar uit twee poten bestaat. Naast een MO13 heeft de club sinds dit seizoen een MO10 in de benen. “De manier waarop dat elftal tot stand is gekomen, geeft ons het idee dat het in de toekomst wel eens hard zou kunnen gaan”, geeft Van der Niet aan. “De MO10 is voortgekomen uit het schoolvoetbal. Op een gegeven moment stond een groepje meisjes voor onze neus met de vraag of ze bij ons in een team konden voetballen. Toen hebben we alles op alles gezet om snel aanvulling te krijgen. We hebben reclame gemaakt op de sociale media en we hadden in een mum van tijd een team bij elkaar. Ook trainers en leiders waren zo geregeld.” Volgens Mesman is het belangrijk om nu al meteen een goede structuur neer te zetten. “Meisjesvoetbal is anders dan jongens. Je zult met meerdere zaken rekening moeten houden, kijk alleen al naar de accommodatie. Een meisje vindt het belangrijk om met vriendinnetje te voetballen en plezier te maken. Het willen winnen komt op de tweede plaats. Dat is toch anders dan bij jongens.” Met de verwachte groei van Lisserbroek in de toekomst willen Mesman en Van der Niet een goede basis leggen waarop gebouwd kan worden. “We willen er uiteraard meer teams bij. We zijn daarin wel realistisch, want we hebben met Lisserbroek een beperkt achterland. We zijn een klein dorp”, schetst Van der Niet. “We richten ons vooral op de jongere meisjes omdat wij denken dat daar meer nieuwe leden te vinden zijn dan voor de MO17. Het zou natuurlijk heel mooi zijn als we in elke leeftijdscategorie een team krijgen, maar dat is zeker niet op korte termijn ons doel. We willen een omgeving creëren waarin de meiden met plezier kunnen voetballen.” BSM heeft op weg naar het 100-jarig jubileum in 2023 naast veel activiteiten in het komende jaar ook haar pijlen op de toekomst daarna gericht. Naast gezelligheid is er de ambitie om de selectieteams een klasse omhoog te brengen door de jeugdspelers zich beter te laten ontwikkelen. Stefan de Krijger is als technisch jeugdcoördinator één van de motoren achter de verwezenlijking van die ambitie in Bennebroek. De Krijger geeft ambities BSM vorm De 60-jairge De Krijger kwam drie jaar geleden bij Sport Vereniging Blijf Steeds Moedig terecht via zijn zoon. “Hij had van augustus tot en met december in Singapore gestudeerd en vrienden van hem vroegen of hij het resterende half jaar in het eerste elftal van BSM mee wilde voetballen. BSM is een kleine club en als supporter raakte ik aan de praat met diverse betrokkenen. Ik werd gevraagd om technisch jeugdcoördinator te worden. Mijn zoon is inmiddels gestopt maar ik ben blijven plakken,” lacht De Krijger. Ondanks de coronaperikelen heeft hij een paar leuke jaren bij BSM achter de rug. “We wilden af en toe clinics aan de jeugd laten verzorgen door eerste elftalspelers, maar door corona was dat moeilijk op te tuigen. Uiteindelijk is er een veel gunstigere situatie ontstaan, want hoofdmachtspeler Jesper Eindhoven is trainer van de jongens onder de 14-1 geworden. En zijn teamgenoten Raoul Soetbrood Piccardt en Tom Hortensius verzorgen de trainingen voor jongens onder de 14-2.” Op de website van BSM is het uitgebreide beleidsplan voor de jeugd voor de periode 2020-2023 te lezen. Het plan is door De Krijger geschreven. “Ik heb gekeken bij de Koninklijke HFC waar ik zelf gespeeld heb, maar ook hoe beleidsplannen van andere vierdeklassers eruit zagen. Ondanks twee ingekorte seizoenen wegens corona zie je dat de resultaten beter worden. Waar vroeger tegen de jeugdteams van Hoofddorp, UNO en RCH standaard werd verloren, lukt het nu om tegen hen gelijk te spelen of te winnen. Dat is zeker te danken aan de andere aanpak. Die resultaten zijn trouwens minder relevant, het is het allerbelangrijkste dat team en individuele spelers zich goed ontwikkelen.” PARTNER VAN AJAX Sinds dit voetbalseizoen is BSM partnerclub van Ajax. De Krijger: “Dit houdt in dat als we een zeer talentvolle jeugdspeler binnen onze club zien, wij zijn naam doorspelen naar Ajax. In ruil daarvoor kunnen we op diverse manieren gebruik maken van de expertise van Ajax. We krijgen bijvoorbeeld tips over de opbouw van een training. Daarnaast hebben we online-sessies gehad over voedingsadvies, medische zaken zoals blessurepreventie en -behandeling en over hoe Ajax damesvoetbal ziet.” BELOFTENTEAM Eén van de andere ambities uit het beleidsplan voor de jeugd die is geformuleerd, is deelname met een beloftenteam onder de 23 jaar aan een minicompetitie in een poulesysteem met andere clubs uit de Haarlemse regio. “Het is goed dat ons beloftenteam hieraan mee kan doen,” stelt De Krijger. “Door corona hebben veel spelers bijna twee jaar stilgestaan en nu zijn ze ineens van een team onder de 19 jaar eerste- of tweedejaars senior. Die overgang is voor sommige spelers groot. De wedstrijden met het beloftenteam bieden een mooie tussenstap.” “Het is het allerbelangrijkste dat team en individuele spelers zich goed ontwikkelen.”

RkJQdWJsaXNoZXIy ODM1NjU=