VoetbalJournaal Beveland / Schouwen-Duiveland, voorjaar 2024

23 R RO ROB OBE YBE YSE YSP SPO POR OTR SRT TSW SWE WAE AER AR . C R . OC . COM OM M Lars Meiresonne en Wemeldinge beleven mislukt seizoen In de Weij ziet voldoende potentie bij Rillandia en gaat voor 6e seizoen RILLAND – De degradatie naar de vijfde klasse heeft bij trainer Edwin in de Weij niet gezorgd voor twijfels. In de winterstop werd al duidelijk dat handhaven voor zijn ploeg Rillandia geen eenvoudige opdracht zou worden, maar van wijken wilde hij niet weten. Sterker nog, de oefenmeester verlengde zijn contract en begint na de zomer aan zijn zesde seizoen bij de club. ’S-HEER ARENDSKERKE – Na zesentwintig wedstrijden finishte Gerrit Petersen in zijn eerste seizoen als trainer bij ’s Heer Arendskerke in de ijzersterke 3e Klasse A uiteindelijk als vierde achter kampioen Luctor Heinkenszand en de periodekampioenen De Meeuwen en RCS. Zelf bleef Arendskerke met lege handen achter, want nummer zeven SSV’65 ging als derde de nacompetitie in. ‘Je staat op het eind van de competitie vrijwel altijd waar je hoort’ “Dat was enorm zuur natuurlijk, maar dat is het systeem dat ze bedacht hebben. Wij haalden dertien punten meer, maar toch win je niks en grijp je overal naast. Jammer maar je staat op het eind van de competitie vrijwel altijd op de plek waar je thuishoort. Zo realistisch moeten we ook durven zijn. Gelukkig is ons tweede elftal wel kampioen geworden en binnen de club nog een aantal teams, dus dat is wel een mooie prestatie. Al hadden we met het eerste elftal op meer gehoopt.” Petersen heeft het echter prima naar zijn zin en ook vanuit spelersgroep en bestuur bevalt de samenwerking dusdanig dat de oefenmeester ook in het nieuwe seizoen voor de groep staat. “Dan zullen we moeten gaan werken om het grootste probleem van ons, dat we te makkelijk goals tegenkrijgen, te gaan ondervangen. Verdedigend moeten we nog stappen zetten. We missen jongens die op de momenten dat het moet de beuk erin gooien en de boel in het slot trekken. Het was soms voor mij in dit eerste jaar nog zoeken, maar we hebben zeker flinke progressie geboekt. De groep is jong en we hebben een heel seizoen met twintig man getraind. Dat is schitterend, maar soms mis ik bij jongens de échte wil om er alles voor opzij te zetten om een heel seizoen top te zijn en puur voor het resultaat te voetballen.” Toch heeft hij het afgelopen seizoen genoten van zijn ploeg en van de sfeer binnen de club en de spelersgroep. “Ik ben op en top verenigingsman en dat gevoel heb ik hier bij Arendskerke ook heel sterk. Als je de saamhorigheid ziet en hoe alles is geregeld. Er heerst een heel positieve vibe en dat is fijn werken als trainer. Het was een heel zware competitie waarin we zaten en dat zal komend seizoen niet anders zijn. We wilden voor de top-vijf gaan en een prijs pakken. Dat eerste is gelukt, dat tweede niet. Ondanks dat we nu meer punten hadden dan vorig jaar. Er is zeker voldoende kwaliteit voor dit niveau en hopelijk kunnen we komend seizoen verder doorgroeien met elkaar. Want ik heb het gevoel dat er zeker nog meer inzit.” “We wisten vooraf dat het een heel lastig jaar zou worden. We beschikken over een heel jonge selectie en de spoeling is bij tijd en wijle ook dun. Maar dat weet je als je werkt bij een kleine vereniging. De bereidheid onderling bij de teams is overigens heel groot en daar waar nodig kan ik altijd op mensen een beroep doen. Zo heeft ‘good old’ Arjan Koopmans uit bij Veere nog meegedaan. Dat zegt voldoende en het is fijn om dan toch daarop te kunnen terugvallen.” Blessures zorgden ervoor, dat In de Weij soms moest knippen en plakken om een zo sterk mogelijk Rillandia het veld in te sturen. En dat ging qua resultaten dan ook niet altijd even vlekkeloos. “Vorig jaar zat alles in de tweede seizoenshelft mee, pakte we een periode en speelden nacompetitie. Dit seizoen was compleet anders en lukte het niet. Iedereen heeft echter het gehele seizoen zijn stinkende best gedaan, maar het was niet genoeg. Zeker niet als je kijkt naar de tegenstanders in onze klasse. Bijna allemaal voormalige derdeklassers. Af en toe konden we het ze moeilijk maken, maar meestal was het een onbegonnen karwei. Nu is het zaak om in de vijfde klasse weer te gaan bouwen en om te proberen bovenin mee te gaan draaien. Daar heb ik in elk geval heel veel zin in.” Natuurlijk heeft hij in de winterperiode goed nagedacht of hij bij Rillandia zou doorgaan. “Ik heb de zaken allemaal goed tegen elkaar afgewogen en mezelf de nodige vragen gesteld. Wat kan er nog? Zit er nog rek in? Bevalt het me nog? Voel ik vertrouwen bij groep en bestuur? Op al die vragen was ‘ja; het antwoord, dus was de keus voor mijn snel gemaakt daarna. Het is mijn cluppie en het goede gevoel gaf de doorslag. Ik ga dan ook met veel energie en vertrouwen het nieuwe seizoen in.” WEMELDINGE –Met een elfde plek op de ranglijst sloot v.v. Wemeldinge het afgelopen voetbalseizoen in stevige mineur af. Enkele weken voor het einde van de competitie werd duidelijk dat de vierdeklasser zou afdalen naar een niveau lager. Een forse streep door de rekening, ook voor Lars Meiresonne. “Waar het uiteindelijk is misgegaan daar kan ik moeilijk de vinger op leggen. We hadden wel een seizoen met twee gezichten. Voor de winter pakten we onze punten en leken we veilig, maar vanaf de wedstrijd tegen Rillandia verloren we maar liefst elf wedstrijden op rij…. Alleen op de laatste speeldag wonnen we van Jong Ambon. Als je de laatste drie maanden slechts drie punten pakt, dan is het niet heel gek dat je degradeert misschien ook.” De vorm en vooral het vertrouwen waren volgens Meiresonne op een gegeven moment volledig weg en bleek het tij keren lastig. “Wanneer we dan een snelle tegengoal kregen of een persoonlijke fout werd afgestraft zag je de kopjes omlaag gaan en leek het pleit al direct beslecht. Zonde, want ik denk echt dat we in kwaliteit en ook in de breedte zeker een selectie hebben die vierdeklasse-waardig is. We hebben wel wat blessures gehad, maar dat heeft elke ploeg dus dat mag zeker geen excuus zijn voor het feit dat je elf wedstrijden achter elkaar verliest.” Het doel vooraf was voor iedereen binnen Wemeldinge duidelijk, want handhaving was het enige waar men op hoopte. “Maar we wisten tegelijk wel dat het een flinke klus ging worden. Als je deze vierde klasse vergelijkt met die van twee jaar geleden dan is het een wereld van verschil. Nu zaten er maar liefst zes ploegen in die uit de derde klasse waren gedegradeerd. We speelden nu eigenlijk in de ‘derde klasse light’ en dan weet je dat je wekelijks bijna foutloos moet zijn wil je meedraaien. Daar waren we niet tegen opgewassen en dan wordt je met achtentwintig punten elfde en degradeer je.” Bij Wemeldinge heeft men in trainer Danny Sandhövel een opvolger gevonden voor de vertrekkende John Tahapary, die overstapt naar SC Waarde. “Een nieuwe trainer geeft ook wellicht weer nieuwe energie in de groep. De spelersgroep blijft grotendeels hetzelfde met wat aanvullingen uit de jeugd en van buitenaf. Zelf weet ik nog niet of ik bij het eerste blijf, want ik ga beginnen aan een nieuwe studie Management in de Publieke Sector. “De studie is in Den Haag en ik ga wonen in Rotterdam. Doordeweeks trainen wordt misschien lastig, al heeft de nieuwe trainer gezegd bij voorbaat niemand uit te sluiten. Mocht het niet lukken zal ik sowieso lid blijven en bij het tweede elftal gaan voetballen. Maar dat zal moeten blijken.”

RkJQdWJsaXNoZXIy ODM1NjU=